Afbeelding
Foto: Adri van der Laan

Provincie: Meer bloem- en kruidenrijk grasland

DEN HAAG - De provincie Zuid-Holland gaat een eerste aanzet geven voor meer bloem- en kruidenrijk grasland. Een voorstel hiertoe van de Partij voor de Dieren is tijdens de vergadering van Provinciale Staten van 29 juni met brede steun aangenomen.

Bloem- en kruidenrijk grasland heeft veel voordelen. Het leidt tot meer insecten en weidevogels, een betere waterkwaliteit en een betere biodiversiteit. Het bevordert bovendien een betere bodem met een lagere zuurgraad en heeft minder bemesting nodig. Het zorgt daarnaast voor gezondere koeien met een hogere weerstand en kwalitatief betere melk. Maar ook leiden bloem- en kruidenrijke weides tot een aantrekkelijker en mooier landschap voor toeristen en recreanten.
"Slechts één procent van het huidige grasland is nog maar bloem- en kruidenrijk." aldus Carla van Viegen, fractievoorzitter van de Partij voor de Dieren in Zuid-Holland, "Het Zuid-Hollandse weidelandschap bestaat grotendeels uit groene woestijnen van enkel Engels raaigras, waardoor weidevogels zeer weinig voedsel en slechte levenskansen hebben."

In het voorstel heeft de Partij voor de Dieren verzocht om in samenwerking met de Wageningen Universiteit en het Veenweide Innovatie Centrum in 2016 een symposium te organiseren over bloem- en kruidenrijk grasland, waarbij agrariërs worden uitgenodigd, (innovatieve) kennis en ervaring wordt gedeeld en het economische belang voor boeren hiervan helder wordt uiteengezet. Van Viegen stelt: "We zijn heel blij met de provinciale inzet voor meer insecten-, bloem- en kruidenrijk grasland. Het is een win-win situatie voor zowel agrariërs, diergezondheid als natuur."

De melkopbrengst is mogelijk iets lager bij bloem- en kruidenrijk grasland, maar ter compensatie blijven koeien gezonder en zijn er veel minder ziektekosten en medicijngebruik. De aanpak en inpassing van extensief kruidenrijke graslanden in de bedrijfsvoering verdient daarom extra aandacht. Het is van belang dat agrariërs hierover goed worden geïnformeerd met de vraag: 'what's in it for me'. Met het symposium dat georganiseerd gaat worden, wordt hieraan een positieve impuls gegeven.