Afbeelding

Jantina Krijger is één van de weinige vrouwen bij de vrijwillige brandweer: "Je maakt soms heftige dingen mee"

In de gezamenlijke ruimte op de eerste verdieping van de brandweerkazerne in Herkingen is het rustig op deze druilerige maandagmorgen. Op de keukenkastjes ligt een rijtje brandweerhelmen en zelfs in de gehaakte gordijntjes voor de ramen zijn brandweerwagens verwerkt. Jantina Krijger schenkt aan het keukenblok de koffie in en schuift dan aan tafel. Deze gezellige ruimte voelt na zoveel jaren bij de vrijwillige brandweer voor haar als een tweede thuis. Eigenlijk weet ze niet beter. “Als kind ben ik al met het brandweervirus besmet”, lacht Jantina. “Mijn vader zat hier toen ook al bij de brandweer en ik ging steevast mee naar wedstrijden en andere activiteiten. Toen ik bijna achttien werd, heb ik een tijdje meegelopen met de ploeg. Niet veel later kwamen er twee plekken vrij en werd ik aangenomen. Ik kon gaan keuren en aan de opleiding beginnen. Ik was de eerste vrouw bij de brandweer op Goeree-Overflakkee. Dat was toen best wel een dingetje. Niet iedereen was even enthousiast. Gelukkig ben ik binnen de ploeg met open armen ontvangen. Nu zijn we hier met twee vrouwen en zijn er ook vrouwen bij andere brandweerkorpsen op het eiland.”

Brandweer, baan en gezin

Het combineren van het werk bij de brandweer met een baan en een gezin, kan soms best een uitdaging zijn, zegt Krijger. Ze is getrouwd en moeder van twee kinderen in de leeftijd van zes en twaalf jaar. Anderhalve dag per week werkt ze in een supermarkt in Middelharnis. Toch heeft ze het schakelen tussen al die verschillende taken nooit als lastig ervaren. “Toen mijn vader nog bij de brandweer zat en de pieper ging, wist mijn moeder meteen dat ik oppas nodig had. Dat was erg handig toen mijn kinderen nog erg klein waren. Nu kan ik gemakkelijker weg, al heb ik altijd wel een opvangmogelijkheid achter de hand. En als het echt niet lukt? Dan is dat zo, dan ben ik op dat moment niet beschikbaar. Mijn baas staat er gelukkig positief in. Het is bijvoorbeeld geen probleem als ik na een uitruk in de vroege ochtend te laat op mijn werk kom. De brandweer, mijn gezin en mijn baan zijn echt wel te combineren. Eigenlijk wijst het zich vanzelf.”

Specialismes

Het brandweerkorps van Herkingen telt elf brandweerlieden, waarvan er nog één in opleiding is, en rukt gemiddeld vijfentwintig keer per jaar uit. De ploeg vormt daarnaast een Waterongevallen reddingsteam (WOR-team), dat in actie komt bij incidenten op het water. Ook de brandweerkorpsen van Stellendam en Oude-Tonge hebben dit specialisme. Zelf is Jantina Krijger ook nog betrokken bij de Grootschalige Ontsmettingseenheid (GOE). Deze speciale eenheid wordt opgeroepen bij incidenten met gevaarlijke stoffen in de regio en verzorgt de ontsmetting van mens en dier. De oefeningen van het Herkingse brandweerkorps vinden plaats op dinsdagavond en zijn heel divers. “Soms oefenen we een brandscenario op een boerderij in de buurt”, zegt Krijger. “Een andere avond zijn we bezig met het openknippen van autowrakken die we hier bij de kazerne hebben staan. Of we gaan naar de haven voor een reddingsoefening op het water.”

Conditie

Het fysiek zware werk bij de brandweer kan Jantina Krijger wel aan. “Je leert er in de opleiding goed mee omgaan. Natuurlijk vergt het lichamelijk veel van je: je moet slangen slepen, een voertuig openknippen en zwaar redgereedschap hanteren. Maar je bent altijd met z’n tweeën en op adrenaline kan je heel veel. Het is wel belangrijk om een goede conditie te hebben en daar steeds aan te blijven werken. Bij de periodieke sporttest moet je bijvoorbeeld in twee minuten honderd traptreden lopen met volledige bepakking, plus twintig kilo extra. Dat is best zwaar. En je kunt dan nog zo’n goede conditie hebben, die laatste tien treden loop je toch echt op karakter.” Ook de mentale conditie speelt een grote rol. “Je maakt soms heftige dingen mee. Als de pieper gaat, kom je in actie en doe je waar je voor opgeleid bent. Maar achteraf ga je toch wel nadenken. Na een ingrijpend incident is het erg belangrijk om met elkaar te praten en alles van begin tot eind door te spreken. In dat opzicht is het denk ik wel fijn dat ik als vrouw in de ploeg zit. Ik ben vrij open en dat maakt het voor anderen misschien ook wel gemakkelijker om te praten. We kunnen trouwens altijd professionele hulp krijgen als dat nodig is.

