Willem en Joanne Folmer aan het werk in het ziekenhuis.
Willem en Joanne Folmer aan het werk in het ziekenhuis.

Zendelingen Willem en Joanne Folmer bepaald bij de onveiligheid in Congo

"We hadden nooit verwacht dat een missieziekenhuis doelwit zou zijn"

Sommelsdijk 

Dat zendingswerk gepaard kan gaan met groot gevaar hebben Willem en Joanne Folmer, zendelingen in Congo, onlangs ondervonden. Tijdens hun verlof in Nederland vond er een rebellenaanval plaats op het missieziekenhuis in Itendey, waarbij verschillende gebouwen alsook het woonhuis van de familie Folmer volledig werden verwoest.

Klazina de Bakker

In de tuin van hun tijdelijke woning in de polder van Middelharnis vertelt Joanne Folmer over de onzekere en gevaarlijke situatie, die grote gevolgen heeft voor hun leven en werk in Congo. Het gezin telt drie kinderen: Lukas van zes, Annelie van vier en Joas van anderhalf jaar oud. Willem en Joanne Folmer werden in 2014 door de GZB uitgezonden naar Congo, om zich daar als artsen in te zetten voor het lokale ziekenhuis in Nyankunde. Begin 2017 vestigde het gezin zich in het oosten van Congo in Itendey, een klein dorpje in het regenwoud om ook daar te helpen bij de opbouw van een goed functionerend ziekenhuis. Helaas is de situatie in Congo onstabiel vanwege de aanhoudende strijd tussen het regeringsleger en rebellengroepen. "Vorig jaar werden we verschillende keren geëvacueerd", vertelt Joanne. "Ik had altijd een vluchtlijst klaarliggen, die ik na iedere evacuatie aanpaste. Dat hielp me om de juiste spullen in te pakken. De laatste keer hadden we daar maar anderhalf uur de tijd voor. In april 2020 was de situatie zo onveilig dat we halsoverkop moesten vertrekken. Sinds die tijd verbleven we in Lolwa, waar we konden wonen en werken."

Ziekenhuis overvallen

Hoe onveilig het in Oost-Congo is, blijkt uit het ingrijpende bericht dat Willem en Joanne Folmer vorige week kregen. Het ziekenhuis in Itendey is doelwit geworden van de aanval van een rebellengroep. Door brandstichting en vernieling is er veel schade aangericht. Daarbij is ook de woning van de familie Folmer niet gespaard, evenals de garage waarin spullen van de zendingspost stonden opgeslagen. "Het was een enorme schok toen we dat hoorden", zegt Joanne. "We hadden nooit verwacht dat een missieziekenhuis zou worden aangevallen. De rebellen zijn wel eerder in de buurt geweest, maar hebben de zendingspost altijd met rust gelaten."
Willem en Joanne werden via WhatsApp op de hoogte gebracht van de overval. Joanne vertelt dat er nauw contact is met de Congolese staf. "Gelukkig hebben zij de tijd gekregen om te vluchten, want een oud-collega, die tot dezelfde stam behoort als de rebellen, heeft de ziekenhuisdirecteur getipt. Zo zijn er snel nog wat waardevolle spullen in een container gezet en is de kas veiliggesteld. Daarna is iedereen te voet of met de auto gevlucht. Eén van de pastors en de klusjesman van het ziekenhuis zijn achtergebleven. Zij hebben vanuit de verte uit toegekeken hoe de rebellen hun gang gingen. De receptie en de consultatiekamers zijn volledig verbrand, samen met de garage en ons eigen huis. Ook in het laboratorium en de operatiekamers is veel medisch materiaal kapotgemaakt. Bizar om te zien hoe in een aantal uur zoveel is vernield."

Zorg gaat door

Waarom het ziekenhuis nu wel een doelwit was? Dat weet Joanne niet precies, maar ze heeft er wel haar gedachten over. "De provincie Ituri is onder staat van beleg. Een generaal van het leger is aangesteld als gouverneur om de orde te herstellen. Dat gebeurt echter met harde hand. Zo zijn op 12 augustus twee dorpen waar rebellen wonen gebombardeerd door het leger. De aanval op het ziekenhuis zou dus een wraakactie of een soort statement kunnen zijn. Het ging niet om geld of spullen, want er is bijna niets weg. Alleen is er waarschijnlijk veel medicatie meegenomen."
Gelukkig is een deel van het ziekenhuis gespaard gebleven, zodat de zorg grotendeels door kan gaan. "Het ziekenhuis bestaat uit losse gebouwen", legt Joanne uit. "De verloskunde-afdeling en de kinderafdeling zijn niet beschadigd. En ook de verpleegafdelingen zijn er nog. Toch is de schade immens."
De belangrijkste prioriteit is om weer een dak op de beschadigde gebouwen te krijgen, want een gebouw zonder dak blijft in het regenwoud niet lang goed. "De Congolese collega’s zijn erg gemotiveerd om het ziekenhuis weer op te bouwen", glimlacht Joanne. “Ze willen over een maand weer terug naar Itendey. Ze vroegen: 'Vertel de mensen in Nederland dat ze niet moe van ons moeten worden, want dit is hoe het gaat in Congo, maar blijf ons steunen zodat we weer verder kunnen.'"

