Afbeelding
Foto: Adri van der Laan

Het verhaal van 'Mijn vriend Samuel'

Frans Weller uit Nieuwe-Tonge vertelt regelmatig over zijn belevenissen in Afrika. Momenteel rondt hij zijn studie in Nederland af. Zie ook www.fransinafrica.com.

De laatste keer heb ik geschreven over het landbouwprogramma op de Osiligifarm. Deze keer vertel ik u iets anders. Het is niet mijn verhaal. Het is het verhaal van mijn vriend Samuel.

In 2011-2012 was ik vrijwilliger bij Christ's Hope in Tanzania. Ik werkte daar in een tehuis met straatjongens. Verder waren er verdeeld over de stad 3 care-points, zorgpunten, waar 1 keer per week de meest kansarme kinderen opgevangen werden. Samuel was houseparent in het jongenshuis van CH (houseparents begeleidden de jongens en hielden toezicht). Samuel is mijn speciale vriend. Hij heeft mij gevraagd zijn verhaal te delen in Nederland. Samuel vraagt niet om geld. Samuel vraagt u en met name zijn broeders (de pastors), om aan hem te denken. Ieder op zijn eigen manier.

Samuels leven

Samuel is geboren op 12 september 1989 in Mwanza. Een stad aan het Victoriameer. Ook wel Rock City genoemd vanwege de enorme rotsen. Mwanza heeft rond de 385.000 geregistreerde inwoners. In werkelijkheid wonen er tussen de 600.000 en 800.000 mensen. Tussen deze indrukwekkende rotspartijen vinden de straatkinderen een schuilplaats. Honderden kinderen van alle leeftijden wonen hier. Ook Samuel. Als tweejarige peuter is hij op straat gekomen. Zijn vader had het gezin in de steek gelaten. Zijn moeder kon niet voor hem zorgen. In een groep straatjongens leefde Samuel jaren tussen de rotsen van Mwanza. Sta er eens bij stil. Twee jaar. En dan al op straat leven. Nooit een knuffel van je moeder. Nooit op de schouders van je vader. Maar tussen de rotsen.

Restjes

In Mwanza ligt aan het meer een groot resort. Veel mensen die op weg zijn naar een safari overnachten daar. Het teveel aan voedsel wordt iedere avond over de muur van het resort gegooid. Er wordt gevochten om de restjes. Eerst door de straatkinderen. 's Nachts door de dieren. Op een dag brak Samuel zijn been. Maar wie kon de dokter betalen? Daarom is Samuel zijn ene been veel korter dan het andere. Later brak dit been nòg een keer. U begrijpt dat Samuel niet echt makkelijk loopt en dagelijks veel pijn heeft. Al is hij dankbaar dàt hij nog kan lopen. Op zondag hing Samuel altijd rond bij een kerkje. Na kerktijd werd er koffie en brood gedeeld. Hij ging ertussen staan. Zo had Samuel op zondag altijd een maaltijd.

Op een keer was hij te vroeg bij de kerk. Hij besloot naar binnen te gaan. Het laatste stukje van de preek hoorde hij en werd nieuwsgierig. De pastor merkte hem op en heeft ervoor gezorgd dat Samuel onderwijs kreeg. Zo kwam Samuel bij Christ's Hope. Samen met zijn vriend Respiquce, die eenzelfde leven leidde. De zorgpunten en het opvangtehuis van Christ's Hope bestaan niet meer. Ik wil hier verder niets over zeggen, maar de reden is triest. Omdat na het beëindigen van deze zorgpunten vele kinderen geen onderwijs en maaltijd meer kregen, heeft Samuel met behulp van vrijwilligers uit zijn kerk zelf een zorgpunt opgestart. Inmiddels komen er dagelijks rond de 40 kinderen. Ze krijgen een maaltijd, bijbelvertellingen en onderwijs. Daarnaast evangeliseert Samuel onder de Maasai. Dit is een nomadenstam die leeft binnen Tanzania en Kenia. Ze hebben geheel eigen tradities. Vee is voor de Maasai heel belangrijk. Van de huiden maken ze tenten. Botten gebruiken ze voor o.a. speren. Ze eten het vlees en drinken niet alleen de melk maar vaak ook het bloed. Een stam die vrijwel niet in aanraking is gebracht met de bijbel. Die geloven in de god Engaii. Samuel zocht ze op. Iedere week komt er een groep Maasai naar het zorgpunt waar ze leren schrijven en lezen en bijbels onderwijs ontvangen.

