Afbeelding

Ineke van Moort is veertig jaar werkzaam in de zorg: “Als een cliënt tegen me zegt: ‘Wanneer zie ik je weer?’ heb ik mijn werk goed gedaan”

In haar gezellige woonkamer vertelt de geboren Nieuwe-Tongse honderduit over haar werk binnen CuraMare. De vele kaarten en bloemen laten zien dat haar collega’s en de cliënten van afdeling A1 haar een warm hart toedragen. “Ik startte op 1 november 1980 in ‘De Goede Ree’”, begint Van Moorsel haar verhaal. “Diploma’s had ik niet. Ik ging aan de slag als afdelingsassistente. ’s Morgens werkte ik mee in de zorg en ’s middags hielp ik in de centrale keuken. Tussen 13:00 en 14:30 uur was ik vrij, want dan gingen de cliënten rusten.” Lachend: “Dat is nu wel behoorlijk veranderd.”

In 2002 zag ze een vacature voor een verkorte opleiding om helpende te worden. "Die sprak mij erg aan. Ik werd aangenomen, maar dat betekende wel dat ik van de Goede Ree moest overstappen naar ‘De Samaritaan’, zoals Nieuw Rijsenburgh toen nog heette. Ik heb er een nachtje over geslapen en de sprong gewaagd. Daar heb ik gelukkig nooit spijt van gehad. Er zijn allerlei deuren voor me open gegaan en ik heb er zoveel geleerd!” Ineke verwachtte tijdens haar opleiding weer bij de basis te moeten beginnen, maar niets was minder waar. “Ik werkte zeven maanden op een psychogeriatrische afdeling en werd meteen in het diepe gegooid. Een leerzame periode.” Na die zeven maanden was Ineke nog niet klaar. Aansluitend deed ze meteen de opleiding tot verzorgende AG (algemene gezondheidszorg) en was ze werkzaam op een somatische afdeling. Toch bleef ook daarna de ambitie kriebelen. “Om het af te maken heb ik de opleiding verzorgende IG (individuele gezondheidszorg) gevolgd en in 2010 haalde ik mijn EVV-diploma. Als eerstverantwoordelijke verzorgende ben ik onder meer het aanspreekpunt voor de familie.”

Problemen oplossen

Mooie herinneringen heeft ze aan de vakantieweken met de cliënten. “Zo ging ik met een groep bewoners mee op de 'Prins Willem Alexander' voor een vaarvakantie. Heerlijk om te doen.” Van Moorsel maakte in haar werk belangrijke ontwikkelingen mee. “Ik was actief in de PDL-werkgroep. PDL staat voor ‘passiviteiten van het dagelijks leven’. Hoe kun je cliënten op de beste manier wassen, kleden, voeden, enzovoort. Dat programma is destijds in De Samaritaan ontwikkeld en wordt nu door gecertificeerde verpleeghuizen in heel Nederland gebruikt. Ik vind het mooi om betrokken te zijn bij alle problematiek die bij de zorg komt kijken. Het doel is om zulke problemen op te lossen of uitvoerbaar te maken.”

Wie vier decennia in de zorg werkt, ziet veel veranderen. Ineke noemt als voorbeeld de bouw van Nieuw Rijsenburgh. “Wij verhuisden daarvoor met de bewoners naar porto cabins, die op het terrein van de Goede Ree waren geplaatst. Daar hebben we twee jaar gebruik van gemaakt. Onze cliënten betrokken op 28 februari 2012 als eerste de nieuwe vleugel van Nieuw Rijsenburgh, die 28 appartementen omvat.” Een grote verandering is de toenemende administratieve kant van het werk “Als ik één ding mocht veranderen, zou dat de administratieve druk zijn”, zegt ze stellig. “Vroeger lag er een schriftje met aantekeningen van de nachtzuster in de garderobe, nu hebben we zorgplannen met doelen en acties. Veel moet worden gemeten en alles wordt genoteerd. Natuurlijk is dat digitale rapporteren goed, maar het kost ontzettend veel tijd. Gelukkig krijg ik een aantal uren om kantoorwerk te doen. Mijn collega’s en ik beschikken over iPads, zodat we ter plekke kunnen rapporteren als we bij een cliënt zijn. Eerlijk gezegd komt het daar vaak niet van en maak ik op dat moment alleen notities, die ik later uitwerk.” Glimlachend: “Een goede zuster heeft altijd pen en papier bij de hand.” Om de kennis up-to-date te houden, worden er veel cursussen en bijscholingen gevolgd. “We krijgen ook heel veel informatie via Curanet, het interne netwerk van CuraMare. Zo blijven we altijd op de hoogte van de laatste ontwikkelingen.”

Jubileumfeest

In het voorjaar had de eerste coronagolf een grote impact op Nieuw Rijsenburgh. “Nu is het gelukkig rustig.”, zegt Ineke. “We hebben op onze gang niet te maken met corona.” Wat ze het mooiste vindt aan haar werk? “Als een cliënt tegen me zegt: ‘Wanneer zie ik je weer?’ Dat is voor mij het teken dat ik mijn werk goed gedaan heb. Ik probeer altijd een vriendelijk woord klaar te hebben en ik zoek altijd een oplossing als een cliënt vragen heeft. Als de cliënt tevreden is, ben ik dat ook.”

Hoe het met Inekes jubileumfeest zit? “Dat heb ik voorlopig verzet naar 22 april. Hopelijk kan het dan weer.” Net als een reisje naar Turkije, dat ze graag samen met twee vriendinnen maakt. Op de valreep verklapt Ineke nog een geheim: “Niemand weet dit nog, maar ik heb in de coronatijd drie fotoboeken samengesteld, met foto’s van 1 november 1980 tot 1 november 2020. Hoe leuk zal het zijn om die op mijn jubileumfeest met collega’s door te kijken en herinneringen op te halen. Ik kijk er echt naar uit!”