Dilatatievoegen en kinderbinten

"AU! Niet weer", verzucht ik als ik voor de tweede keer op mijn vinger sla. Momenteel besteed ik nogal wat uurtjes aan klussen. Het resultaat is kapotte handen en benen die eruit zien alsof ik ben beschoten met hagel. Als er een winkel zou zijn waar ze handigheid verkopen, zou ik ongetwijfeld één van de beste klanten zijn. Helaas bestaat zo'n winkel niet, dus blijf ik maar wat doorklunzen.

Mijn waardering voor vaklui groeit nog sneller dan het huis. Als ik een balk inmeet en op maat zaag, is die soms te lang, soms te kort en af en toe in één keer op maat. De timmerman zaagt altijd alles in één keer precies pas. Met de buizen voor het elektra moet ik soms wel tien keer buigen voor ik de gewenste bocht heb gemaakt, de elektricien kijkt even en buigt de bocht dan in één vloeiende beweging precies pas. Van dat vakmanschap kan ik echt genieten. Zo'n timmerman die niet staat te hannesen met een waterpas, maar gewoon één oog dichtknijpt en met een doorgewinterde blik langs het hout tuurt. Vervolgens een klein tikje geeft met de hamer, nog een keer kijkt en zegt: "Zo is 'ie goed."

Voor een taalliefhebber is zo'n bouwplaats een prima plek. Want bij doorhalen denkt een timmerman niet aan nachtelijke avonturen, maar aan een lijn doortrekken. En wat te denken van een reveling, kinderbint of de aantrede van een trap. Dilatatievoeg is mijn favoriet, van de woorden die ik heb bijgeleerd. Helaas maakt al die kennis je niet direct handiger…

MARTIJN DE BONTE