Meditatie: God staat aan het begin

'Papa, wie heeft dít allemaal gemaakt'? Jan wijst om zich heen en vragend kijkt hij zijn vader aan. 'Dat weet ik niet, jongen.' Jan gaat verder: 'Maar waarom leven we eigenlijk op aarde?' 'Dat weet ik ook niet, Jan'. Vader moet zijn zoontje het antwoord schuldig blijven. Jan stelt échte vragen. Levensvragen. Vragen die alleen God kan beantwoorden.

God beantwoordt in de Bijbel échte vragen. Hebt u wel eens échte vragen gesteld? En deze vragen door God laten beantwoorden? Vragen naar het begin van alle dingen; vragen naar oorzaak van alle ellende; vragen naar de verzoening met God; vragen over het eeuwige leven. Dít zijn levensvragen en daar kan alleen Gód ons meehelpen. Híj geeft antwoord door Zijn Woord op deze vragen.

Wanneer we een willekeurig boek open slaan, is het van belang het eerste hoofdstuk goed te lezen. De hoofdpersoon van het boek wordt geïntroduceerd. De achtergrondsituatie wordt geschilderd en het thema van het boek wordt geschetst. Om het boek te begrijpen kunnen de eerste hoofdstukken niet gemist worden. Wie verderop in het boek begint, begrijpt niet waar het precies omgaat.

Zo geldt het ook voor het boek van God. In de eerste regel wordt de 'Hoofdpersoon' naar voren gebracht, namelijk God. De Bijbel gaat over God. Over wie Hij is en wat Hij doet. Al snel lezen we over het 'probleem' dat in dit boek centraal staat, namelijk dat mens in zonde valt. Wie deze eerste hoofdstukken weglaat, kan het hele boek niet meer begrijpen.

In dit eerste vers staat direct dat God een handelend God is. 'In de beginne schiep God de hemel en de aarde. Hij staat niet op grote afstand. Hij is betrokken. Hij zág Zijn schepping en zíe het was zeer goed! Hij schiep de hemel en de aarde door enkel te spreken: 'Zijn goddelijk almacht sprak en het was er; Zijn wil gebood en het was terstond' (ps. 33). Hoe machtig is deze God! Van meet af aan overvalt ons bij het lezen verwondering en eerbied voor God.

God staat aan het begin. Hij staat aan het begin van deze wereld. Wat een grote troost om dit te weten te midden van alle spanningen in de wereld. Hij draagt zorg voor Zíjn schepping. Het maakt veel uit wíe ergens mee begint. Je kunt als mens ergens mee beginnen, zonder iets af te maken. Je kunt je plan moeten bijstellen, omdat de krachten voor de uitvoering ontbreken. Onvoorziene omstandigheden kunnen je plan doorkruizen. Stel nu dat de wereld het gevolg was van een proces van toevallige omstandigheden, welke hoop hadden we dan voor de wereld? We zouden niet veel goeds te wachten hebben. Gelukkig staat God aan het begin én laat Hij niet varen de werken van Zijn handen. Het begin is goed en het einde zal goed zijn. De Bijbel begint met het paradijs en eindigt ermee.

Overigens komt élk goed begin bij God vandaan. Dit geldt niet alleen voor de schepping, maar óók voor de herschepping. Daarom zijn we gezegend met de wetenschap dat God de wedergeboorte in ons werkt. God begint het nieuwe leven in ons, zodat wij niet hoeven twijfelen dat het tot een goed einde komt. Hoezeer de inwonende zonde een onoverwinlijke vijand lijkt en de verzoekingen talrijk zijn. Omdat God begint in het leven van Zijn kinderen mogen zij gerust zijn: 'Vertrouwende ditzelve, dat Hij, Die in u een goed werk begonnen heeft, dat voleindigen zal tot op den dag van Jezus Christus' (Fil. 1:6). Wat is het een ontzaglijke troost om te weten dat God aan het begin staat. Aan het begin van de schepping en aan het begin van de herschepping. Kent u deze troost en geeft het u troost in uw leven?

Vader weet Jan inmiddels échte antwoorden te geven. En op de vraag waarom God ons geschapen heeft, mag hij antwoorden: 'Jan, het hoogste doel van de mens is om God te verheerlijken en zich eeuwig in Hem te verheugen'. Waarop Jan antwoord: 'Daar brengen wij toch niets van terecht, vader'. 'Inderdaad, Jan. Daarom heeft God Zijn Zoon gezonden om in Christus de wereld met Zichzelf te verzoenen en een nieuw begin te maken'. Waarna ze beiden mogen instemmen: 'Zo dan, indien iemand in Christus is, die is een nieuw schepsel; het oude is voorbijgegaan, zie, het is alles nieuw geworden' (2 Kor. 5:17). Een gelukkige Jan en een gelukkig vader. Zíj vonden échte antwoorden in het Woord van God. U ook al?