Kwetsbare veiligheid

De emotie die Willem en Joanne ervaren bij deze gebeurtenis betreft niet alleen Itendey zelf, de plek waar ze zo lang hebben gewoond en gewerkt. "Met de aanval op het missieziekenhuis is er een grens gepasseerd", zegt Joanne. "We hebben altijd gehoopt en gedacht dat dit niet zou gebeuren. Het leger was zelfs aanwezig, maar vluchtte weg toen de rebellen kwamen. Dat heeft ons er wel bij bepaald hoe onveilig Congo eigenlijk is. We zeiden altijd dat we ons veilig voelden en dat was ook zo, maar nu besef ik hoe kwetsbaar die veiligheid eigenlijk was. Pas hoorden we hier in de buurt een knal en zei Willem: 'Er wordt geschoten.' Dat geeft toch wel aan hoe groot de impact is. Tegelijk wisten we dat God ons nog riep voor Itendey en voor Congo. Dat hielp ons om het afgelopen anderhalf jaar door te komen."

Terug naar Congo

De familie Folmer vertrekt 2 september weer naar Congo. Joanne kijkt ernaar uit, maar ziet er ook tegenop. "We hebben ervaren hoe onberekenbaar Congo is. Dat maakt het voor mij wel moeilijk. Ik heb er zin in, maar het is emotioneel ook zwaar. We gaan opnieuw in Lolwa wonen, want terugkeren naar Itendey is niet mogelijk. Half juli hoorden we van de veiligheidsadviseur van de GZB dat we echt niet terug kunnen gaan en werd ons verlof met een maand verlengd. Dat besluit, hoe moeilijk ook, gaf wel de duidelijkheid waar we om gebeden hadden. Het ergste vind ik nog dat ik na de evacuatie nooit meer terug ben geweest om afscheid te nemen. Itendey was toch wel het meest thuis van de hele wereld. We waren van plan om nog voor twee jaar naar Itendey te gaan, maar hebben nu besloten ons contract niet te verlengen. Dat betekent dat we het komende jaar veel zullen gaan afronden en overdragen. Willem zal van tijd tot tijd hopelijk naar Itendey kunnen gaan voor het ziekenhuis en ik wil er zelf graag ook nog een keer naar toe. In Lolwa werken we aan een zondagschoolmethode in Congolees Swahili, die we af hopen te maken. Daarnaast is Willem met Congolese pastors een visie en plan aan het ontwikkelen om de Pygmeeën te bereiken met het Evangelie." Zelf zal Joanne vooral werkzaam zijn op de verloskunde afdeling van het ziekenhuis, waar ze protocollen aanpast en verpleegkundigen en artsen opleidt en geeft ze thuisonderwijs aan Lukas en Annelie.

Verlangen naar zending blijft

In al deze ongrijpbare gebeurtenissen zien Willem en Joanne Gods vaderlijke zorg. "Het besluit om niet terug naar Itendey te gaan, was al genomen voor de aanval op de missiepost plaatsvond. Daarnaast zijn we ontzettend dankbaar dat al onze collega's een veilig heenkomen hebben kunnen zoeken. Het zal moeilijk zijn om hen volgend jaar achter te laten, maar we geloven dat dit onze weg is. Als we terug in Nederland zijn, willen we betrokken blijven bij Itendey en zijn er plannen om het ziekenhuis door middel van een langeafstandsrelatie te blijven steunen."
Of ze later ooit teruggaan naar Congo? Joanne sluit het niet uit. "Het verlangen naar zending blijft, dus wie weet wat er gebeurt als de kinderen ouder zijn, over twintig jaar ofzo. We willen leven in overgave en vertrouwen."

De GZB is inmiddels een hulpactie gestart. Voor 15 euro per stuk kunnen één of meerdere golfplaten worden gekocht. Kijk voor meer informatie en om te helpen op www.gzb.nl/hulpcongo. Op deze website is ook meer informatie te vinden over Willem en Joanne Folmer.

Afbeelding
De schade na de vernielingen door de rebellen is groot.
Deze grasmaaier stond in de garage van de familie Folmer. Diewerd gebruikt om de landingsbaan voor de vliegtuigjes voor de bevoorrading begaanbaar te houden.
Het gezin Folmer.