Spinnentijdperk

Wanneer ik het trapje in de tuin afdaal, om uiteindelijk op het gras tussen de perenbomen terecht te komen, heb ik al zeker tien webben moeten ontwijken. Soms heb ik pech en zit het web al op mijn gezicht, terwijl ik de spin over mijn hoofd voel lopen. Maar echt bang voor spinnen ben ik niet, al kom ik ze liever niet tegen in huis. Onlangs sprong een kanjer van een spin met enorme poten plotsklaps op de arm van mijn man, die meteen overeind vloog. Ook hij is niet bang voor spinnen - hij brengt ze op mijn verzoek altijd naar buiten - maar op deze joekel was zelfs hij niet bedacht.

Op mijn werk stond ik oog in oog met het grootste exemplaar dat ik ooit zag. Toen zat de schrik er toch wel een beetje in bij mij. Nietsvermoedend nam ik plaats achter mijn bureau, toen ik vanuit mijn ooghoeken iets zag bewegen. Daar zat een gigantische spin op de grond; zwart met dikke, harige poten. Af en toe wandelde hij van links naar rechts, maar hij bleef het grootste deel van de tijd precies achter mijn bureaustoel zitten. Ik durfde hem niet op te pakken, maar wilde hem ook niet per ongeluk met de wielen van mijn stoel platrijden. In een onbewaakt ogenblik gebeurde dat toch. Geschrokken staarde ik naar de spin, of wat er van hem over was. Hij leek te zijn dubbelgeklapt, met al zijn poten in de lucht. Beweging zat er niet meer in.

Op dat moment stapte mijn collega binnen. “Ik ben bang dat ik een spin heb doodgereden,” vertelde ik hem spijtig. Of hij hem misschien buiten wilde zetten. Van levende spinnen moest hij niet veel hebben, maar een dode spin met een tissue oppakken moest lukken. En dus stond hij al klaar om de spin, gewikkeld in een stuk papier, van de grond te rapen. Maar juist toen hij hem dapper aanraakte, klapten de poten zich onverwacht weer uit en sprongen we beiden van schrik opzij. Het dier begon driftig te rennen, tot hij uit het zicht verdween.

Ik vroeg mijn collega of hij nu over zijn angst voor levende spinnen heen was. Het kan haast niet anders na dit avontuur. Of ik er inmiddels ook overheen ben, durf ik niet te zeggen. Daarvoor zal ik eerst een keer zo'n grote spin moeten aanraken.