Afbeelding

College: met updaterapport inzetten op uitbreiding bedrijfsterreinen

De ruimtebehoefte tussen 2020 en 2040 ligt tussen 23,5 en 35,5 hectare. Op grond van economische verwachtingen gaat het tot 2030 om 11 tot 15 hectare en van 2030 tot 2040 van 5 tot 13 hectare (totaal 16-28 ha). Het toekomstig uit te geven aanbod is beperkt tot 16,1 ha (terreinen Oostflakkee en Oostplaat Middelharnis). Er ontstaat dus een op korte termijn tot 2030 een probleem, omdat het aanbod niet kan voldoen aan de uitbreidings- en vervangingsvraag. Maar nog eerder ontstaat een knelpunt op de klassiek, kleinschalig bedrijventerreinen die juist van belang zijn voor de lokale bedrijvigheid en de werkgelegenheid in de kernen. Op deze terreinen is, zo publiceerde onze krant eerder, onvoldoende aanbod en geen schuifruimte om transformatie en het structureren van andere terreinen mogelijk te maken.

Visie- en actieplan

Onderdeel van het updaterapport is de Visie op bedrijventerreinen. Deze is onderverdeeld in drie onderling samenhangende doelstellingen: Het faciliteren van lokale ondernemers; ruimte bieden aan bedrijvigheid die bijdraagt aan Smart-thema’s en verduurzaming van bedrijventerreinen in het kader van de energietransitie. Na het Visieplan zijn de contouren van een actieplan opgesteld. Onderzocht moet worden wat de kansen en mogelijkheden zijn om de ruimte op bestaande bedrijventerreinen beter te benutten, of dat er nieuwe ontwikkellocaties kunnen worden gevonden. Ook moet geïnvesteerd worden in verbetering van de kwaliteit van bestaande bedrijventerreinen onder andere door deze terreinen te betrekken bij de transitievisie warmte. Om te komen tot uitvoering van dit actieplan (tot 2040) wordt, na vaststelling, een tijdlijn uitgewerkt. Het rapport is een bouwsteen voor de omgevingsvisie waar de integrale afweging van grotere ruimtelijke opgaven thuishoort. Dit alles moet leiden tot een uitbreiding van de bedrijfsterreinen.

Actuele cijfers gevraagd

Van Alphen (EVV) gaf aan nog schriftelijke vragen over het onderwerp te zullen indienen. Hij miste essentiële gegevens over werkgelegenheid/arbeidsplaatsen voor de beroepsbevolking. Nijssen (VVD) drong aan op ruimte voor de lokale bedrijven en adviseerde met een goed onderbouwd plan naar de provincie te gaan. Het rapport is dan de onderlegger. Pipping (CU) bepleitte groenaanplant aan de buitenranden van de bedrijfsterreinen en dit in een beeldkwaliteitsplan op te nemen. Heintjes (VKGO) had zorgen of het wel paste om een waterstoffabriek op terrein Oostflakkee mogelijk te maken, dichtbij de dorpskern. Hij drong aan op zorgvuldigheid. Wethouder Both zei dat de raad op korte termijn de updatecijfers van de werkgelegenheid tegemoet kan zien. Zij onderstreepte het belang van arbeidsplaatsen. Breederveld (SGP) vroeg aandacht voor de bereikbaarheid van de terreinen en hoopte dat de provincie in constructief overleg de economische belangen van het eiland zou steunen. Het raadsdebat leidde ertoe dat veel fracties aandrongen op een speciale bijeenkomst waarin met actuele gegevens dit economisch zo belangrijke onderwerp gericht besproken kan worden.