Stellendamse vloot telt nog maar zes kotters
STELLENDAM - Door de recente verkoop van de SL-45, telt de vloot van Stellendam nog maar zes kotters. Voor zover bekend zijn er door Stellendamse visserijbedrijven geen definitieve aanvragen voor sanering ingediend. Aanvankelijk zou de SL-42 gebruik maken van de sanering, maar die aanvraag is ingetrokken.
In 2000 telde de vloot van Stellendam maar liefst zes grote boomkorkotters, inclusief de 30,5 meter lange SL-3 van wijlen Jan ’t Mannetje. De gebroeders H.A. en A. Brinkman hadden toen de SL-12 en de SL-14 in de vaart. De eerste gebouwd bij Scheepswerf Haak in Zaandam en de tweede bij Scheepswerf Visser in Den Helder. De twee grootste kotters waren de SL-27 van de familie Van Seters en de SL-7 van Brinkman. De 40 meter lange SL-45 van Cor Brinkman, die ook de Eurokotter SL-42 in de vaart had, maakte het zestal compleet. Anton Dekker had toen de Eurokotter SL-9 onder z’n hoede en de SL-22 ‘Nooitgedacht’ was de enige geregistreerde garnalenkotter, eigendom van Tanis.
Samenstelling vloot
De samenstelling van de Stellendamse vloot is anno 1932 behoorlijk gewijzigd, want de SL-42 van Sjaak Brinkman is nog maar de enige grote boomkorkotter. Het overige deel van de vloot bestaat uit de flyshooters SL-9 en SL-26, de garnalenkotter SL-2 en de twee Eurokotters SL-23 en SL-49. Laatstgenoemde is vorig jaar aan de vloot toegevoegd. Sjaak Brinkman had tot eind vorig jaar de SL-42 en de flyshooter SL-45 in de vaart. De SL-45 is verkocht aan rederij W. de Boer & Zonen, waar Andries de Boer en broer Meindert de stuwende krachten zijn. De twee broers hebben al twee onder Britse vlag opererende flyshooters, de E-104 en de FD-157, in de vaart en ook nog de Britse bokkers RN-1 en de PH-63.