Meditatie: Schijnopwekkingen

Lezen: 2 Timotheüs 4:1-5

Beste vrienden, in onze tijd hebben we in bepaalde kerken grote uitbarstingen van enthousiasme gezien, alsof de Vesuvius en de Etna beide aan het werk waren. Er waren overvolle vergaderzalen, gevulde gangpaden, stampende en donderende predikers, hoorders die bedwelmd waren van opwinding en personen die op grote schaal werden bekeerd, onder wie honderden kinderen, sommigen zeiden zelfs duizenden. 

Welnu, waar waren de gemeenten een maand of twee daarna? Waar waren de bekeerlingen? De echo klonk door de zalen: ‘Waar, waar?’ Wel, de bekeerlingen waren slechtere zondaars dan voorheen of opgeblazen belijders van een oppervlakkige religie, waardoor ze al snel in een hopeloze kou terechtkwamen, wat het moeilijk maakte om hen ooit nog eens te beroeren. Ik houd van echte opwekkingen, met heel mijn hart, en ik zou ze helpen en ondersteunen; maar ik spreek nu over onechte dingen die ik heb gezien en die helaas nog steeds voorkomen. 

Het is niet Gods Heilige Geest geweest, maar louter opwinding, luid spreken, grote woorden, fanatisme, tirades en niets meer. En waarom ging in dergelijke gevallen het vuur uit? Wel, de man die de balg blies ging weg om zijn longen elders te gebruiken. En zodra de goede man die door zijn opmerkelijke manier van doen deze opwinding had veroorzaakt weg was, ging het vuur uit.

Deze meditatie is ook gepubliceerd in Zondagen met Spurgeon, Apeldoorn, 2019. ISBN: 978 90 8718 1963