Bij het nablussen was de ravage pas echt goed te zien (Archieffoto: Wilko van Dam).
Bij het nablussen was de ravage pas echt goed te zien (Archieffoto: Wilko van Dam).

Halfjaar na brand in Oude-Tonge schrikt familie Thijssen nog steeds wakker

Algemeen 2.331 keer gelezen

OUDE-TONGE - Eigenlijk wilden ze het laten rusten. Het is inmiddels ook bijna een halfjaar geleden dat bij een grote brand in Oude-Tonge vijftien bussen in vlammen opgingen. Maar nog steeds vreet het aan ze, soms zelfs zo erg dat ze er niet van kunnen slapen. En het hoofdstuk is nog niet afgesloten. Een paar weken terug werden er weer ruiten van bussen ingeslagen. Een paar dagen later belde een man dat ze bij het oude gemaal fikkie aan het stoken waren. “Hoe veilig is het dan in Oude-Tonge?” Voor het Eilanden-Nieuws blikt de familie Thijssen, eigenaar van de bussen, openhartig terug op de brand en de periode daarna. “Hoewel het bewijs niet sluitend is, hebben we een sterk vermoeden wie de daders zijn. Pasgeleden stonden we er met eentje oog in oog in een supermarkt op het eiland.”

Door Erwin Guijt

Aan de tafel in de woonkamer zitten Hein Thijssen, zijn vrouw Net en zijn zoon Eduward. Het moment van de brand staat hen in het geheugen gegrift. “Mijn schoondochter belde dat er een bus in de brand stond. Op dat moment waren we thuis, in Den Bommel.” Thijssen, met trainingsbroek en op slippers, sprong meteen in de auto. Al snel stond de telefoon van Eduward roodgloeiend van vrienden die hem wilden bereiken dat het hún bussen betrof. Het was lastig om toegang te krijgen tot het terrein. De politie hield de toegestroomde mensenmassa op afstand. Toen een brandweerman van Den Bommel hen herkende, kregen ze alsnog toegang tot het terrein. De brand breidde zich inmiddels in rap tempo uit naar omliggende bussen. Op eigen houtje besloten ze er verschillende bussen tussenuit te trekken, in de hoop zo te voorkomen dat het vuur over zou blijven slaan. “Met kettingen en heftrucks hebben we alles geprobeerd.”
Inmiddels arriveerde ook de vrouw van Thijssen. “Het was een fikse brand geworden en ik zag Hein en m’n zoon nergens. Normaal gesproken raak ik niet zo snel in paniek, maar nu wel. Want je hoort natuurlijk overal geschreeuw van brandweermensen en ziet een grote vlammenzee. Dan schiet er van alles door je heen.” Eenmaal om de loods heengelopen trof ze hen aan. Ze stonden allebei heelhuids maar verslagen naar het vuur te kijken.

Tuinslang

“Later hoorden we mensen zeggen en werd ook in de media geschreven dat het oude sloopbussen waren. En dat het eigenlijk mooi was dat die bussen opgeruimd waren. Maar voor ons hadden ze waarde.” Het waren Mercedesbussen, die daar gestald stonden met de bedoeling ze te verkopen. Eduward laat op zijn telefoon een foto zien. “Dit was de eerste bus die ze van deze soort gemaakt hebben. We hadden gehoopt een verzamelaar te treffen die hem wilde overnemen.” Zover kwam het echter niet. Ook een trailer die op het terrein gestald stond, brandde af.
Op een gegeven moment was het niet meer veilig om in de buurt te komen van de brandende bussen. “Op foto’s zie je dat de vlammen echt over de heftrucks heenslaan. Toen had ik zoiets van: nu moeten we stoppen, dit wordt te gek.” Werkeloos moesten ze toekijken hoe de bussen uitbrandden. “We hebben daar ongeveer twee dagen en nachten achter elkaar gezeten.” De avond daarna zag Eduward nog steeds rook uit de bussen komen. Met een lange tuinslang heeft hij die avond de bussen staan besproeien. Schouderophalend: “Wat moet je anders?”