Je verhaal kwijt kunnen

Wat het brandweerwerk zo mooi maakt? “Daadwerkelijk mensen helpen en er voor de burger zijn”, zegt Jantina Krijger. “En naast het hulpverlenen ook oog hebben voor de naasten. Daarin kan ik als vrouw in de ploeg een meerwaarde hebben. Vrouwen zijn van nature toch wat zorgzamer. Bij een reanimatie probeer ik me bijvoorbeeld te ontfermen over de familie van die persoon. Je zult er maar bij staan als je partner of één van je ouders gereanimeerd wordt.”

”In een klein dorp is het onvermijdelijk om bekenden tegen te komen bij een brand of ongeval. “Natuurlijk lopen werk en privé weleens door elkaar”, beaamt Krijger. “Als ik de mensen die betrokken waren bij een incident later tegenkom in het dorp, zal ik altijd even vragen hoe het met hen gaat. Maar het is niet zo dat ik het mee naar huis neem. Ik denk er zeker nog wel over na, maar kan het ook weer naast me neerleggen. Je moet daar wel mee om leren gaan, zeker als er dodelijke slachtoffers te betreuren zijn. Als iemand na een reanimatie met een hartslag naar het ziekenhuis gaat en later toch overlijdt, moet je dat wel even verwerken. Tegelijk besef je als ploeg dat je er samen alles aan gedaan hebt en daardoor kun je het afsluiten.” Krijger heeft gelukkig een betrokken achterban waar ze haar verhaal kwijt kan. “Ik kan heel goed met mijn vader praten, omdat hij zelf ook brandweerman is geweest. Maar ook tegen mijn man vertel ik wat ik allemaal heb meegemaakt. Als ik ’s avonds ben opgepiept, wacht hij altijd tot ik thuis ben om nog even samen iets te drinken en met elkaar te praten. Wat dat betreft lijkt het me voor iemand die alleen woont best heftig, als je na een brand of ongeval in een leeg huis komt en niet even je verhaal kan vertellen.”

Foto’s

Bij een brand, ongeval of incident zijn altijd wel omstanders en kijkers. Dat begrijpt Jantina Krijger wel. “Mensen zijn van nature nieuwsgierig. We staan allemaal wel eens te kijken als er iets is gebeurd. Als hulpverleners worden wij altijd goed geholpen door de politie, die de omgeving afzet, zodat wij ons werk kunnen doen.” Wat ze wel vervelend vindt, zijn fotografen die soms al snel ter plaatse zijn en zoveel mogelijk willen vastleggen. “Soms staan er al foto’s op social media voordat familie van de betrokkenen is ingelicht. Dan denk ik: waarom? Het is echt niet altijd even prettig om te zien. Zeker bij persoonlijk leed doet me dat weleens zeer.”

Meer vrouwen bij de brandweer

Veel brandweerkorpsen zijn op zoek naar vrijwilligers, ook het korps van Herkingen. Jantina roept iedereen die geïnteresseerd is op om contact op te nemen. “Het is altijd mogelijk om een paar oefenavonden mee te lopen, om te kijken of het bij je past.” Voor vrouwen die twijfelen of ze wel geschikt zijn om bij de vrijwillige brandweer te gaan, heeft ze een goed advies: “Kom gewoon kijken. Het beeld dat de brandweer een mannenwereld met een machocultuur is, klopt niet, althans niet bij onze ploeg. Je kunt gewoon jezelf zijn en als vrouw ben je van toegevoegde waarde. Maak je geen zorgen om wat je nog niet kunt. Ik heb ook pas tijdens mijn opleiding voor het eerst een kettingzaag vastgehouden. En de vrijwillige brandweer is echt te combineren met een baan en een gezin. Het is mij ook gelukt. Je bent altijd welkom!”