Overhandiging door kleinzoon J. Meijer aan mevrouw Mw. C. Keijzer Moijses en 'tante' Ada van Dam-Bouman van de laatste in Stellendam gehouden preek.
Overhandiging door kleinzoon J. Meijer aan mevrouw Mw. C. Keijzer Moijses en 'tante' Ada van Dam-Bouman van de laatste in Stellendam gehouden preek. Foto: pr

Verkondiger van het 'Licht' en brenger van het licht te Stellendam

STELLENDAM - Donderdag 17 september hield de HHG te Stellendam haar eerste contactmiddag van het nieuwe verenigingsseizoen. Deze middag zal door de vele aanwezigen niet gauw vergeten worden. Hieronder volgt een verslag, geschreven door één van de aanwezigen:

Nadat ds. B.D. Bouman de middag had geopend en een meditatie gehouden had n.a.v. Psalm 55 vers 23 hield de gastspreker voor deze middag, de heer A.J. Nelis uit Ouddorp, een boeiende presentatie over wijlen de heer W. Bouman, godsdienstonderwijzer te Stellendam van 1923-1956. Nelis is vaste medewerker van het kerkhistorisch tijdschrift 'Oude Paden'. Van zijn hand verscheen in het maartnummer van dit jaar een artikel over het leven en werk van de eerwaarde heer Bouman. Hij verzamelde hiervoor zoveel materiaal, dat hij dit graag met de Hersteld Hervormde Gemeente te Stellendam wilde delen. Daar de overgrote meerderheid van de aanwezigen de heer Bouman nog gekend hadden, riep dit vele, vele herinneringen op, die in de pauze en na afloop met elkaar gedeeld werden.

Smid-bankwerker

Willem Bouman werd 19 december 1890 in het sluiswachtersgezin van Jan Bouman en zijn vrouw Sara Wittekoek op het Havenhoofd van Middelharnis geboren. Rond zijn 17e levensjaar vertrok hij naar Alphen aan de Rijn en werd daar via avondcursussen smid-bankwerker bij een scheepsreparatiebedrijf. Hij trouwde in 1912 met Liedewij Pellekooren uit Boskoop. Het echtpaar vestigde zich in Alphen aan de Rijn. Bouman kreeg een sterke roeping tot het predikambt en volgde cursussen voor godsdienstonderwijzer. Na het behalen van de benodigde getuigschriften werd hij door de Hervormde Gemeente te Stellendam voor 2 jaar benoemd als godsdienstonderwijzer. Het zouden 33 jaren worden! Reeds het eerste jaar bleek het kerkgebouw veel te klein om het aangroeiende getal kerkgangers te kunnen bergen. December 1923 werd het vernieuwde kerkgebouw in gebruik genomen. Absolute novum was de elektrische verlichting in de kerk. Op heel het eiland was in 1923 nog geen stroomvoorziening. Door toedoen van de heer Bouman was deze hier gekomen. Dit was het begin van de eerste elektriciteitscentrale op Flakkee. Samen met burgemeester Charbon richtte Bouman in 1926 de coöperatie 'De Centrale' op. In 1930 werd deze overgenomen door de EMGO. Een plaquette op het transformatiehuis in de Iman Caustraat herinnert hieraan. Activiteiten op kerkelijk, politiek en maatschappelijk terrein passeerden deze middag de revue. Oprichting van een bewaarschool, Hervormde Lagere School, diverse verenigingen waren het werk van de heer Bouman. Hij lenigde de nood van de vissers en garnalenpel(st)ers, was medeoprichter van het ziekenhuis te Dirksland. Het spreekwoord 'hoge bomen vangen veel wind' was ook op hem van toepassing.

Smaad, laster en hoon

Tegenwerking, smaad, laster en hoon is hem niet onthouden, maar Bouman bouwde voort. Niet in het minst op en vanuit het geestelijk fundament, de drie sola's van de reformatie. In 1956 nam hij officieel afscheid van 'zijn' gemeente en in 1957 vestigde hij zich te Oud-Beijerland, waar twee van zijn getrouwde kinderen woonden. Op 22 november 1968 kwam een eind aan zijn aardse loopbaan.

De heer Nelis verhaalde van een bewaard gebleven briefje van een Stellendamse, waarin zij schreef dat zij als 15-jarig meisje voor haar geestelijk leven destijds zo heel veel aan de preken van de heer Bouman had genoten. Ontroerend!

Genoemd artikel in 'Oude Paden' heeft binnen de kring van de nakomelingen van het echtpaar Bouman veel in beweging gebracht. Oude fotoboeken werden voor de dag gehaald, herinneringen opgehaald en met elkaar gedeeld. Binnen de familie namen enkelen het initiatief om een familiereünie te organiseren. Een kleinzoon van de heer Bouman, J. Meijer uit Veenendaal, was die middag samen met zijn vrouw naar Stellendam gekomen, speciaal voor deze presentatie over hun opa. Onderweg hadden zij mevrouw Ada van Dam-Bouman in Rijsoord opgehaald. Zij is de enige dochter van de vier, die in Stellendam geboren werd en tevens de enige nog in leven zijnde daarvan. Ook twee andere kleinkinderen, Greet van der Heiden en Wim van Dongen, waren naar Stellendam gekomen en wisselden met elkaar en de aanwezigen herinneringen uit. De heer Meijer liet zelfs nog een geluidfragment uit een kerkdienst horen. En als grote verrassing had hij de laatste preek die zijn grootvader in Stellendam gehouden heeft, op papier uitgewerkt. Hij overhandigde als erkentelijkheid van de familie hiervan een exemplaar aan de heer Nelis, aan zijn tante Ada en aan de oudste aanwezigen. De preek werd op 23 augustus 1961 door de eerw. heer Bouman uitgesproken en handelde over Psalm 72 vers 20: De gebeden van David, de zoon van Isaï, hebben een einde. Het verhaal gaat dat destijds een gemeentelid op weg naar de kerk of zelfs al in de kerk eensklaps bij zichzelf dacht: "Dit kon wel eens de laatste keer zijn dat de heer Bouman in Stellendam preekt." Hij keerde huiswaarts en nam bij de kerktelefoon de preek op. Hij bleek gelijk te hebben gehad! Preken was Boumans liefste werk. In totaal heeft hij wel 3185 preken gehouden. De eeuwigheid zal openbaren voor hoevelen deze tot zegen geweest zijn.

Nadat ds. Bouman (overigens zover als bekend geen familie) deze mooie middag gesloten had, werd er nog geruime tijd onderling nagepraat en het duurde dan ook nog geruime tijd voordat de laatste bezoeker het gebouw verlaten had. Men had voor vele dagen gespreksstof opgedaan.

Afbeelding
Het sluiswachtershuis waar Willem Bouman werd geboren.