Jubilaris Jan du Pree werd 1 april flink in de cadeaus gezet, in het restaurant van het ziekenhuis (foto: Hans Villerius). Inzet: Jan du  Pree, meer dan veertig jaar geleden, als leerling onder toeziend oog van leraar Van Son.
Jubilaris Jan du Pree werd 1 april flink in de cadeaus gezet, in het restaurant van het ziekenhuis (foto: Hans Villerius). Inzet: Jan du Pree, meer dan veertig jaar geleden, als leerling onder toeziend oog van leraar Van Son. Foto: Hans Villerius

Jan du Pree 40 jaar aan ziekenhuis Dirksland verbonden

DIRKSLAND – Voor Jan du Pree, hoofd Voedingsdienst in Het Van Weel-Bethesda Ziekenhuis, was het vrijdag 1 april een bijzondere dag. Niet omdat hij op die beruchte datum zo ontzettend in de maling zou zijn genomen maar omdat hij, zonder gein, veertig jaar in dienst was van het Dirkslandse ziekenhuis. En daar werd 's morgens vanzelf even bij stilgestaan, in het restaurant van het ziekenhuis. In enkele korte toespraken namens leiding, management en collega's werd Jan getypeerd als duidelijk aanwezig, betrouwbaar, consciëntieus, bevlogen, betrokken, attent, altijd voor een ander klaarstaand én deskundig. "Of het nu over specifieke voeding voor specifieke patiënten gaat, of over vernieuwing en innovatie, jij hebt 't allemaal al gevolgd en jij bent altijd de eerste die er kennis van draagt", zo gaf Wim Driesse namens de Raad van Bestuur van CuraMare aan.

Door Hans Villerius

Jan zelf had er niet zo veel aandacht aan willen geven. Alleen met de collega's van de keuken, zo had hij gezegd. Maar dat pakte anders uit. Waar normaal gesproken Jan liefst zelf de regie in handen heeft, wás nu voor hem beslist. In breder dan alleen keukenverband werd stilgestaan bij zijn jubileum. En… de jubilaris genoot ervan.

Luxeprobleem

Het was in februari 1976 dat Jan naar het ziekenhuis op sollicitatiegesprek ging in verband met een vacature van assistent-kok. Hij werd aangenomen en kon op 1 april aan de slag.
Daarvóór had hij zich al in het vak bekwaamd. Eerst op de technische school in Middelharnis. Hij herinnert zich nog de fijne lessen van leraar Van Son, met wie hij nog goede contacten heeft. Daarna bezocht hij de horecaschool in Rotterdam. Dat was één dag op school en vier dagen werken. Bij Jan werden dat er al gauw vijf, want hij houdt van aanpakken. In de stad heeft hij bij twee restaurants gewerkt voordat hij op het eiland werkzaam werd – in Restaurant De Hooge Heerlijkheid te Middelharnis, waar hij anderhalf jaar is gebleven. Toen wilde Jan z'n licht wel eens opsteken op ander vlak en ging hij naar een supermarkt, ook in Middelharnis, waar hij alle versafdelingen heeft gehad. Mensenkennis opdoen, weten hoe 't in de commercie werkt, dat was z'n drijfveer voor dit 'uitstapje' uit de horeca. Maar dat laatste bleef toch Jans ding en begon ook weer te trekken. Tijd dus om weer te solliciteren. Daarbij had hij het luxeprobleem dat hij op drie plekken werk kon krijgen: in Hernesseroord, in De Goede Ree en in Het Van Weel-Bethesda Ziekenhuis. Hij koos voor 't laatste, want hier lag voor hem een mooi perspectief om verder te 'groeien' in z'n werk. En van die keus heeft hij nooit spijt gehad.
Jan begon in de keuken van het ziekenhuis als assistent-kok, werd daarna al gauw kok, vervolgens waarnemend chef-kok en al op z'n 28e werd hij aangesteld als chef-kok. Een functie die later Hoofd keuken werd en inmiddels Hoofd voedingsdienst heet.

Afleren

"In de voedingsdienst is in die veertig jaar tijd ontzettend veel veranderd", vertelt Jan. "Eigenlijk is álles veranderd én verbeterd." In enkele trekken schetst hij de situatie hoe die destijds in de ziekenhuiskeuken was. "Tegen dat 't etenstijd werd, kwam de jongste afdelingsverpleegkundige altijd naar de keuken om het warme eten op te scheppen. Ze hadden er dan wel eens handje van om daarvóór al even te kijken wat die dag de pot schafte. Deksels gingen dus voortijdig van de pan en er werd soms zelfs alvast wat geproefd. Uit oogpunt van voedselveiligheid en hygiëne gaf ik aan dat ik dit niet meer wilde, 'en ik waarschuw maar één keer…', zei ik erbij. Gewoon tóch doen natuurlijk, maar dan kregen ze een hak met de pollepel of met de schuimspaan van me op hun handen. Na een week waren ze 't afgeleerd…!", blikt Jan lachend terug.