Samuel had één grote wens. Pastor (dominee) worden. Met behulp van sponsors kon Samuel voor pastor studeren. Deze studie duurt 3 jaar. De eerste twee jaren waren voornamelijk theorie. Het laatste jaar moest Samuel kerken bezoeken, leren reizen en preken. Preken deed hij al jaren. Dat gaat daar wat anders dan in Nederland. Je kan al preken, zonder ooit pastor te worden. Nu niet gelijk denken dat het dan wel niet veel voorstelt.... Men gaat er vanuit dat wanneer je naar de kerk komt, je ook wat te vertellen hebt. Na deze preek/speech gaat de pastor van de kerk verder. Ook moet je als aankomend pastor een goed doel dienen. Nu, dat deed Samuel al. Hij heeft zijn zorgpunt en de Maasai. En dan waren er nog twee puntjes ... een vrouw en een kerk. Een pastor moet getrouwd zijn en zelf een kerk stichten. Samuel maakte zich een beetje zorgen hierover.

Begin december 2014 heb ik Samuel enkel dagen bezocht. Ik maakte kennis met zijn zorgpuntkinderen, de Maasai, vrijwilligster Eliwaza. Ik zag oude vrienden terug en Samuel zijn moeder. Want Samuel heeft weer contact met zijn ouders, broer en zusjes.

Officieel pastor

Eind juli 2015 was de graduation. Oftewel, Samuel zou dan officieel pastor zijn. Mijn ouders en ik kregen een uitnodiging om daarbij aanwezig te zijn. Nu was ik nog aardig in de buurt, ik werkte die zomer op de farm en heb nog getwijfeld, maar de omstandigheden in Nairobi waren toen dusdanig dat het gewoon niet ging. Gelukkig heeft Samuel mijn familie van een verslag van uur tot uur voorzien. Het was, zo gezien, een mooie dag. Mijn vader en ik moesten speeches maken die anderen voor hem zouden voorlezen in de kerk, mijn moeder mocht een lied uitzoeken wat Samuel zou gaan zingen, Amazing Grace. Zo zouden we er toch een beetje bij zijn. De graduation nam twee dagen in beslag en het zou te veel zijn om alles hier te beschrijven. Er werd veel en vooral lang gesproken door alle pastors uit de buurt, leraren van de school en bestuursleden en ook door familie. Iedere nieuwe pastor kreeg een ketting om met een papieren medaille, waarop stond: Well done. Mijn vrienden, Paschal en Respiquce waren ook aanwezig en uiteraard Samuel zijn moeder, broer en zusjes. En alle vrijwilligers van Samuels zorgpunt. Na afloop was er voor iedereen een goede maaltijd.

Maar nadat je dus officieel een pastor bent, ben je nog niet klaar. Een pastor moet zelf een nieuwe kerk stichten. En dat kost veel geld. En dat heeft Samuel niet. Daarnaast heeft Samuel ook nog zijn zorgpunt waar hij en vele andere dagelijks bezig zijn. En zijn Masaai. Het was dus allemaal niet zo eenvoudig. Wel zou hij, tijdelijk, reizend prediker kunnen worden. Maar dit was niet echt een oplossing. Reizen kost ook geld. Eind augustus was er nog een feestdag. Waar ik ook een uitnodiging voor kreeg. Erg aardig, maar het ontbreekt mij aan financiële middelen hiervoor. Op 28 augustus is Samuel getrouwd met zijn Eliwaza. Een lief meisje, wat ik in december al had ontmoet. Eliwaza werkte ook op het zorgpunt. Zoveel zorgen had Samuel zich gemaakt over het vinden van een vrouw. En onverwacht kwam Eliwaza op zijn pad. Wat was hij trots op zijn Eliwaza. Eliwaza was de dochter van een minister. Haar ouders gaven geen toestemming voor dit huwelijk. Samuel, een jongen van de straat en pastor of niet...hij had geen geld. Eliwaza moest kiezen. Haar ouders of Samuel. Zij koos voor Samuel. En verdrietig genoeg werd zij verstoten door haar ouders. De maanden voor hun trouwen woonde zij in het zorgpunt. Verstoten is ook echt verstoten. Haar ouders hadden geen dochter meer. Er is nooit meer contact. De bruiloft was een prachtige dag. Eliwaza en Samuel zagen er zo mooi uit. Vrienden hadden hen geholpen aan een mooie jurk en een pak. In de toekomst hoopte ik hen nog eens op te zoeken. Dacht ik.

