Herstelplan begroting voor 2021 in de maak: Gemeente wil preventief toezicht provincie voorkomen
Voor buitenstaanders kwam er op het laatste ogenblik toch nog een onverwachte memo van de wethouder aan de orde. In deze memo deelde Feller de raad mee dat deze donderdag 12 november een besluit over de begroting moest worden genomen want uitstel was niet mogelijk in verband met termijnoverschrijding. Ook was door de provincie opgemerkt dat twee onderdelen in de begroting moesten worden gecorrigeerd. Gebeurde dat allemaal niet en niet tijdig, dan zou dit betekenen dat de gemeente onder preventief toezicht van de provincie zou worden gesteld en dat moest uiteraard worden voorkomen. Daarom kwam er een concept herstelplan - op onderdelen van financieel technische aard - op de raadstafel. Daarover zal met de raad nog worden gesproken.
Deel Enecogelden
De maatregelen die genomen worden, vormen de inzet voor bestuurlijk overleg met de provincie in de loop van volgende week. De uitkomsten van dit overleg en het herstelplan zijn de basis voor een ombuigingstraject richting een blijvende financieel gezonde gemeente, zo vertelde de wethouder. Eén aspect ligt bij de raad zwaar op de maag en dat is dat tijdelijk gelden onttrokken worden uit de spaarpot Enecogelden. Maar het is nodig om richting ombuiging te komen. De begroting werd donderdag zonder het herstelplan vastgesteld.
Onzekerheden
Dit jaar zijn er meer onzekerheden dan voorheen in verband met de pandemie Covid-19, de wetenschap dat de Jeugdzorg een steeds grotere kostenpost vormt en het nog onbekend is wat de toekomstige resultaten zijn van herverdeeleffecten algemene uitkering gemeentefonds en openstaande PM-posten. Dat alles ook aan de vooravond van bewuste moeilijke beleidskeuzes, zoals bij dossiers over Gebiedsontwikkeling Middelharnis/Sommelsdijk, huisvesting ambtelijke - en bestuurlijke organisatie, het door-ontwikkelen project Fort Prins Frederik en de toekomst van de zwembaden op het eiland. Dan zijn er ook nog te verwachten tegenvallers. Niettemin was het gelukt de volksvertegenwoordiging vanaf 2022 - met hantering van het anticiperend scenario - vooralsnog een sluitende meerjarenbegroting te kunnen aanbieden. Komend jaar (2021) is er een tekort dat wordt weggewerkt met beperkt gebruik van gelden uit de algemene reserve. De fracties stelden unaniem de begroting 2021 vast.
Toelichting belastingen
In de toelichting bij de te heffen belastingen is volgens de gemeente getracht bij de vaststelling van de tarieven rekening te houden met de (woon) lastendruk. Dit wordt ook mede bepaald door eventuele aanpassing in de tarieven van de afvalstoffenheffing en rioolheffing. De raad spreekt hier nog over. In april 2021 gaat de gemeente het systeem van inzameling veranderen. De uitvoering van ‘Goed scheiden loont’ komt in handen van de RAD (Regionale Afvalstoffendienst). Al jaren betaalt een huishouden een vergoeding voor het ophalen en verwerken van het afval en is het tarief vastgesteld op een één-of meerpersoonshuishouden. Dat gaat vanaf 2021 anders. Dan geldt een vast basistarief. Daarnaast komt er een zogenoemd variabel tarief voor elke keer dat er restafval wordt aangeboden.
Tarieven
De tarieven voor hondenbelasting en forensenbelasting gaan 1 procent omhoog. De rioolheffing voor een woning daalt met 4 euro. Voor de onroerendzaakbelasting (OZB) worden de waarden met peildatum 1-1-2020 gehanteerd. De opgave van het SVHW is de basis. Vanuit de opgelegde aanslagen 2020 is een verwachte opbrengst over 2021 bepaald, daarover is 1 procent inflatiecorrectie toegepast. Tegenover de stijging in de waarde van bestaande panden, staat een correctie (verlaging) van de tarieven. De stijging van de uiteindelijke opbrengst is naast de inflatiecorrectie toe te rekenen aan areaaluitbreiding. Vorig jaar is het tarief van de toeristenbelasting meer dan trendmatig verhoogd. Deze verhoging was nodig voor de diverse investeringen op recreatief-en toeristisch gebied.
Ingroeien
Om de verhoging te spreiden voor de oostkant van het eiland is besloten deze te laten ‘ingroeien’. Een dergelijke ingroeivariant geldt ook voor de watertoeristenbelasting. Voor 2021 wordt het tarief van de (land) toeristenbelasting voor de oostkant vastgesteld op 1,05 euro. Voor 2021 wordt het tarief van de watertoeristenbelasting vastgesteld op 1,10 euro. Vanaf 2022 zal het tarief voor de (land)toeristenbelasting en watertoeristenbelasting voor het gehele eiland gelijk zijn, te weten 1,20 euro. Dit eenduidige tarief zal in ieder geval voor de jaren 2022 en 2023 gelden, zoals opgenomen in de programmabegroting 2021.