Afbeelding

Monument voor de acht jonge vliegers die hun leven gaven voor de vrijheid

In de nacht van 27 op 28 mei 1944 valt de Engelse luchtmacht (de RAF) diverse doelen aan in België, Frankrijk en Duitsland. Hoofddoel is de verschillende militaire installaties in het oosten van België te bombarderen. De RAF komt er niet ongeschonden uit: tien vliegtuigen worden die nacht neergehaald, waaronder de Lancaster LM459. Het vliegtuig vertrekt iets over twaalven vanuit Engeland en komt half drie ’s nachts boven Sommelsdijk in de problemen. Een Duits jachtvliegtuig neemt het op de korrel. De Lancaster cirkelt een paar keer boven Sommelsdijk en stort dan neer.

Het al brandende toestel komt terecht in de achtertuin van de boerderij van weduwe Van der Meide aan de Oudelandsedijk. De huizen daar worden maar net gemist en het is een flinke klap. Aan boord van het viermotorige vliegtuig bevindt zich nog munitie, die daarna met een daverende klap tot ontploffing komt. Eén omwonende staat voor de raam te kijken en krijgt glasscherven in zijn oog. Hij wordt voor behandeling overgebracht naar Rotterdam. Wonder boven wonder vallen er onder de eilandbevolking verder geen slachtoffers. Wel brandt een schuur af en raken diverse woningen beschadigd door de luchtdruk, ontploffingen en rondvliegend puin. Het staartstuk van het vliegtuig komt enkele honderden meters verder terecht.

Staartschutter

Na de bluswerkzaamheden worden er in en rondom het wrak vier inzittenden aangetroffen. Zij zijn zwaar verbrand en verminkt. In de verdere omgeving worden er nog meer menselijke resten gevonden. Op driehonderd meter van de rampplek wordt staartschutter Evans gevonden. Op dit punt spreken verschillende historische boeken elkaar tegen. In ‘Blijvend gedenken’ van Hoogzand wordt verteld dat de jongen op dat moment al dood is, terwijl ‘Drama in de nacht’ van Stoutjesdijk verhaalt dat Evans op dat moment nog leeft. Volgens de laatste geschiedschrijving zou de Engelsman met een ladder naar een nabijgelegen schuur zijn gebracht, en later naar de dokterswoning. Daar overleed hij korte tijd later aan zijn verwondingen.

De stoffelijke resten van de vliegeniers worden in opdracht van de Duitse Wehrmacht op 30 mei 1944 begraven op de algemene begraafplaats van Sommelsdijk – nog geen 400 meter van waar zij zijn neergestort. Normaal gesproken telt een Lancaster zeven bemanningsleden. In het geval van de LM459 zijn dat er echter acht. Het laatste bemanningslid bedient de geheime stoorzenders aan boord, wat op zichzelf weer een verhaal apart is. Van de bemanning zijn er zes afkomstig uit het Verenigd Koninkrijk, één uit Canada en één uit Australië. Het was hun zesde missie, hun eerste (en laatste) in dit toestel.

Slecht voorgevoel

De piloot van het toestel is Thomas Allen (21). Hij is de zevende in een rij van acht kinderen. De Tweede Wereldoorlog trekt diepe sporen in het gezin: de helft van de kinderen komt om in oorlogsgeweld. De vader van Thomas is al in de twintiger jaren overleden, dus moeder Ellen staat er dan alleen voor. Thomas zelf is werkzaam bij een postkantoor als de oorlog uitbreekt en hij meldt zich op 18-jarige leeftijd als vrijwilliger. Landgenoot Reginald Newens (21) is de bommenrichter aan boord van de LM459. Van hem zijn verder geen gegevens bekend.

Navigator op het toestel is de Canadees Joseph Friedt (20). In 1942 meldt hij zich bij de Canadese Luchtmacht. Een goede vriend van hem, ook piloot, komt dat jaar om het leven. Waarschijnlijk heeft dat invloed gehad op zijn beslissing om het leger in te gaan. John Harris (19) is de jongste van het gezelschap. Hij bedient de geheime stoorzender aan boord van de LM459. Al na 25 dagen actieve inzet komt hij om het leven. John Power (22) is de radiotelegrafist van de ploeg. Hij is de avond voor de missie stil en teruggetrokken – alsof hij een slecht voorgevoel had, zo geven zijn beide zussen later aan. Datzelfde geldt ook voor George Reid, een Schotse jongen die zich op 18-jarige leeftijd meldt bij de RAF. Pas in oktober 1945 krijgt de familie een officiële bevestiging dat Reid om het leven is gekomen in Holland. Reid is een van de drie boordschutters, samen met Raymond Evans (23) en John Benson (23).

Collectief graf

De bemanning van de Lancaster wordt gerapporteerd als vermist: "Missing. Nothing heard of since then." In september 1945, nadat de Tweede Wereldoorlog geëindigd is, doet het Engelse leger onderzoek naar de vermisten. Hun wordt verteld dat er maar vijf lichamen zijn gevonden. De politie alhier gaat er vanuit dat de overige bemanningsleden uit het toestel zijn gesprongen en in zee terecht zijn gekomen. De Britse onderzoekers zijn niet tevreden met de uitleg en besloten wordt de lichamen op te graven. Het blijkt echter niet mogelijk om de bemanningsleden te identificeren. De resten zijn dusdanig toegetakeld dat onmogelijk gezegd kan worden of er een, twee of zelfs meer lichamen in een kist liggen. Daarom wordt besloten tot één collectief graf, waarbij ieder bemanningslid wel een eigen steen krijgt.

In 2011 wordt er door WO2GO een herdenkingspaneel geplaatst op de crashsite. Op de begraafplaats van Sommelsdijk staat dan al geruime tijd een vliegtuigvleugel, gemaakt door de leerlingen van de Technische School in Middelharnis. Voor de vleugel staat een gedenkplaat van witte natuursteen. Het is een van monumenten ten aanzien van de luchtoorlog die zich boven Goeree-Overflakkee voltrok. Er zijn vier Lancastercrashes geweest op het eiland, die bij elkaar aan 29 jonge mannen het leven kostten.

350.000 missies

De vliegroute over de Zeeuwse en Zuid-Hollandse eilanden was relatief veilig voor de geallieerden, en de wateren zijn goede oriëntatiepunten in de nacht. Vanaf de Nederlandse kust was het ongeveer een halfuur vliegen naar de Duitse industriegebieden. In de loop van de oorlog zijn er bijna 350.000 (veelal nachtelijke) missies geweest met als doel het bombarderen van strategische punten in Duitse handen, zoals de militaire infrastructuur en industrie. De gemiddelde levensverwachting van een vliegenier was laag. De Duitsers luchtverdediging bestond uit een combinatie van grote zoeklichten en luchtafweergeschut. Bovendien waren er Duitse jachtvliegers actief, die joegen op de veelal tragere bommenwerpers. Ook het weer werkte vaak niet mee: vaak werden de missies uitgevoerd in slecht weer.

Aan de jonge levens van de acht inzittenden kwam een abrupt einde in de donkere nacht van 28 mei 1944. Bij het feit dat zij hun leven gaven voor de vrijheid, wordt nog ieder jaar stilgestaan. We will remember them. 


 

Afbeelding