Hypermodern

Een hele stap vooruit was 't toen van het principe werd afgestapt dat in de keuken bepaald werd wat de patiënten dagelijks te eten kregen. Jan stelde een keuzemenu in, zodat patiënten zelf een keuze konden maken. En zo is het altijd gebleven.
Tegelijkertijd voerde hij het componentensysteem in, met dagelijks verschillende componenten op de menulijst waar patiënten uit kunnen kiezen en wat daarna geautomatiseerd verwerkt wordt. "In die tijd een hypermodern systeem in een oud ziekenhuis", zegt Jan. Hoewel 't complexer is geworden, wordt in het ziekenhuis nog steeds vers gekookt. Wat Jan betreft blijft dat ook zo. In ieder geval zo lang hij in de keuken nog de scepter zwaait.
Een ingrijpende verandering was natuurlijk de bouw van de nieuwe keuken bij het nieuwe ziekenhuis. Jan kreeg daarbij de vrijheid om de te bouwen keuken, inclusief de basisapparatuur, geheel zelfstandig te ontwikkelen. En Jan zou Jan niet zijn als hij de bouw niet nauwlettend in de gaten hield. Alle verborgen leidingen weet hij nog steeds te liggen… En nu, zo veel jaar later, staat de keuken er nog spik en span bij, zo goed wordt die onderhouden. "Een prestatie van heel het keukenteam", weet Jan.

Koningin

Aan de opening van het nieuwe ziekenhuis bewaart de jubilaris overigens nog een alleraardigste herinnering. Koningin Beatrix verrichtte de openingshandeling en kreeg een rondleiding door het nieuwe complex. Protocol was dat niemand uit zichzelf tegen Hare Majesteit mocht praten. Alleen als zij iets vroeg was het toegestaan om tot de vorstin te spreken. Maar Jan heeft niets met dergelijke protocollen. "In de rondleiding van Beatrix was ook een bezoek aan de keuken opgenomen", vertelt hij, "maar ja, niemand zei verder iets… Dus heb ik toch m'n mond maar opengedaan en gevraagd of de majesteit misschien 't een en ander wilde zien. En dat wilde ze wel… Ik heb ze toen, tegen 't officiële plan in en haar begeleiding in verlegenheid achterlatend, mee getroggeld de keuken in, ze alles laten zien en verteld wat waarvoor diende. Ze vond 't stikleuk…!" Jan heeft er nog steeds schik om.

Naslagwerk

Maar er is nog meer veranderd. Telde de keuken in 1976 slechts zeven medewerkers, in veertig jaar is dat uitgegroeid tot een heus bataljon dat onder de verantwoordelijkheid van Jan valt. Naast de voedingskeuken is er het restaurant gekomen met zijn medewerkers, de voedingsassistenten, de vrijwilligers van de broodwagen en van het winkeltje in de ziekenhuishal. Ook kookt het ziekenhuis voor serviceflat Vroonlande en voor hospice Calando. Het is dan ook niet verwonderlijk – en inmiddels vanwege de NIAZ-accreditatie ook verplicht – dat voor zo'n omvangrijke dienst alle handelingen en werkzaamheden, werkinstructies en normen geprotocolleerd zijn geworden en gedocumenteerd zijn vastgelegd. Hiertoe heeft het ziekenhuis het documentenbeheersysteem ontwikkeld, een digitaal naslagwerk, raadpleegbaar voor wie dat in z'n werk nodig heeft. Ook voor de voedingsdienst is dit ontwikkeld en Jan is daar heel content mee.

Eigen bedrijfje

Duidelijk mag zijn dat Jan in z'n dagelijks werk niet zelf meer in de pannen roert. Anno 2016 houdt hij zich volledig bezig met aansturing, coördinatie en verdergaande ontwikkeling. "Ik zei 't al, álles binnen de voedingsdienst is in de achterliggende veertig jaar veranderd. Ik heb de kans gekregen – en die ook graag benut – om me in dit werk te ontplooien en te ontwikkelen. Daar ben ik dankbaar voor, ook dat ik steeds weer het vertrouwen kreeg om de dingen te doen waarvan ik overtuigd was dat ik ze moest doen en zó moest doen. Dankbaar ben ik ook m'n team, want zonder je medewerkers ben je niets en kun je niets. Ik heb m'n werk altijd gedaan met de drive alsof 't m'n eigen bedrijfje is: er volledig verantwoordelijk voor zijn en er altijd volledig voor gaan. De ruim drie en een half jaar die me nog resten voordat ik in november 2019 met pensioen kan, hoop ik met nog evenveel plezier m'n werk te mogen doen, maar ook anderen te helpen en de opgebouwde kennis aan anderen over te dragen."

Afbeelding
Afbeelding