Een welnemende raad (2)

"Ik raad u, dat gij van Mij koopt goud, beproefd komende uit het vuur, opdat gij rijk moogt worden; en witte klederen opdat gij moogt bekleed worden en de schande uwer naaktheid niet geopenbaard worde; en zalf uw ogen met ogenzalf, opdat gij zien moogt".
(Openbaring 3:18)

Goud en kleren biedt Christus aan. Maar opdat Laodicea zal weten, dat deze dingen onmisbaar zijn, is nodig ogenzalf, opdat zij zien mogen. Immers... de Laodicenzen waren blind. Dat ze arm waren en naakt was droevig. Maar dat ze het niet zagen, ja, dat ze meenden rijk te zijn en verrijkt en aan geen ding gebrek te hebben, dat was dubbel bedroevend! Want daardoor hadden zij noch aan het goud, noch aan de witte kleren behoefte. En zie, tegen deze geestelijke blindheid biedt Christus ogenzalf aan. Ogenzalf, we zeiden het reeds, was in Laodicea geen onbekende zaak. Er werd daar een zeer goede zalf bereid, die aan ooglijders uitnemende diensten bewees. Kostelijker dan deze zalf, is de zalf, die Christus aanbiedt.

"Zalf uw ogen met ogenzalf'' . Met deze schone beeldspraak wordt bedoeld het ontdekkend genadelicht. De schellen moeten van de ogen. Alleen dan zal men met de blindgeborene kunnen zeggen: "Eén ding weet ik, dat ik blind was, maar nu zie". Welnu, Christus heeft voor de geestelijke blindheid een geneesmiddel. Ieder die zijn blindheid aan de Heere klaagt, ontvangt de zalving van de Heilige Geest Die zalving opent blinde zielsogen. Die zelfontdekking door de Geest is pijnlijk, maar heilzaam. Zij leert zuiver zien.

Welk een ruim aanbod van genade en heil komt in deze raad van Christus ons tegen. Kostelijk goud en witte kleren. Maar zal er begeerte zijn naar deze kostbare zaken, dan hebt gij ogenzalf nodig. Ze is te krijgen in de heilsapotheek van de Heere Jezus Christus. En ge blijft die benodigen, uw leven lang. In uzelf blijft ge blind en duister. Maar er is deze belofte: "het volk dat in duisternis wandelt zal een groot Licht zien".

De mensen die een markt bezoeken, zijn lang niet allen kopers. Een deel ervan zijn kijklustigen. Straks gaan ze heen zonder iets te hebben gekocht. Geestelijk is het niet anders.

Ook daar: veel kijkers... weinig kopers. Zelfs is op geestelijk terrein ook het aantal kijklustigen zeer aan het verminderen. Meer dan ooit staat de kerk voor het probleem van de rand- en buitenkerkelijken. En als de Amen, de getrouwe en waarachtige Getuige een beeld van onze gemeenten, van rechts tot ultra-rechts, zou moeten tekenen, zou het er voor een groot deel beter uitzien, dan hier getekend wordt van Laodicea? Ook als we trouw kerkganger zijn, meelevend lid van de gemeente, de vraag blijft klemmen: "zijn we kijker of koper?" Christus biedt als een hemelse Koopman zijn waren aan. Hij komt tot u met een welmenende raad. Dat doet Hij zondag aan zondag, want elke prediking is een welmenend aanbod van Gods genade. Kwam het al tot een kopen? Was het u al ooit te doen om dat goud, dat witte kleed en die ogenzalf? Of zijt ge nog rijk en verrijkt, aan geen ding gebrek hebbend, zonder te weten, dat ge arm, blind en naakt zijt? Maak u van deze vraag niet af. Het antwoord er op is beslissend voor een eeuwige toekomst

Het kopen waartoe Christus aanspoort is een. wonderlijk kopen. Deze markt is de markt van vrije genade! "0, alle gij dorstigen, komt tot de wateren en gij, die geen geld hebt, komt, koopt zonder geld en zonder prijs wijn en melk". Zonder geld en zonder prijs... het geldt ook van dat goud en die witte kleren. Hier is goed nieuws voor armen. Voor mensen, die alleen maar schuld hebben en niets om te betalen. De hemelse Koopman wil het schenken om niet! Zo kunnen ook de allerarmsten van Christus verkrijgen: waardevast goud, witte kleren, heilzame ogenzalf. Hoe komt het dat zo weinigen dat goud en die kleren begeren?

Omdat ze niet echt arm zijn! We zijn rijk en verrijkt en hebben aan geen ding gebrek.

Kent gij die hemelse Koopman? Zijt gij, door genade, al afnemer van wat Hij aanbiedt om niet? Hebt ge reeds dat wondere woord leren verstaan, om het beste en heerlijkste te kopen zonder geld en zonder prijs? Gij kunt veel hebben... zolang dit enige nodige wordt gemist, mist men alles. Laat u dan dringen de raad van Christus op te volgen. Hem en zijn schat­ ten hebt ge nodig om getroost te leven en zalig te sterven. Laat toch uw oog niet verblinden door werelds goud... het is klatergoud! Zalig wie als arme leerde kopen: goud, witte kleren, ogenzalf.

Eens zal er dan mogen zijn: het ingaan in de hemelse bruiloftszaal, getooid met het witte feestkleed van Christus' gerechtigheid. Daar zal alles blinken van zuiver goud. Daar is de ogenzalf niet meer nodig, want niemand is meer blind. Het volk dat hier in duisternis wandelde zal dan het LICHT zien. Daar zullen allen God eeuwig loven en prijzen met de grondtoon: "het was niet, omdát wij het uwe kochten, maar omdat Gijzelf ons hebt gekocht met uw bloed".

En allen zullen daar zingen:
"Door U, door U alleen
om 't eeuwig welbehagen".
Straks leidt men haar,
in statie, uit haar woning, in kleding, rijk gestikt,
tot haren Koning,
Tot zij, daar elk gewaagt van hare lof,
Ter bruiloft treên in 't koninklijke hof '.

Deze overdenking stond eerder in Eilanden-Nieuws van 27 januari 1984.

Wijlen H. Hartman