Afbeelding
Foto:

Neem en lees: Gevangen in moeite en verdriet

Omdat het een heftig onderwerp is, soms rust ook een taboe op zelfdoding, willen we een en ander uiterst discreet bespreken. Het lijkt me beter dat degenen, die met deze uiterst heftige situaties te maken hebben, zelf dit boek aan te schaffen. Het biedt ook praktische handreikingen als het gaat om onderkenning van deze onbegrepen vragen en situaties.

Elk jaar zijn er alleen in Nederland al meer dan tachtig jongeren die zichzelf doden. Dan spreken we nog niet van de drieduizend jongeren die een poging doen om hun leven te beëindigen. Zo worden elk week meer dan zestig gezinnen opgeschrikt door een zoon of dochter die niet verder meer wil leven. Een onvoorstelbaar verdriet dat de rest van het leven van familieleden tekent.

De schrijvers trachten een antwoord te geven hoe pubers en jongeren ertoe komen om zichzelf te doden of proberen een eind aan hun leven te maken? Wat gaat er in hen om? Kunnen wij hen begrijpen in hun hopeloze besluit niet verder te willen leven? Kunnen ouders het zien aankomen? Deze vragen staan centraal in dit boek. Dan nog de laatste hoofdstukken: deze staan in het teken van de pastorale begeleiding van ouders en gezinsleven, die een zoon of dochter, broer of zus door zelfdoding verloren hebben.

Naast literatuur wordt ook een adressenlijst van hulpverleningsinstelling vermeld.

In tien hoofdstukken gaan de schrijvers in op het begrip suïcide, de moeite en het verdriet van moeder en dochter, de risicofactoren, misverstanden, alarmsignalen, Marieke kan niet verder leven, pogingen tot zelfdoding, Peter maakt een eind aan zijn leven: hoe kon hij zoiets doen? Pastorale zorg in de laatste hoofdstukken.

Op pagina 22 staat een lijst met risicofactoren bij suïcide. Wat kunnen die zoal zijn? Knelpunten in de levensgeschiedenis. Karaktereigenschappen. Volwassen worden, tijd van veranderingen, volwassen worden als opgave. Spanningen in het gezin: slechte sfeer, overbelasting en scheiding. Isolement: moeite met sociale contacten; gepest of misbruikt worden, vragen rond seksuele identiteit. Psychische problemen: depressie, zelfverwonding, psychose, angst en eetproblemen, verslaving. Besmetting.

U ziet in één oogopslag dat er bij suïcide sprake is van een complexe oorzaak. Eén enkele factor hoeft niet direct het leven van jongeren op spel te zetten. Het is vooral het samengaan van risicofactoren, de onderlinge verwevenheid, die de kan op suïcide vergroot.

Wat moet u wel en wat moet u beslist niet doen als u op bezoek gaat bij rouwende in verband met zelfdoding? Oordeel en veroordeel niet. Psychische ziekten kunnen iemand ontoerekeningsvatbaar maken. Degene die zichzelf doodde, wist niet meer wat hij deed, hij was ziek, wanhopig, ongelukkig, Bedwing ook je nieuwsgierigheid. Vraag niet naar details en naar wat ouders liever (nog) niet vertellen.

Wie op rouwbezoek gaat, moet vooral niet vergeten dat spreken zilver en zwijgen goud is. De vrienden van Job waren hem een verkwikking zolang ze hun mond hielden. Zodra ze zich als advocaten van God opwierpen, werd hun bezoek een bezoeking. Soms zit er niet meer in dan de ander je tranen van machteloosheid te bieden. Zeg het ook gerust als je niet meer hebt en verslagen en stom bent van medelijden. Ga vooral af op wat je hart je ingeeft. Het slechtste wat je kunt doen, is het verdriet van de ander negeren, eroverheen praten en het kleineren.

Niemand hoeft met lege handen te komen. We hoeven het ook niet te doen met onze schamele woorden. Christenen hebben een betere troost. Uiteindelijk is er maar één troost, de enige in leven én sterven. Je het eigendom van Christus te weten. Gekocht door de prijs van Zijn bloed. Die troost in de Heere Jezus wordt zo mooi verwoord in de oude Gezang 154:

Ik wil mij vertroosten
In Jesu lijden groot (...)
Oorsprong der eeuw 'ge vreugden,
O Jesu, zie mij aan (…)
U smeek ik om genade:
O Jesu, zie mij aan.

Wie zijn deze auteurs?

Ds. J. Belder werd in 1987 bevestigd tot predikant van de Hervormde Gemeente in het Brabantse Loon op Zand. Vervolgens diende hij de gemeenten van Katwijk aan Zee, Nieuw-Lekkerland en Dordrecht. Hij ging met vervroegd emeritaat vanwege burn-out en depressie. Nadien verschenen vele artikelen en publicaties van zijn hand, alle met een sterk pastorale toonzetting. Sinds 2012 is hij als columnist verbonden aan het Reformatorisch Dagblad.

Dr. J. Stolk was tot zijn pensionering als universitair hoofddocent verbonden aan de afdeling Orthopedagogiek van de Vrije Universiteit te Amsterdam. Zijn onderzoek richt zich op hechtingsproblemen van kinderen met ernstige verstandelijke beperkingen en op zinervaring van de ouders van deze kinderen. Naast zijn wetenschappelijke publicaties schreef hij praktijkgerichte boek over onder andere depressies bij pubers en jongeren en over gezinsopvoeding in het kader van de serie Christelijk Opvoeding van Uitgeverij De Banier.