De feestdagen waren dat jaar anders dan normaal. “We hebben thuis oliebollen gebakken en die daarheen gebracht. Heel de familie, van groot tot klein, hielp mee met de schoonmaakwerkzaamheden. Half januari moest het weer schoon worden opgeleverd van milieudienst DCMR. Pas tijdens het opruimen zie je hoe groot de chaos echt is. Alle kleren die we toen aanhadden hebben we daarna weg moeten gooien. De schoenen, broeken, overalls… de geur was overal ingetrokken en kregen we er niet meer uit. Nog dagen hebben we de brandgeur geroken.”
Eind januari was de schoonmaak afgerond. Het was een intensieve periode. “Alle vermoeidheid en angst kwamen er toen uit. Toen had je echt niet moeten vragen om ons te interviewen.” Halverwege februari staat het leven weer een beetje op de rit. “Je moet uiteindelijk toch doorgaan, want je werk blijft liggen.” De slapeloze nachten bleven. “Daar hebben we nu nog wel eens last van, tot aan mijn zesjarige dochtertje toe.” Eduward had pasgeleden in korte tijd een paar gemiste oproepen. “Het was niks ernstigs, maar je hart klopt weer in je keel. Dat is de angst dat er weer zoiets zal gebeuren.”

Baldadigheid

De familie Thijssen denkt nog steeds dat jongeren de aanstichters zijn geweest van de brand. De recherche liet al weten dat er een ‘brandversnellende vloeistof’ in het spel was. “Ik denk dat ze nooit hadden gedacht dat het zo massaal zou worden. Waarschijnlijk begon het als stukje baldadigheid. Je steekt zoiets toch niet moedwillig aan?” Mevrouw Thijssen: “Als het je kind is die nog steeds z’n mond houdt, waar is diegene dan toe in staat?” Wellicht speelde verveling een rol bij de jeugd, opperen ze, zeker in deze coronatijd.
Hoe komen ze erbij dat het jongeren zijn geweest? “Op camerabeelden hebben we jongeren met vuurwerk zien lopen. Ook getuigen van de Handelskade hebben dat bevestigd.” Er zijn dus verschillende camerabeelden waarop jongeren te zien zijn rondom de brand in de bewuste nacht. Maar het cruciale moment ontbreekt: er zijn geen beelden van de brandstichting zelf. “Als je zoveel beelden en getuigen hebt, maar tóch geen duidelijke daders, dan vliegen je emoties alle kanten op.”


Spookachtig beeld van de enorme brand in Oude-Tonge (Archieffoto: Erwin Guijt).

Honderd procent zeker

Daar komt nog iets bij, iets wat de onmacht enkel verder vergroot. “Van acht of negen mensen kregen we onafhankelijk van elkaar een aantal namen door van mensen die verschillende jongeren dachten te herkennen. Een drietal namen hoorden we telkens terugkomen. Maar echt bewijzen kunnen we het niet.” Eduward is er heel stellig in. Geëmotioneerd: “Als zij het niet gedaan hebben, dan móéten zij meer weten. Daar ben ik honderd procent zeker van.” Op de camerabeelden is te zien dat er een paar minuten zit tussen de brand in de eerste bus en een groep jongeren die halsoverkop wegrent. De jonge Bommelaar herhaalt het nog maar een keer: “Zij móéten meer gezien hebben.” Ook was er een meisje met een mand voorop de fiets die drie keer heen en weer over de dijk rijdt. “Dat is toch gek?’”
Het was én is een achtbaan aan emoties. De schade manifesteert zich, naast emotioneel, enkel materieel. Dat had echter anders kunnen zijn. In het huis vlak naast de bussen woont een Poolse vrouw met haar zoontje. “Die hoorde een klap en is naar buiten gerend. Waarschijnlijk is er dus iets vanaf de dijk op de bussen gegooid. De ramen van het huis zijn kapot gesprongen en zij werd geëvacueerd. Maar zij is de taal niet machtig. Ze stond met een deken om zich heengeslagen buiten te kijken hoe de vlammen haar huis bedreigden. Gelukkig stond de wind van het huis af, dus bleef de woning gespaard. Maar wat als zij al op bed had gelegen en de wind verkeerd stond?”

Kerstpakketten

Ook tijdens het opruimen kwamen verschillende jongeren kijken. “Wij waren druk bezig om de zwartgeblakerde puinhopen op te ruimen, zien we een groepje van zo’n zeven jongeren staan lachen op de dijk. Op dat moment moet je jezelf echt inhouden”, geeft hij toe. Sowieso was het de dagen erna een drukte van belang op de plek des onheils. Mevrouw Thijssen: “Daar had ik toch wel moeite mee hoor. Al die wildvreemden die foto’s gaan staan maken van je afgebrande spullen.”
Ze ervaarden echter ook heel veel blijken van medeleven van mensen op het eiland. “Dat heeft ons ontzettend veel goed gedaan. We kregen cadeaus van alle kanten, ook van mensen die we eigenlijk nauwelijks kenden en van wie we het helemaal niet verwacht hadden. We hebben nog nooit een decembermaand gehad waarin we zoveel kerstpakketten kregen. Ook toen we aan het opruimen waren kwamen er mensen koffie en koek aanbieden. Dat hadden we allemaal niet verwacht, maar het steunde ons wel heel erg.”

Goedkope witte wijn

Ze hoopten de zaak te kunnen afsluiten. Eén keer eerder spraken ze al met het Eilanden-Nieuws over de vermoedelijke daders. Dat leverde toen geen nieuwe reacties meer op. Ook de jongeren die te zien zijn op de camerabeelden, hebben zich nog steeds niet gemeld. Toch probeerden ze er het beste van te maken en de draad weer op te pakken. Totdat het recentelijk weer misging. Op 7 mei zijn de ramen van de nieuwe bussen die daar nu staan weer ingeslagen. Er werd een bord kapotgetrokken, op het dak van de bussen ligt glas. Ook vonden ze een paar flessen wijn. Met iets van een grijns: “Dus wie heeft er pasgeleden goedkope witte wijn bij de Albert Heijn gekocht?” Eduward pakt z’n telefoon er weer bij en laat een foto zien. “Kijk, een voetafdruk op het dak. Hebben we meteen naar de politie gestuurd.”
Het is niet duidelijk of dezelfde vandalen van begin mei ook in december verantwoordelijk waren voor de brand. Maar er is nog een derde incident, dat op 20 mei plaatsvond. Een bezorgde inwoner van Oude-Tonge belde dat hij wat mensen een brandje had zien stichten bij het oude gemaal. Frappant detail is dat dezelfde inwoner 13 december, twee dagen voor de busbrand, óók al 112 gebeld had om de hulpdiensten te alarmeren. De politie ging erop af en trof twee mensen aan. “Maar die hadden niets met de brand te maken, zeiden ze.” Even daarvoor kreeg de familie Thijssen een brief van de recherche, met daarin de mededeling dat het onderzoek was stopgezet. Dat liet een woordvoerster van de politie toentertijd ook aan deze krant weten. Uit het onderzoek waren geen aanknopingspunten gekomen voor verder onderzoek.

Onzekerheid

Naar aanleiding van de brandstichting bij het oude gemaal ging de recherche tóch weer naar de zaak kijken. Inmiddels zijn we wel een half jaar verder. Toch hebben ze bij Thijssen daar wel begrip voor. “Kijk, voor ons is dit natuurlijk zaak nummer één, maar voor hen niet. Voor ons gevoel is de recherche nu met de zaak bezig, en we hebben ons verhaal kunnen doen. We hopen nog steeds dat het wordt opgelost, maar we willen ook vooral rust. Dat we dit allemaal achter ons kunnen laten. De jongeren hoeven van mij echt niet de cel in of iets dergelijks. Maar we zouden ontzettend graag hebben dat deze onzekerheid tot een eind komt. Ze mogen mij bellen, of de politie, dat maakt helemaal niet uit. We willen het afsluiten.’’

Naar aanleiding van dit gesprek belooft Thijssen 2.000 euro voor de gouden tip die leidt tot aanhouding van de dader(s).

Politie: “Onderzoek naar brand stopgezet”

Een woordvoerder van de politie laat weten dat er op basis van het onderzoek van de forensische opsporing “niet met 100 procent zekerheid een exacte oorzaak kan worden vastgesteld. Wel is het zo dat stilstaande, ongebruikte bussen niet zomaar spontaan kunnen ontbranden.” Het onderzoek naar de brand in december is stopgezet. “De camerabeelden zijn niet goed genoeg om te verspreiden en de beelden kunnen ook niet beter worden gemaakt dan ze nu zijn. Buiten het feit dat er vaag bewegingen te zien zijn van voertuigen en mogelijk personen, valt er niet uit op te maken of dat daders zijn.” Wel benadrukt ze dat wanneer er nieuwe informatie binnenkomt, het onderzoek weer kan worden opgepakt. De brand bij het oude gemaal heeft geen connectie met de brand in de bussen en staat op zichzelf, aldus de woordvoerster. “Voor het vernielen van de bussen zal een apart onderzoek worden opgestart.”

Uit de krant