Afbeelding

Nieuwjaarstoespraak: het mag hier en daar best wat steviger

De gemeente Goeree-Overflakkee bestaat inmiddels toen jaar in haar huidige vorm. Reden genoeg voor burgemeester Grootenboer om daar uitgebreid bij stil te staan in haar nieuwjaarstoespraak, die integraal terug te lezen is in de krant van afgelopen dinsdag. Maar wat heeft ze nu eigenlijk precies gezegd? We zoomen in op enkele passages.

Tekst: Gert Klok
Foto: Adri van der Laan

De burgemeester en haar tekstschrijver(s) verdienen allereerst een compliment. Nieuwjaarstoespraken staan nogal eens vol ambtelijk taalgebruik waarbij weinig mensen écht snappen wat er nu eigenlijk wordt gezegd of bedoeld. Dat heeft weer alles te maken met het ‘onpartijdig zijn’, of in ieder geval de schijn daarvan te wekken. De laatste toespraak was in veel gevallen best heel duidelijk en wars van ambtelijke taal.

De eerste opvallende passage is een citaat van waarnemend burgemeester Kleijwegt uit 2013: “Laat het verleden vanaf nu rusten, want één gemeente is meer dan de som der delen.” Burgemeesters moeten diplomatiek blijven, dat is een belangrijke taak. Ze staan in die zin ‘boven de partijen’. Ook Grootenboer sprak vooral woorden van verbinding. Probleem daarmee is dat het soms niet helemaal duidelijk is wat wordt bedoeld. ‘Zeur niet zo over dat vroeger alles beter was, want dat is niet zo’, is bijvoorbeeld veel duidelijker, maar ja, dat kun je als burgemeester niet zeggen.

Waar men niet helemaal in is geslaagd, is het voorkomen van ‘verkooppraatjes’, oftewel zaken rooskleuriger schetsen dan ze in werkelijkheid zijn. “2013 was het jaar dat het begrip participatiesamenleving in beeld kwam. De overheid kreeg een steeds meer faciliterende rol, waardoor ruimte kon ontstaan voor inzet van inwoners en ondernemers.” De burgemeester noemde dit een zinnetje verder “burgerkracht”. Het hele idee van burgerparticipatie was toch vooral een bedekte term om te zeggen dat wij als burgers onder het mom van ‘het samen doen’, ‘omzien naar elkaar’ en andere holle frasen veel meer zaken zelf moesten gaan regelen. Er moest immers flink bezuinigd worden. Met de opmerking dat op sommige onderdelen nog steeds niet duidelijk is hoe die participatiesamenleving eruit moet zien, maar dat we het samen moeten doen, haakte de toespraak evenwel keurig aan bij de rode draad van haar toespraak. 

Vuurwerk

Het meest interessante onderdeel van de toespraak -althans, met het oog op de actualiteit- is de vraag hoeveel geld de gemeente nu weer kwijt is aan idioten die het nodig vinden om met levensgevaarlijk zwaar vuurwerk de boel te slopen. ‘Slechts’ 87.000 euro dit keer, toch een stuk minder dan een jaar eerder. Om het in perspectief te zetten: met dat bedrag kun je 25 Buurtbusvrijwilligers een jaarlijkse vergoeding van 3.480 euro betalen. Of ministens een nieuwe bus voor kopen. Er moeten “afspraken op Europees niveau over het afsteken van consumentenvuurwerk komen”, aldus de burgemeester. En iets verderop: “Laat het afsteken van vuurwerk alstublieft aan professionals over.” Het is niet met zoveel woorden, maar stiekem pleitte onze eerste burger voor een vuurwerkverbod. En dat mag ze best keihard zeggen volgend jaar, als we weer moeten vaststellen dat de jaarwisseling net zoveel kost als een haalbaarheidsonderzoek naar de Randweg bij Middelharnis.

Kernbezoek

Na het opsommen van alle crises en zorgen over de bereikbaarheid van het eiland, volgt nog een laatste passage die het waard is om even uit te lichten. “Het gemeentebestuur gaat de komende jaren op bezoek in de kernen om in gesprek te gaan met de inwoners en te horen wat er in die betreffende kern leeft.” Een nobel streven en op het eerste gezicht geen gekke gedachte. Je laat als politiek immers zien dat het je echt wel interesseert wat de inwoners vinden. Toch bevreemdt het plan tot kernbezoeken ook een beetje, nog geen jaar na de gemeenteraadsverkiezingen. Raad en college zouden juist nu toch heel scherp moeten hebben wat waar speelt en welke richting men op wil. Bovendien ligt er een coalitieprogramma, opgesteld door een flinke meerderheid van de partijen en unaniem ondertekend door de gemeenteraad. Juist met dit soort acties geef je als politiek het signaal dat je misschien toch niet heel erg goed weet wat ‘de bevolking’ nu echt wil. En wie is die bevolking eigenlijk? Op dergelijke avonden zie je toch vooral de klagers; de overgrote meerderheid vindt dat het óf prima gaat, óf het interesseert hen gewoon niet zoveel. De reflex om te laten zien ‘dat we echt wel luisteren’ is daarom echt niet nodig. De geplande kernbezoeken geven toch vooral aan dat de invloed van schreeuwers op met name social media -waartegen de burgemeester een zin later nota bene ageert- groter is dan goed is voor het eiland en haar politici.

Conclusie? In de toespraak staan weinig ambtelijke, wollige zinnen, dus het is in ieder geval goed te begrijpen. De overvloed aan verbindende teksten was te verwachten vanuit haar ‘rol’, maar de burgemeester mag hier (vuurwerkverbod) en daar (bereikbaarheid, tokkiegedrag op social media) best wat steviger stelling nemen.