Afbeelding

Simon Smits, een ambassadeur die Flakkees praat

Het is een bijzondere week voor de 64-jarige ambassadeur. Hij is niet op zijn post in Londen, maar in Den Haag, waar het ministerie van Buitenlandse Zaken alle ambassadeurs samenbrengt voor de jaarlijkse werkbespreking. "We worden bijgepraat over de ontwikkelingen in Nederland en rapporteren zelf wat er gaande is in de diverse landen", vat Smits de ambassadeursconferentie in één zin samen.

Brexit

Wat deze week ook bijzonder maakt, is dat vandaag, vrijdag 31 januari, de Brexit een feit is. Als Smits komend weekend landt op Britse bodem, is het Verenigd Koninkrijk geen lid meer van de Europese Unie (EU). De ambassadeur noemt dat hoofdstuk 1. Hoofdstuk 2 moet in 2020 zijn beslag krijgen. Het bestaat uit onderhandelingen over de toekomstige verhouding tussen de EU en de uitgetreden lidstaat.

"Wij onderhandelen niet, dat doet Barnier namens de EU. Maar we maken wel duidelijk waar de Nederlandse belangen liggen. Denk aan de landbouw, de logistiek, de visserij, de agro-export – sectoren die op Goeree-Overflakkee niet onbekend zijn."

En sectoren die Simon Smits vanaf zijn jonge jaren kent. "Mijn neefjes en nichtjes in de stad werkten in de vakanties in de supermarkt, maar wij gingen bollen pellen, aardappels rooien en appels plukken. Ik volleybalde bij Intermezzo. Als we in Rotterdam speelden en wonnen, werden we uitgescholden voor boeren. Zonder boeren zouden jullie niet eten, zeiden wij dan. Hun antwoord: dan kopen we toch gewoon een brood. Ze hadden geen idee waar hun eten vandaan kwam. Echt geen idee."

Smits is geen echte Flakkeeënaar, hij is in 1955 geboren in Leiden. Toch heeft hij vele voetstappen op het eiland achtergelaten, want in de jaren vijftig verhuisde de familie Smits naar Middelharnis. Vader Smits was jarenlang leraar Duits op de HBS, later de RGO. "We woonden eerst aan de Beatrixlaan, dat was toen nieuwbouw. Naast ons woonde Arie Keijzer, de beroemde organist. Later verhuisden we naar de Schoolstraat, naast de Tech. Ik weet nog dat de Wei-straatjes zijn gesloopt om de school te kunnen bouwen. Dat is vooruitgang…"

Lift met Visbeen

Hij ging eerst naar de christelijke kleuterschool Prinses Marijke, daarna naar de Groen van Prinstererschool en de HBS. In 1974 behaalde Simon Smits daar zijn atheneumdiploma. Wat volgde was een studie Engels in Amsterdam en een jaar in Oxford. "Ik reed weleens mee met een vrachtwagen van Visbeen. Dan reed ik op de fiets naar Nieuwe-Tonge, stapte in, reed mee naar de veiling om tomaten en paprika's in te laden en ging met de dagboot van Hoek van Holland mee naar Harwich. Daar gaf ik dan de chauffeur een slof sigaretten als dank voor de lift."

Na zijn studie was Smits eerst een tijdje leraar Engels in Utrecht. "Het onderwijs is een fantastisch vak", blikt hij terug. "En ook een moeilijk vak. Heel belangrijk, niet alleen om kennis over te brengen, maar ook normen en waarden."

Maar het buitenland trok. Een sollicitatie bij Buitenlandse Zaken resulteerde in een aanstelling als beleidsmedewerker en uiteindelijk in een carrière die Simon Smits, zijn vrouw en vier zonen over de hele wereld bracht. Joegoslavië, Bangladesh, Zuid-Afrika, Genève, Brussel, Den Haag en sinds 2015 Londen. De Britse post is de grootste Nederlandse ambassade in Europa. Er werken 75 mensen en er gaan niet minder dan 30.000 paspoorten en Schengen-visa over de spreekwoordelijke toonbank.

"Op de ambassade werk je altijd voor het Nederlandse belang en voor de Nederlandse burgers die er wonen. In het Verenigd Koninkrijk wonen 150.000 Nederlanders. Die zijn onzeker: wat staat er te gebeuren als de Brexit een feit is? Kan ik blijven, hoe zit het met mijn pensioen, moet ik de Britse nationaliteit aannemen?" De ambassade – en de ambassadeur niet in de laatste plaats – doet er alles aan om helderheid te verschaffen: via Facebook, websites, Twitter, maar ook door de mensen op te zoeken, van Cardiff tot Aberdeen.

Contacten leggen

"Daarnaast is de ambassade er om de vriendschappelijke betrekkingen te onderhouden en bedrijven te helpen, ook om contacten te leggen." Smits doelt op Nederlandse bedrijven die hun producten of diensten in het Verenigd Koninkrijk willen slijten, maar ook op bedrijven die met het zicht op de Brexit naar het vasteland van Europa willen verhuizen, bij voorkeur naar Nederland uiteraard. "Je kan wel zeggen dat het goed is voor Nederland als dat gebeurt, maar het is wel een zonnestraaltje achter een donkere wolk. De economische schade die we oplopen is veel groter dan wat die bedrijfsverhuizingen gaan opleveren", zegt de ambassadeur.

"De Brexit gaat zaken veranderen – komen er douanecontroles en -tarieven? – maar we zijn en blijven wel Noordzeeburen. Wij staan er ook goed op bij de Britten. Het is belangrijk dat er een goed akkoord komt, zonder te veel emotie en zonder kinnesinne. Dat is goed voor ons en voor Goeree-Overflakkee met z'n dienstverlening, agro-export, visserij enzovoorts. Een gelijk speelveld, een level playing field, geen valse concurrentie, dat is wat we nodig hebben", zegt Smits, die de Brexit "ongelofelijk jammer" noemt, maar ook "een besluit van de Britten".

Al met al is Simon Smits veel tijd kwijt aan de Brexit. Hij heeft het over een superdrukke tijd en over het gegeven dat hij de afgelopen jaren circa 70 procent van zijn tijd op de een of andere manier bezig is met het Britse vertrek uit de EU en alles wat daarmee samenhangt. "Er is geen interessantere post dan Londen", lacht hij, "zeker niet in deze tijd."

Nachtverbluuf

En tussentijds is er altijd wel een moment om bij te tanken op Goeree-Overflakkee, waar Smits en zijn vrouw een vakantiehuisje hebben. "Een nachtverbluuf", zegt de ambassadeur in onvervalst Flakkees. "We komen er veel in de weekenden of als ik op verlof ben uit het buitenland. We fietsen graag op Goeree-Overflakkee." Hij vertelt over de nieuwe paden, het vogelobservatorium, het Dirkslandse Sas, de bloemenranden, de boot naar Tiengemeten. "In tegenstelling tot vroeger kun je het hele jaar recreëren op het eiland. Er is altijd wel wat te doen. Kijk maar in de Blauwe Stapper."

Het eiland waar hij zijn jeugdjaren doorbracht is altijd blijven trekken. Zozeer dat hij tijdens zijn diplomatieke werk in Bangladesh zelfs een abonnement op Eilanden-Nieuws had. "Hij kwam pas drie weken later, maar zo bleef de band met het eiland wel in stand."