Afbeelding
Foto:

Voor u gelezen: Licht dat leven doet

Het formaat van het boek is royaal rechthoekig en heeft een chique muisgrijze omslag waarop het stilleven met pruimen en Spaanse kan (1991) is afgebeeld.

De verstilde afbeeldingen passen bijzonder goed bij de teksten die Troost schreef. En vice versa.

Nieuw leven

Bij Pasen hoort nieuw Leven. Het gelijknamige stilleven van Helmantel wordt versterkt door de woorden van Troost: ‘Er is een naam. / voor wat geen naam mag hebben. / Er is een naam, / voor wie verstrikt in spinnenwebben / niets dan de dood voor ogen heeft. / Er is een naam, / een twijgje in de lente, / een takje aan een dorre struik, / een blaadje aan en oude boomstronk, / een voorjaar dat in licht ontluikt. / Er is een naam, / tussen gisteren en morgen, / er is een naam / tussen oud en nieuw, / er is een naam / tussen wat was en wat zal komen, / er is een naam: / Ik droeg je toen je viel.'

Appelbloesem

Bij ‘Licht en uitzicht ‘(1970) mediteert Troost over de toekomst: ‘Niemand weet wat komen gaat, / komt het te vroeg, komt het te laat? / Je weet allen te zijner tijd / wordt leven lichte eeuwigheid.’

Bij ‘Appelbloesem in glas’ (1970) schrijft de dichter over het kruishout: ‘Ik heb weer vrede in mijn hof gevonden; / ontluikend uit een dorre dood / bloeit uit de winter van mijn zonden / de bloesem wit en roze-rood.’

Alleen al voor het bekijken van de schilderijen van Henk Helmantel is dit boek de moeite waard. De kenmerkende verstilde sfeer van zijn werk laat zich, zoals gezegd, op een bijzondere manier combineren met de teksten en liederen van de hand van de begaafde predikant.

Westeremden

‘Licht dat leven doet’ bevat naast bekende werken van Helmantel ook een aantal schilderijen die nog niet eerder in boekvorm verschenen én verschillende nieuwe gedichten en liederen van de hand van ds. Troost.

Afsluitend woorden van Troost bij ‘Westeremden in de sneeuw’ (1984): ‘Hij had een lampje op haar graf gebracht, / een zachte vlam, aan eeuwig vuur ontnomen, / dat bij zijn kind zou waken in de nacht / van kerst – en in de duisternis zou dromen / van zomerzon waarop de winter wacht, / als adem Gods gaat ruisen door de bomen / en hoger hand met milde overmacht / wie slapen gingen aan de dag doet komen. / Toen hij, ontwaakt, het lampje halen ging, / ontwaarde hij hoe – door het licht bezworen - / boven het graf een kleine engel hing, / welluidend, wit, in weer en wind te horen, / een sneeuwklokje, dat zong: Jij herder zing, / wat jij verloor stond op, - een kind herboren!’

Een boek om steeds opnieuw in te bladeren omdat er zoveel te ontdekken valt - zowel in tekst als beeld.