Afbeelding
Foto:

De oudste boerderij op Goeree-Overflakkee

MIDDELHARNIS – Moeilijk uit te leggen wat het is. Het is een gevoel, de sfeer als je zo'n oud huis binnen stapt. Die grote hal met die trap. De woonkamer met de warme kachel. De dikke balken. Dit is de naamloze boerderij aan de Vroonweg te Middelharnis. Op de gevel staat het jaartal 1634. Oudere boerderijen zijn op Goeree-Overflakkee niet te vinden. De naamloze boerderij stond langere tijd bekend als de stee van Job van Dis. Begin jaren twintig, toen hij 2 jaar was, kwam hij er wonen, vanuit Stad aan 't Haringvliet. Vader Van Dis was handelaar in vee. Job zelf hield zich later meer bezig met akkerbouw en veeteelt. De boerderij aan de Vroonweg was een gemengd bedrijf, zoals zo veel Flakkeese agrarische bedrijven in het midden van de vorige eeuw.

Door Kees van Rixoort

Het verhaal gaat dat de kinderen van de familie Van Dis leerden fietsen op de grote zolder. Zo'n zolder waar vroeger het graan lag – vandaar die dikke balken onder de vloer, tegen het plafond van de woonkamer – en die later werd gebruikt om op te slapen. Eerst achter een gordijntje, hier en daar, later in echte slaapkamers. Die zolder is nu te bereiken via een trap in de hal. Maar die was er vroeger niet. Toen had je een ladder nodig om op zolder te komen. In een hoek van de woonkeuken – tegenwoordig een onderdeel van de grote woonkamer – zat een luikje.

Hammen drogen

Dat in dit gedeelte van het boerenhuis de bereiding van eten plaatsvond, is niet meer te zien. Wel zitten, vlak bij de kachel, nog de bevestigingspunten aan de balken die nodig waren om hammen te drogen. De traploze hal was in gebruik als slachtplaats.

De stee zou in een ver verleden omgeven zijn geweest door een bos. Wellicht diende het latere onderkomen van Van Dis zelfs nog als jachthuis. Uitziend op het geschoten wild aan haken aan de muren zouden de jagers zich hier na afloop van de jacht hebben verpoosd. Bewijzen zijn er echter niet.

Toen vrijwel geheel Goeree-Overflakkee al was aangesloten op het elektrische net, moesten de bewoners van de boerderij aan de Vroonweg zich nog behelpen. Van Dis had er iets op gevonden. Hij wekte zelf stroom op: als hij tv wilde kijken, liet hij zijn tractor draaien. Het duurde ook een tijd voordat de boerderij een aansluiting op de drinkwaterleiding kreeg. Gelukkig was het water in de tras van uitzonderlijk goede kwaliteit. De mensen die op het land werkten vonden het heerlijk.

Op een zondagmiddag in 1956 brandde de schuur tot de grond toe af. Dat trok nogal wat aandacht, heel wat mensen togen naar de Vroonweg – toch nog een eind lopen vanuit het dorp – om te kijken en te helpen. Van Dis liet een nieuwe schuur bouwen. Daarbij hield hij zijn portemonnee goed in de gaten en was het praktisch nut de doorslaggevende factor: als de combine maar droog stond.

Nadat Van Dis zijn stee en grond had verkocht, heeft de boerderij diverse bewoners gehad. Een van hen was Jan van Groningen van het gelijknamige sloopbedrijf. In 1986, 27 jaar geleden, kwamen John en Ineke van der Knaap-Vrijhof aan de Vroonweg wonen. "Het was een droom. De woonboerderij stond anderhalf jaar te koop. Toen we gingen kijken, was het slecht weer. We stapten binnen en waren direct verkocht. Zo'n huis raakt je."

De ruilverkaveling was nog niet afgerond. Door het land rond de stee liepen verschillende paadjes. Ook stond hier en daar een schuilhut. Die charmes zijn verleden tijd. De ruilverkaveling leverde de familie Van der Knaap wel een huiskavel op. Het stuk land hoorde in de tijd van (Job) van Dis nog bij de boerderij. Nu lopen er wat paarden en schapen op.

De nieuwe eigenaren brachten dubbel glas aan en vervingen een paar kozijnen. Van de opkamer maakten ze een slaapkamer. De keldergewelven eronder zijn helaas ingestort. Er moeten prachtige tegels in gezeten hebben, maar die zijn stuk voor stuk verdwenen. Ook verdwenen zijn de bedsteden. Ze stonden in de woonkamer en de opkamer, met eronder de aardappelvoorraad.

Kwetsbare gevel

Van de in 1634 gebouwde boerderij – het jaartal is ook te vinden op een steen in de top van de gevel, samen met de tekens van de bouwheer – zijn meerdere authentieke elementen bewaard gebleven. Behalve het gebinte – dat in die tijd niet op dikte werd geschaafd – en de opkamer zijn dat onder meer het restant van de kelder en de iets naar voren hangende voorgevel. Het wagenhuis stortte eind jaren tachtig in en is niet meer herbouwd.

Van der Knaap: "Die voorgevel is kwetsbaar. Om de zoveel tijd moet er iemand komen om hem te voegen. Gelukkig staat de gevel niet op de regenkant. Je kunt zien dat de voorgevel van vóór 1650 is. Er zijn namelijk ontlastingsbogen aangebracht. Na 1650 ging men andere constructies gebruiken."

De bewoningsgeschiedenis van de stee is tot 1634 bekend. Vreemd dat al die bewoners hun huis nooit een naam hebben gegeven. De huidige bewoners doen dat wel. Met een verwijzing naar de meisjesnaam van mevrouw Van der Knaap heet de boerderij nu De Vrije Hof. Die naam staat ook op de potjes honing die er vandaan komen.

<kader1>

Lappendeken

Nu is er één gemeente Goeree-Overflakkee. Voorheen stond de oudste boerderij van het eiland in de Sommelsdijk en was ook tot 1966 kadastraal ingedeeld bij Sommelsdijk. Aan de andere kant van de Vroonweg lag Middelharnis. Sommelsdijk is best ver weg. In feite ligt de boerderij tussen Middelharnis en Nieuwe-Tonge.

<kader2>

Aquarellen van Verheul

In 1928 en 1929 aquarelleerde de Rotterdamse architect Jan Verheul Dzn. vijftien boerderijen op Goeree-Overflakkee en de sluiswachterswoning bij het Sas van Dirksland. Ook van de boerderij aan de Vroonweg maakte hij een aquarel. Dat was in juni 1928. Van Dis was toen nog een jongen; de op de aquarel afgebeelde man, naast de tras, is waarschijnlijk zijn vader.

Verheul (1860-1948) reisde door de hele provincie Zuid-Holland om boerderijen vast te leggen. In totaal maakte hij tussen 1920 en 1935 340 aquarellen die een natuurgetrouw beeld geven. Daarmee wilde hij het publiek wijzen op de schoonheid van de landelijke bouwkunst. Ook vroeg hij aandacht voor het behoud ervan.

Meerdere boerderijen in de provincie zijn sindsdien gesloopt, bijvoorbeeld in Pernis, Hoogvliet en Rotterdam. Dat geldt ook voor een aantal door Verheul geschilderde boerderijen op Goeree-Overflakkee.

Afbeelding
Afbeelding