De maanden na hun huwelijk waren mooie maanden. Samuel was hulpprediker in hun kerk en evangeliseerde onder de Maasai en werkte met zijn Eliwaza op het zorgpunt. Eliwaza gaf de kinderen les, speelde met hen en kookte het eten. Samen woonden ze in een hutachtig huisje van 2 meter lang en 1,5 meter breed. Op de zanderige grond lag alleen een matras. Overdag waren ze op het zorgpunt en in de kerk aan het werk. Beiden genoten van de foto's van mijn neefjes en nichtje.... zoveel witte kindjes bij elkaar... prachtig vonden ze het. We stuurden foto's van sneeuw en schaatsers. En het was zo leuk om te doen. Ze waren gelukkig en hadden zoveel plezier om de foto's.

Op 20 januari kreeg mijn moeder bericht dat Eliwaza malaria had. Met medicijnen was ze weer aardig opgeknapt. En ze zou waarschijnlijk de volgende dag het ziekenhuis verlaten.We waren allemaal blij.

Overleden

Op zondagavond 24 januari 2016 kreeg ik een telefoontje van pastor James Shija uit Mwanza. Bedroefd vertelde hij dat Eliwaza die zondagmiddag is overleden. Op de leeftijd van 24 jaar. Slechts 5 maanden getrouwd met haar Samuel. Die boodschap kwam zo hard aan. Bij ons allemaal. Diezelfde avond heb ik Samuel gebeld. Een gesprek om nooit te vergeten. Alles was zo triest. Hij was zo verdrietig. Samen met Respiquce zat hij op de grond in zijn huisje. En dan toch zeggen dat Eliwaza nu nog gelukkiger is geworden dan bij hem op aarde.

Die week is Eliwaza begraven. Samuel heeft overal geld moeten lenen om zijn vrouw een goede begrafenis te geven. En dit terwijl haar ouders zo rijk zijn. Zij hebben haar nooit meer gezien en op haar overlijden geen enkele reactie gegeven.
Na de begrafenis kreeg Samuel 4 weken om te te rouwen. Na deze weken van rouw is hij teruggekeerd naar Mwanza. Daar werd de rouwperiode afgesloten in de kerk met een herdenkingsdienst. En weer zong Samuel Amazing Grace.

Alles liep anders voor Samuel. Nu was zijn wens om pastor te worden in vervulling gegaan. Hij vond een vrouw en had plannen om zelf een kerk te stichten. Binnen 5 maanden verloor hij zijn vrouw en tegelijk alle hoop om ooit zelf een kerk te stichten. Hij moest nieuwe plannen maken om verder te gaan. Samuel werkt nog steeds op zijn zorgpunt. Het was Eliwaza's grootste wens om van het zorgpunt ècht iets moois te maken. Onderwijs aan de Masaai, opvang van de allerkleinsten, een kleuterklas, alle kinderen echt naar school te kunnen laten gaan, iedere dag een maaltijd, steun bieden aan de ouders. Samuel besloot de wens van Eliwaza te volgen en in het zorgpunt te blijven werken. Alle kinderen worden nu gesponsord door diverse kerken zodat ze uniformen en lesmateriaal konden kopen om de kinderen naar school te laten gaan. Een bezoeker uit Zuid Afrika sponsort nu de maaltijden voor de kinderen en het lesmateriaal voor de Maasai. Een kerk stichten zit er niet meer in, omdat Samuel geen vrouw meer heeft. Samuel werkt naast het zorgpunt als hulppastor bij pastor James. Nog steeds evangeliseert hij onder de Masaai. Hij trekt steeds verder. En de groep Maasai wordt steeds groter. Steeds vaker komen ze naar het zorgpunt om lessen te volgen. Door een stukje grond te beplanten met tomaten en deze op de markt te verkopen voorziet hij in zijn eigen onderhoud.

Samuels leven is niet makkelijk. Maar Samuel kijkt niet achterom. Zoals hij zegt: "Ik kijk vooruit. Ik verlang naar de terugkomst van mijn Jezus. Het mooiste komt nog. Eliwaza ging mij al voor".

Frans Weller

Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding