Afbeelding
Foto:

Column: Geloof en vriendschap

Vóór corona, dat was in de winter, de tijd van winterjassen en koude handen. Maar toch trotseerden alle gemeenteleden de gure buitenlucht om op zondag naar Gods huis te komen. Twee keer per dag mochten de mensen gesterkt worden in hun geloof vanuit het gelezen Bijbelgedeelte, de predicatie en de psalmen. Maar die twee diensten betekenden meer. Ze betekenden verbinding met alle andere gemeenteleden. Iedereen weer even zien, naar elkaar glimlachen of even een paar woorden wisselen. Het gevoel van saamhorigheid ervaren, samen bezig zijn met Gods Woord.

Dan waren er de avonden. In het winterseizoen werd er elke zondagavond catechisatie gegeven. Dat waren helemaal gezellige uurtjes. Bijkletsen met leeftijdsgenoten en jezelf verdiepen in datgene wat God van ons vraagt.

De zondagen waren fijne, leerzame en gezellige dagen. Mede door de kerkgang. Thuis kunnen we onze eigen kerk stichten, dat is waar, maar aan het opgaan naar Gods Huis zal het nooit kunnen tippen. Nu het aantal coronapatiënten op het IC steeds verder afneemt, zie ik geen reden meer christenen het samenzijn in de kerk te beletten. God dienen op de plek die daar speciaal voor afgezonderd is en de verbinding ervaren met de gemeente. Ik kijk ernaar uit!