Afbeelding
Foto:

Wielrenners

Regelmatig hoor je dat rondtrekkende racefietsers over ons eiland 'gewone' gebruikers van de fietspaden nogal eens schrik aanjagen. De renners wordt dan asociaal gedrag verweten. De sporters geven luid roepend te kennen dat ze eraan komen. Dit natuurlijk om een onaangename botsing te voorkomen. Wie wel eens een valpartij van een groep wielrenners heeft gezien, begrijpt het proactief optreden van de eerste renners van de groep. Meestal is er geen lijfelijke confrontatie. Kwestie van elkaar de ruimte geven. Jammer is het dat een dergelijke groep renners anoniem is, want volgens mij zijn het gewone mensen, maar niet als zodanig herkenbaar. Door hun eenheidskleding, met zonnebril en helm, zou je vergeten dat het gewoon mensen uit je straat kunnen zijn. Ze zijn alleen wat afschrikwekkend door het geraas van de banden en hun massaliteit waarmee ze passeren. Nadere kennismaking zit er doorgaans niet in. Soms zou ik het toch wel willen. Zo maakte ik een tijdje terug een stevige wandeling waarbij een eenzame wielrenner mij passeerde. In het voorbijgaan groette hij mij: "Ha Adri…" en weg was hij. Jammer, maar wie deze vriendelijke bekende was blijft een vraag. En dan was er vorige week dat wielerpaar. Mijn vrouw en ik (toer)fietsten over een vrij smal weggetje. We zagen de wielrenners aankomen en gingen achter elkaar aan de kant rijden. De mannelijke helft van het paar bewees dat hij ook op racefiets een heer in het verkeer was. In het voorbijgaan bedankte hij ons vriendelijk omdat we even aan de kant gingen. Zo kan en hoort het dus, denk ik. Al verwacht ik van een groep van dertig voorbijrazende renners geen persoonlijk bedankje. Maar misschien kan de laatste man of vrouw iets van hun erkentelijkheid laten blijken? Zou een goed voorbeeld zijn, ook voor de 'senioren' die steeds sneller op een E-bike zich gaan voortbewegen. Want hoe dan ook, we blijven haast hebben.