Afbeelding

Bouwen met respect voor de molenbiotoop

Algemeen 794 keer gelezen

STELLENDAM – Bouwen in de nabijheid van een molen, daar zijn duidelijke regels voor. Een molen moet immers vrij kunnen draaien, niet gehinderd door bomen of bouwwerken. Met andere woorden: de wind moet vrije doortocht hebben naar de wieken. Bouwers, maar ook omwonenden die bomen in hun tuin laten groeien, moeten rekening houden met deze 'molenbiotoop'. De Molenstichting Goeree-Overflakkee, die daar alert op is, presenteerde woensdag 18 november een goed voorbeeld: de nieuwbouw van Aannemingsbedrijf Van den Nieuwendijk bij de molen in Stellendam.

Door Kees van Rixoort

Van den Nieuwendijk, een Stellendams bouwbedrijf met 45 werknemers, rondt de bouw van drie woningen naast de molen eind dit jaar af. Het drietal, waarvan er nog één te koop is, vormt de laatste fase van een groter bouwproject. In totaal gaat het om achttien woningen, zowel voor starters als voor gezinnen, verdeeld over drie bouwfases.

De woningen zijn ontworpen met respect voor de omgeving. Niet alleen door de klassieke bouwstijl met mansarde kap, maar ook door de molenbiotoop intact te houden. Voor Van den Nieuwendijk is dat laatste vanzelfsprekend. Directeur-eigenaar Kees de Vogel: "We hebben de molenbiotoop voor de volle honderd procent meegenomen in de plannen. Hier stond een schuur, een 'ijsfabriek' voor de handel in vis, die even hoog was als de nieuwe woningen. Het dichtst bij de molen zijn die lager dan de woning op de hoek die het verst van de molen staat."

Cheque

Van de Nieuwendijk onderstreepte de sympathie voor de historische molen met de overhandiging van een cheque van 1.500 euro aan de Molenstichting Goeree-Overflakkee. De Vogel en mede-directeur-eigenaar Peter Krijger gaven de cheque aan voorzitter Corstiaan Kleijwegt van de molenstichting. Ook de bestuursleden Bert Tuk en Wim Bosdijk waren aanwezig én molenaar Wim Ziekman.

De Molenstichting was zeer content. Niet alleen vanwege het royale gebaar van het bouwbedrijf, maar uiteraard ook voor het respecteren van de molenbiotoop. Voorzitter Kleijwegt: "Het is een geweldige opgave voor de Molenstichting om alle molens op Goeree-Overflakkee draaiend te houden. Het zijn oude objecten; de oudste molen, die van Sommelsdijk, is van 1703. We hebben een onderhoudsplan, op basis van een nulmeting, maar als je van zo'n molen een hele grote MRI-scan zou maken, dan kom je altijd verrassingen tegen, en dus onvoorziene uitgaven. Wij zijn daarom zeer gelukkig met de bijdrage van Van den Nieuwendijk. Het helpt de molens, die zo'n belangrijk onderdeel zijn van het landschap en de identiteit van Goeree-Overflakkee, draaiend te houden. Voor de Bommelaar, die nu stilstaat, is bijvoorbeeld een fors bedrag nodig. Er moeten nieuwe wieken op en de romp is ook niet in orde." De Molenstichting ontvangt ook subsidie van de gemeente, de provincie en het Rijk.

Binnen de Molenstichting houdt een commissie zich bezig met de molenbiotoop. Bert Tuk is er lid van. Hij benadrukt de welwillende houding van bouwbedrijf Van den Nieuwendijk om met respect voor de molenbiotoop te bouwen. "We maken ook wel eens anders mee."

Extra slijtage

Tuk legt uit waarom het zo belangrijk is dat de regels worden opgevolgd. "Vroeger waren er economische motieven. De molenaar maakte een product en was daarbij afhankelijk van de wind. Tegenwoordig hoor je wel het argument dat molens geen economische functie meer hebben, maar als de molenbiotoop verstoord is kan de wind niet regelmatig waaien en krijgt de molen te maken met extra snelle slijtage. De molenbiotoop is dus belangrijk voor het behoud van de molen. Nog afgezien van het visuele aspect van een molen die ongehinderd kan draaien."

Zodra er bouwplannen in de directe omgeving (400 tot 450 meter) van een molen zijn, krijgt de Molenstichting die te zien. Hetzelfde geldt voor nieuwe bestemmingsplannen. Zo is de stichting in staat om tijdig aan de bel te trekken als de molenbiotoop onder druk komt te staan. Daarnaast gaat de Molenstichting in gesprek met omwonenden die hun bomen te hoog laten doorgroeien.

Uit de krant