Afbeelding
Foto: Archief

Oud-vissers van Middelharnis waren nog eens in de thuishaven

Jarenlang, wel een halve eeuw schenen ze te zijn vergeten, de gasten van de eertijds 'roemruchte' Middelharnisse vissersvloot. Zoals van "old soldiers" wordt bezongen, leken de meesten in de tijd te zijn opgegaan, maar nee, zaterdagmiddag zaten de veteranen, veelal de leeftijd der sterken ver te boven, op het Vingerling op het ere-gestoelte aan de voet van het bronzen kofjekokertje, te hunner ere, en ter nagedachtenis van hen die bleven, opgericht. Meerderen hadden elkaar in jaren, tientallen jaren soms, niet meer gezien, maar ook voor een oud kofjekoker kan 't verkeren, op Middelharnisse bodem, op de keien van het Vingerling hebben ze elkaar weer gevonden en elkaar bij de schouders gevat. Anders dan vroeger in hun harde jeugdjaren konden ze zich nu wat sentiment veroorloven, dat mocht en dat werd gedaan. De oud-vissers ("mijn vissertjes", zei Aai Boogerman) hebben in Middelharnis een gelukkige dag gehad en op het Vingerling, onder een loodzware lucht stil en geroerd toen hun kofjekoker werd onthuld.