Minister Schouten niet tegen camera’s aan boord vissersschepen

DEN HAAG - In schriftelijk overleg met de Tweede Kamer laat minister Schouten van Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) weten niet tegen camera’s aan boord van vissersschepen te zijn. Wel pleit de minister ervoor dat er voldoende tijd en ruimte moet zijn voor de lidstaten om met pilotprojecten eerst te onderzoeken of en op welke manier camera’s een effectief instrument zijn in handhaving van de aanlandplicht.

Door Jaap Ruizeveld

Ook moet worden onderzocht of het past binnen de kaders van de geldende privacywetgeving. Twee weken geleden stemde een kleine meerderheid van het Europees Parlement in met een voorstel om de aanlandplicht te controleren met camera’s op vissersschepen. Een voorstel dat erin hakt bij Nederlandse vissers. Er is nog een sprankje hoop bij minister Schouten, die samen met haar EU-collegaministers de stem van de Raad vertegenwoordigt in het komend contact met het Europees Parlement en de Europese Commissie. In het schriftelijk overleg laat minister Schouten weten dat onder de Raad zich echter een meerderheid aftekent voor verplichte invoering van cameratoezicht, voor schepen groter dan 24 meter. "De inzet van cameratoezicht en andere digitale handhavingstechnieken is een wereldwijde ontwikkeling, waarbij de Europese Unie als voorloper in de discussies over duurzame visserij niet achter kan blijven. Het belang van de ontwikkeling van nieuwe technieken om de handhaving effectiever en efficiënter te maken, wordt ook onderstreept in het Noordzeeakkoord en de Kottervisie", aldus minister Schouten in het schriftelijk overleg van 19 maart.

Cameratoezicht wordt dus genoemd in het Noordzeeakkoord, dat overigens niet door de Vissersbond is ondertekend. De Raad van ministers streeft ernaar om in juni 2021 tot een Algemene Oriëntatie te komen over het voorstel.