De afsluitende quiz: groen voor eens, rood voor oneens.
De afsluitende quiz: groen voor eens, rood voor oneens. Foto: Hans Villerius

Nadenken over orgaandonatie

Tekst en foto's: Hans Villerius

Het was op verzoek van de IC-verpleegkundigen Marianne Berghout en Joyce Melissant, die ook betrokken zijn bij het geven van voorlichting over orgaandonatie en met een informatiekraam op de PM aanwezig waren, dat dit jaar tijdens de Nationale Donorweek ook op scholen aandacht voor dit onderwerp zou zijn. Jaarlijks organiseren ze de donorweek. Vorig jaar in het Dirkslandse ziekenhuis, nu wilden ze 'breder op pad', zoals ze vertelden. Op de PM vonden ze voor hun voorstel een luisterend oor. De presentatie over orgaandonatie zou in combinatie met de vakken Maatschappijleer en Biologie worden gegeven. En daaraan voorafgaand zou ook tijdens de les al over het thema worden nagedacht, om de leerlingen dusdanig toe te rusten dat ze op evenwichtige wijze, zonder bevooroordeling, hierover na zouden kunnen denken. En zo kwamen ze afgelopen week, in verschillende groepen, naar de aula om veel stof tot nadenken op te doen.

Kloppend hart

De presentatie werd ingeleid met een filmpje waarin een moeder van twee PM-leerlingen voor de camera vertelde hoe zij onverwachts, en nog op jonge leeftijd, getroffen werd door een groot hartinfarct. Hoe op de Intensive Care op hoop tegen hoop werd gevochten voor haar leven. Hoe snel duidelijk werd dat harttransplantatie noodzakelijk was. Haar persoonlijke strijd hiermee, ook rond de vraag naar Gods wil hierin, én hoe ondervonden werd dat het Gods goedkeuring had en het Zijn wil was dat deze weg gegaan zou worden. Vervolgens hoe voorspoedig de diepingrijpende ingreep verliep en de periode van herstel. Dat ze vóór deze gebeurtenissen, evenals de meeste anderen, nooit echt had nagedacht over donorschap, maar daar nu vanzelf een duidelijke visie op heeft gevormd. "Ook als christen heb je hierin je verantwoordelijkheid. Voor de één zal dit zijn dat je 't niet moet doen, voor de ander dat je 't wel mag doen. Dat ligt heel persoonlijk. Maar ík vind het iedere dag nog heel bijzonder een kloppend hart te voelen…"

Onnodige situatie

Ook voorlichter Cor van der Schans weet wat 't is om een donorhart te hebben. "Ik ben daar nog steeds zó blij mee dat ik er iedereen wel over wil vertellen! In de hoop dat anderen, óók jongeren, bewust over dit onderwerp zullen nadenken en dat ze een registratieformulier in gaan vullen, ongeacht of ze zich daarop als donor of als niet-donor laten registreren", zo gaf hij aan. Twee derde van de Nederlandse bevolking heeft die keuze (nog) niet kenbaar gemaakt. Vragen en onduidelijkheid bij mensen over hersendood, wat hersendood is, wanneer iemand hersendood is en hoe uitgebreid en zorgvuldig dit wordt onderzocht, spelen volgens Van der Schans er een belangrijke rol in dat mensen zich niet laten registreren. "Er is zó'n tekort aan orgaandonoren dat er niet meer sprake is van het afstaan van organen alleen na overlijden, maar ook bij leven. Eén donor kan acht á negen mensenlevens redden. In de praktijk echter overlijden dagelijks twee mensen die op de wachtlijst staan voor orgaandonatie, omdat niet op tijd het benodigde orgaan beschikbaar is." Een onnodige situatie, veroorzaakt door een tekort aan donorregistraties, zegt Van der Schans. "Als iedereen die wel bereid is orgaandonor te zijn zich zou laten registreren, zouden er veel meer organen beschikbaar komen en konden veel meer mensen op tijd worden geholpen."

Regels

Iedereen vanaf twaalf jaar kan zich als donor laten registreren, ongeacht leeftijd en ongeacht of ze gezond of ziek zijn; dit laatste met uitzondering van aidspatiënten, legde de voorlichter uit. Wel weegt de oorzaak van overlijden mee in de vraag of orgaandonatie mogelijk is. Gedoneerde organen gaan naar patiënten op de wachtlijst bij wie ze het best passend zijn. Dit wil zeggen: waarvan donor en ontvanger nagenoeg eenzelfde lichaamslengte en -gewicht hebben. Daarbij geldt in Nederland dat volledige anonimiteit wordt betracht rondom wiens orgaan naar welke patiënt gaat. Overigens krijgen nabestaanden van overledenen die donor waren het lichaam van hun dierbare binnen acht uren terug, zonder dat te zien is dat weefsel of organen zijn uitgenomen. Opbaren, afscheid nemen en begraven kan vervolgens op de gebruikelijke wijze plaatsvinden.

Onder de indruk

Ook voorlichter Van der Schans heeft zijn persoonlijke verhaal rondom de harttransplantatie die hij vijftien jaar geleden onderging en ook hij vertelde zijn ervaringen. Vanaf het moment dat hij getroffen werd door een zeer groot hartinfarct, de uitgebreide screeningprocedures waar hij doorheen moest om voor harttransplantatie in aanmerking te komen, hoe hij de eerste keer opgeroepen werd voor de operatie maar onverrichter zake weer huiswaarts moest, hoe hij vervolgens wegens sterk verslechterde lichamelijke omstandigheden bijna niet meer voor transplantatie in aanmerking kwam, maar na een tweede oproep alsnog geholpen kon worden. "Ik heb de traumaheli op zien stijgen om in een ziekenhuis elders voor mij een nieuw hart op te halen. Ik zie de artsen nog de zaal binnenkomen met een blauwe koffer met daarop 'human organ'. Binnen 181 minuten nadat het hart uit het lichaam van mijn donor was geknipt, klopte het weer in mijn lichaam", vertelde Van der Schans, er nog steeds van onder de indruk. Maar ook onder zijn luisteraars bleek op dat moment het verhaal binnen te komen: voor één van de leerlingen was het gehoorde waarschijnlijk net iets te veel en streek deze de zeilen, om even afstand van de materie te nemen.

Voorbeeld stellen

Van der Schans rondde z'n verhaal af met aan te geven dat hij – na aanvankelijke afstotingsproblemen, maar dankzij dagelijks een respectabele hoeveelheid medicijnen te gebruiken én een leefstijl in acht te nemen die rekening houdt met 't feit dat hij een donorhart heeft – na transplantatie als het ware een tweede leven kreeg. Naast vrijwillig voorlichter voor de Nederlandse Transplantatie Stichting is hij een eigen bierbrouwerij gestart en is hij intussen Adviseur speciaalbieren. Uitermate dankbaar is hij dat 'ie door het donorschap van een onbekend medemens nog steeds bij z'n vrouw, kinderen en achterkleinkinderen mag zijn. "In het Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam hebben ze me als voorbeeld gesteld om te laten zien hóe belangrijk het is dat op tijd een donororgaan beschikbaar is!"

Dat was precies ook de boodschap die hij op school achter wilde laten, met het doel dat ook jongeren bewust hierover na gaan denken. Want, zo kwam tijdens een afsluitende quiz naar voren: de kans dat je een donororgaan nodig krijgt, is groter dan dat je 'm niet nodig zult krijgen…

Voorlichter Cor van der Schans aan het woord.
Volop belangstelling bij de informatiekraam van de IC-verpleegkundigen.
Afbeelding