Vraag van de week: Van nuka tot schot

Nuka is de afkorting van een pas geboren nuchter kalf. Dat wordt na enige weken al een kuiskalf of vaarskalf en brengt het zijn eerste levensmaanden in de wei door, dan noemt men het een graskalf. Bereikt het de leeftijd van negen maanden, dan is het geen kalf meer, maar een pink resp. hokkeling. Wordt het vrouwelijke kalf door een stier gedekt, dan is het gelijk een vaars geworden. Een drachtige vaars heet eerst kalfvaars en tegen het einde van haar dracht klamvaars. Heeft zij het eerste jaar dat zij dragen kon niet gekalfd, dan is het een overloper. Kalft zij voor de eerste keer, dan spreekt de veehouder van melkvaars. Heeft ze voor een tweede keer gekalfd, dan wordt ze een schot, en na de derde keer pas een ware melkkoe. Tussentijds noemt men een eenjarige koe nog enter en een tweejarige twenter. En zo zijn er per streek nog meer afwijkende aanduidingen.