Afbeelding

Opinie: Zeespiegelstijging is al ernstig genoeg

Eerst maar eens antwoord geven op de vraag wat dan precies dat worstcasescenario is volgens het rapport. Als we op aarde doorgaan met het uitstoten van broeikasgassen zoals het nu gaat en de ijskappen van Antarctica (de zuidpool) gaan nog sneller smelten dan nu, dan kan de zeespiegel in het jaar 2100 twee meter hoger zijn dan aan het begin van deze eeuw. Een volgens het KNMI realistischer scenario gaat nog altijd uit van 1,2 meter zeespiegelstijging in het jaar 2100 ten opzichte van het jaar 2000. De berichten in de media waren vervolgens niet van de lucht. De heersende conclusie: het water staat ons in 2100 letterlijk aan de lippen, behalve ‘als we nu in actie komen’.

Vooropgesteld: het is goed om te (blijven) kijken hoe we de uitstoot van schadelijke gassen kunnen verminderen en daar ook gerichte acties op te ondernemen. Het is onze Bijbelse opdracht om rentmeester te zijn over de aarde. Dat houdt in dat we goed voor mensen, dieren en de natuur moeten zijn en dus niet de aarde volledig moeten uitputten voor ons eigen gewin en onze eigen luxe. Op Goeree-Overflakkee hoeft daarbij niemand ons de kracht en het gevaar van het water uit te leggen. Genoemde scenario’s kunnen zeker bij de ouderen gedachten oproepen aan de Ramp van 1953.

De ronduit alarmistische toon van de KNMI en de berichtgeving hierover blijkt echter overdreven te zijn. Wetenschapsjournalist Maarten Keulemans van De Volkskrant dook in het KNMI-rapport en kwam tot de conclusie dat het meest negatieve scenario werd gepresenteerd als realistische ontwikkeling in de stijging van de zeespiegel ‘als we zo doorgaan’. Keulemans legt op Twitter met behulp van grafieken uit het rapport uit dat de genoemde 120 centimeter uit een zeer omstreden worstcasescenario komt en zeker geen 'business as usual' is. Hij schrijft verder: “Het IPCC komt uit op 101 centimeter en niet op 120 centimeter. Wat het KNMI heeft gedaan, is een andere marge nemen (90 procent). Gevolg is een bredere waaier van mogelijkheden en dus ook een hogere bovengrens.” Die werd vervolgens wel gepresenteerd als feit ‘als we niets doen’. Het meer realistische scenario gaat evenwel uit van een zeespiegelstijging van 44 tot 76 centimeter, ‘als het zo doorgaat’. En dat is inderdaad al serieus genoeg, al zijn onze dijken en duinen daar prima tegen bestand. 

Het probleem is dat door dergelijke halve waarheden geen draagvlak wordt gecreëerd voor de boodschap dat we echt aan de slag moeten blijven met het klimaat en dat we waar mogelijk slim en met het oog op de natuur moeten handelen. Nu wordt juist aversie gecreëerd of verder vergroot tegen alles wat met klimaatproblematiek te maken heeft. Bovendien is de zeespiegelstijging echt een globaal probleem. We kunnen in Nederland wel de beste van de klas willen zijn, maar elders op de wereld trekt men zich hier vooralsnog niet zoveel van aan. Het is verstandiger om eerst daar verandering in te brengen, voordat er in Nederland en Europa opnieuw verregaande maatregelen worden genomen. De klimaattop die dit weekend start in Glasgow is daarvoor een prima plaats.