Afghanistan

In de eerste plaats is er een grote inschattingsfout door de westerse mogendheden gemaakt. De gedachte was dat na het vertrek van de Amerikaanse soldaten het regeringsleger wel voor orde en rust zou kunnen zorgen. Wellicht zou dat niet heel lang kunnen, maar een periode van enkele maanden werd toch wel voorzien. Het land had een leger van 300.000 man, met ook een hele moderne uitrusting. Daartegenover was de Taliban maar een groep van 70.000 mensen met een beperkte hoeveelheid wapens. Het zou dus allemaal wel loslopen.
Niet is echter minder waar. In de tijd van enkele weken veroverden de Taliban de macht in het land. Kennelijk heeft men onder de bevolking heel veel steun en zo werd een snelle machtsovername mogelijk. Het is merkwaardig dat inlichtingendiensten hier kennelijk niet veel van hebben gemerkt. Hoewel de Engelsen en de Fransen al vanaf april bezig waren mensen massaal te evacueren. Maar dat er grote fouten zijn gemaakt, is zonneklaar.

Een tweede gedachte is de enorme verwarring die wordt achtergelaten. Vele mensen in dat land hebben de westerse landen geholpen. Veel mensen dachten ook dat er mogelijk, met hulp van het westen, een ander land zou kunnen komen. Die hoop is echter voorbij. We kunnen denk ik wel een vergelijking trekken met Iran. Ooit was daar ook een Sjah een belangrijke machthebber. De man is echter door het westen verraden en een fanatieke moslim, gesteund trouwens door een grote groep intellectuelen uit het westen, greep de macht. Vanuit Frankrijk keerde Khomeini terug naar Iran en vestigde een bewind wat tot op de dag van vandaag een wereldwijd gevaar vormt, niet in het minst voor Israël. Iran is een land wat in de regio veel kwade dingen uitvoert en wat een brede uitwaaiering heeft. Voor Afghanistan kan zich zomaar een vergelijkbaar scenario ontwikkelen. Het moet niet onmogelijk zijn dat over een jaar of tien een stevige islamitische staat is ontstaan die heel wat narigheid in de regio tot stand kan brengen. Samen met landen als Pakistan en Iran kan dat een smeulend vuur worden wat zomaar kan ontaarden in een uitslaande brand. Uiteraard zullen we daar op wereldschaal niet veel van merken, behoudens mogelijk terrorisme, maar het kan voor landen als Israël wel gevaarlijk worden.

Ten slotte denken we aan de mensen in Afghanistan. We moeten niet proberen om onze westerse manier van leven en denken aldaar handen en voeten te geven. De mensen hebben echter wel het Evangelie nodig. In moslimlanden is de verspreiding van de goede boodschap zeer moeilijk. Het hangt een beetje van het land af maar over het algemeen is een moslimland de christelijke kerk niet welgezind. De mensen aldaar leven in een diepe geestelijke duisternis. Daar zal, menselijkerwijs gesproken, de komende jaren niet veel aan veranderen. Mogelijk komt het land nog hoger op de lijst van landen waar christenen vervolgd worden. Dat heeft de gelovigen over heel de wereld veel te zeggen. Laten we op z’n minst voor dit land bidden. Gods Geest is niet gebonden en ook door alle onmogelijkheden heen gaat Hij zijn weg. Tegen de islam en de terreur het Evangelie, om het met een variatie op een woord van Groen van Prinsterer te zeggen.