John Knox - De hervormer van Schotland (27)

De priesters kijken elkaar sprakeloos aan. De angst staat op hun gezichten te lezen.
De voorzitter is de eerste die weer de beschikking over zijn tong krijgt. 'John Knox in Edinburgh', buldert hij. 'Vent, hoe kom je daarbij? Je liegt het toch zeker?'
'Nee … edele ..., och, ik meen, vrome he ... heren', hakkelt hij. 'Ik ben … ben als een dwaas hierheen ge … gekomen, om het u te zeggen.'
'Waar kom jij vandaan?' vraagt de secretaris.
'Uit Perth … om u te die … dienen.'
'Maar wie heeft jou dat praatje wijsgemaakt?' wil de voorzitter weten.
'Praatje?' reageert de bode verontwaardigd, 'maar ik kom ... kom hier niet met een pr ... praatje. Pater Bene … Benedictus uit Perth heeft … heeft me hierheen gezonden. Ik ... ik heb me bijna dood ... doodgelopen!'
'En hoe komt die Benedictus aan dat verschrikkelijke nieuws?' vragen er twee, drie tegelijk.
'Weet ik veel!' klinkt het onverschillig. Maar dan schijnt hem iets te binnen te schieten en hij laat er onmiddellijk op volgen: 'O ja … wacht eens even. Bene … Benedictus sprak over Sir Mac Tomkins. Daar heeft Knox een nacht ge … gelogeerd.'
'Wat zeg je daar?' buldert de voorzitter. 'Gelogeerd bij Mac Tomkins? Dat bestaat niet. Er is geen trouwer zoon van de kerk te vinden dan Mac Tomkins. Wat denken de heren?'
Er ontstaat nu een grote verwarring. De heren begrijpen er niets van. John Knox in Schotland terug? En dan gelogeerd bij Mac Tomkins. Het lijkt wel of de wereld op zijn kop staat.
'Zeg kerel, is het wel echt waar?' vraagt de voorzitter nog eens.
Maar de man bedankt ervoor om daar nog eens antwoord op te geven. 'Als ik lieg, dan liegt Benedictus ook!' zegt hij 'Ik … ik heb mijn boodschap gedaan, ik groet de heren!'
En even snel als hij gekomen is, verdwijnt hij ook weer. In grote verwarring blijven de heren bijeen. De voorzitter besluit dat de vergadering niet kan worden voortgezet. De vier predikanten die ter dood veroordeeld zouden worden, zijn in één slag vergeten.
Knox is weer in Schotland. Tijd dus om naar huis terug te keren. Dit is het slechtste nieuws, dat men in jaren heeft gehoord. De koningin moet onmiddellijk op de hoogte gebracht worden. Zij verblijft op het ogenblik in Glasgow en direct wordt er een ijlbode naar die stad gestuurd om haar het verschrikkelijke nieuws over te brengen.

Koningin Mary Stuart neemt geen halve maatregelen. Zij vaardigt onmiddellijk een proclamatie, een bevel, uit, waarbij de predikant John Knox als een oproerling vogelvrij wordt verklaard. Iedereen die hem ontmoet, mag hem gevangennemen en zelfs doden, zonder dat hij daarvoor zal worden gestraft.
Deze proclamatie wordt enkele dagen later in alle steden en dorpen van Schotland aangeplakt en voorgelezen. Zodoende wordt het grote nieuws van de terugkeer van Knox in korte tijd in heel Schotland bekend. Dat is schokkend nieuws, maar het is ook goed nieuws. Eindelijk hebben de protestanten in Schotland de man die zij nodig hebben.
Knox is een man die durft. Hoewel hij nu als een vogelvrijverklaarde in Schotland verblijft, denkt hij er geen ogenblik aan om te vertrekken naar een omgeving die veiliger is. Hij vertrouwt erop dat de Heere hem geroepen heeft tot de grote taak om zijn volk te verlossen van de tirannie.
En dat hij durft, laat hij meteen zien. De vier predikanten zitten nog altijd in de gevangenis, want na het bericht van de komst van John Knox zijn de geestelijke heren nog niet weer bij elkaar geweest.
De algemene gedachte is dat die vier dominees verbrand zouden worden. Dat verwachten ook de heren van de Congregatie. Vooral als het bericht Edinburgh bereikt dat die vier in Glasgow voor de koningin moeten verschijnen.

'Och, wat erg', zeggen ze tegen Knox, 'nu zijn ze verloren. De koningin zal ze vast en zeker ter dood veroordelen.'
'Denken jullie dat?' vraagt Knox. 'Dan is mijn plan gemaakt: ik ga met ze mee. Ik laat mijn broeders in de nood niet alleen en wil het lot delen dat hen bij de koningin boven het hoofd hangt.'
De predikanten worden uit de gevangenis gelaten om zich gereed te maken voor de grote reis naar Glasgow.
Overal wordt rondverteld dat Knox met ze mee zal gaan. En natuurlijk wordt dat bericht ook vlug overgebriefd aan de koningin. Daar schrikt ze van. Ze had al zoveel gehoord van die John Knox dat zij er niets voor voelt om hem in haar paleis te ontvangen. Daarom vaardigt zij haastig een bevel uit waarbij het de vier predikanten verboden wordt om naar Glasgow te komen. Dat is een verheugend bericht.
Ze zijn nu dus vrij.
Als de dag aanbreekt waarop zij voor de koningin moeten verschijnen, komen zij natuurlijk niet opdagen, ze mochten immers niet naar Glasgow reizen. Daarom verschijnt er een nieuwe proclamatie van de koningin, waarin zij de vier dominees uitmaakt voor oproerlingen en hen buiten de wet stelt. Dat wil zeggen, dat ook zij vogelvrij verklaard worden. Iedereen mag hen doden en zal daarvoor niet worden gestraft.
'Niet van schrikken', zegt Knox, 'ik ben ook vogelvrij verklaard.'
Heel Schotland spreekt er schande van dat de koningin zo vals handelt en er zijn er niet veel die Knox en zijn vier vrienden nu nog kwaad willen doen. Zo komt de voorspelling van de oude Walter Mill dus toch uit.

Het boekje van John Knox gevonden

Op een mooie morgen in mei rijdt Jack Mac Tomkins op zijn pony vrolijk door het bos. Hij is onderweg naar het huisje van Roger Kingley, de linnenwever, dat ergens diep in het bos verscholen ligt.

Die Roger leeft daar heel alleen, midden in de vrije natuur, en brengt zijn tijd door met weven. Op alle boerderijen in de verre omtrek worden door vrouwen en meisjes wol en vlas tot draden gesponnen. Maar het weven van die duizenden kilometers draad laat men over aan Roger.