Meditatie: Blijdschap die blijft! (2)

Vorige keer zagen we hoe deze blijdschap ontstaat. Daar is iemand die gaat inzien dat hij verloren is buiten God, maar niet weet hoe het ooit nog goed kan komen. En dan hoort hij verkondigen dat er Eén is, die hem wijs wil maken tot zaligheid! Is dat alleen al geen oorzaak van vreugde? Nee, dan ben je nog niet zalig, maar zie je wel dat er de mogelijkheid is om zalig te worden. Er wérd grote blijdschap. Die blijdschap heeft een begin, maar krijgt ook een vervolg. Want juist zo kregen ze Hem nodig die Filippus verkondigde: de Heere Jezus Christus. En weet u, als de Heilige Geest zo vanuit het Woord laat zien Wie deze Zaligmaker is en ook metterdaad leidt op de weg tot deze Zaligmaker, dan is er aan de ene kant het gemis, het verdriet vanwege onze eigen dwaasheid. Maar des te meer vreugde geeft het als we Hem mogen leren kennen.

Gróte blijdschap. Want het gaat om een gróót wonder! Als iemand die ter dood veroordeeld is gratie wordt verleend, is hij dan een beetje blij? Nee, zo iemand kent grote blijdschap! Als iemand dagelijks de torenhoge schuld voelt drukken en hem wordt een gift geschonken zodat de schuld voldaan kan worden, is hij dan een beetje blij? Nee, grote blijdschap! Grote blijdschap, omdat we gaan zien dat we grote zondaren zijn. Nee, dát is inderdaad geen reden tot grote blijdschap, maar tot groot verdriet! Maar als we een grote zondaar zijn geworden, omdat God groot werd in ons leven, dan wordt Gods genade ook echt groot! Dan wordt de Zaligmaker voor ons zo groot! Daarom de vraag: kent u iets van deze grote blijdschap in uw leven?
Nee, dat is niet zo als u nog nooit een grote zondaar bent geworden in Gods oog. U waant uzelf groot, hebt grote gedachten over uzelf en daarom zeer kleine gedachten - als u ze al hebt - over God. Dan leidt u nog dat trieste leven van ‘laten we eten, drinken en… vrolijk zijn, want morgen sterven wij!’

Wat een toekomst: een eeuwigheid - eindeloos - zonder enige blijdschap. leder moment zal dan u doen klagen over uw eigen dwaasheid, uw verzet en onwil om te buigen voor uw Schepper. En dat, terwijl u geweten hebt dat er een Zaligmaker is met de naam Christus?!
De schaterlach van de lol zal verstommen en overgaan in gekerm. O, bént u dan niet dwaas? Juist in dit licht nodigen deze woorden om déze blijdschap te zoeken. Ze is te vinden, omdat er een gewillige Zaligmaker is.

Toch is het ook mogelijk dat we wel een zekere blijdschap kennen als we deze Naam horen verkondigen, maar toch geen 'grote' blijdschap. Als dat zo is, dienen we ons af te vragen hoe dat komt. Natuurlijk is de één uitbundiger in het uiten van blijdschap dan een ander. Maar daar gaat het ook niet om. Een stille man of vrouw kan veel meer en dieper vreugde beleven dan iemand die heel uitbundig is. Maar afgezien van karakter en aanleg zijn er ook andere oorzaken aan te wijzen. Laat ik me beperken tot de ene aanwijzing die in dit gedeelte van Gods Woord gegeven wordt.

Hoe kregen ze deel in Samaria aan deze 'grote' blijdschap? Ze hoorden het Woord en…? Ze letten nauwkeurig op wat gezegd werd, zo staat er. Daar waren ze helemaal door het Woord in beslag genomen. Terwijl Filippus preekte, vergaten ze heel hun omgeving. Terwijl ze in huis uit Gods Woord aan het lezen waren en dat biddend onderzochten, letten ze nergens anders meer op. Zo neemt Gods Woord zondaarsharten in beslag. Dat is het werk van de Heilige Geest? Zeker! Maar dat neemt niet weg dat als we wel horen, maar het ontbreekt in het leven van Gods kinderen aan 'nauwkeurig letten op wat de Heere gezegd heeft en nog spreekt’ ze dan niet mogen rekenen op grote blijdschap. Geestelijke luiheid en traagheid kan de oorzaak zijn van weinig vreugde in het leven van Zijn Kerk.
Het heeft ook te maken met die akelige zonde van de gewenning. En dan wordt alles even flets. We zijn dan een beetje zondaar (al zegt onze mond het misschien heel anders) en daarom hebben we Christus ook ten diepste maar 'een beetje' nodig. We kennen maar een beetje droefheid en daarom ook maar een beetje blijdschap. Wat is dat erg, juist als de Heere ons heeft opgezocht. Laat dan Samaria voor u een krachtige aansprong zijn tot bekering.

"Er werd grote blijdschap in die stad". En die blijft, ondanks alle moeite en verdriet. Die blijft, omdat het blijdschap in God is. Daarom zingen ze 'verheugd in God, naar waarde nooit te danken'. Maar het is nog maar het begin. 'Het bezit van de zaak, is het begin van het vermaak' . Deze weg loopt uit op de eeuwige vreugde. Dan zal die blijdschap geen belemmeringen meer kennen. Dan is er geen zonde meer, geen ongeloof, geen ogenblik scheiding meer tussen de Heere en Zijn kinderen. Wat zal de reden zijn dat de blijdschap dan zo groot zal zijn dat we zingen: 'hun blijdschap zal dan onbepaald, door het licht dat van Zijn aangezicht straalt, ten hoogste toppunt stijgen'? Ze zullen Hém zien, Die hen hier opzocht, Die Zijn leven gaf en als Koning hen regeerde en beschermde. Grote, niet uit te leggen hóe groot: God zal zijn alles en in allen.

Dan ga ik op tot Gods altaren
Tot God, mijn God, de bron van vreugd'
Die, na kortstondig ongeneugt,
Mij eindeloos verheugt

Deze overdenking stond eerder in Eilanden-Nieuws van 9 juli 2004.