Afbeelding

Geldboete met proeftijd van 3 jaar en vaartuig kwijt voor snoekbaarsstroperij

Algemeen

REGIO - Tijdens het onderzoek naar snoekbaarsstroperij in het Natura 2000-gebied Krammer-Volkerak zijn op 9 juni 2022 32 snoekbaarzen aangetroffen in een loods. 

Op 3 november en op 21 december is deze zaak voorgelegd aan de Economische politierechter. Die veroordeelde de overtreders tot een hoge voorwaardelijke geldboete met een proeftijd van 3 jaar en ze zijn hun vaartuigen kwijt.

Eind 2021 ontvingen opsporingsambtenaren een melding over grootschalige snoekbaarsstroperij. Daarom startten het Functioneel Parket, milieuteam Rotterdam, de landelijke eenheid dienst infra van de politie en Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid (OZHZ) een onderzoek. Het zogeheten ‘onderzoek Koningen’. Na de opening van het roofvisseizoen vonden de observaties in de week van 28 mei 2022 tot en met 9 juni 2022 plaats. Vaak in de vroege ochtenden.

“Je mag als visser per persoon 2 snoekbaarzen kleiner dan 70 cm in bezit hebben”, laat Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid (OZHZ) weten. De dienst houdt namens de provincie toezicht op de Wet natuurbescherming in heel de provincie Zuid-Holland. “Tijdens de controle trof men drie mannen met 32 snoekbaarzen in een loods aan. Daarvan waren 19 snoekbaarzen groter dan 70 centimeter. Een aantal snoekbaarzen lag in een verborgen ruimte van de boot die in de loods stond. In totaal waren er drie boten, allen met verborgen ruimtes. De mannen zijn meteen aangehouden. En zowel de snoekbaarzen als de boten zijn door de opsporingsambtenaren in beslag genomen. Deze krijgen de mannen, door de beslissing van de rechter, niet meer terug.”

Overmatig vissen kan nadelige gevolgen hebben voor het gebied
“Om in dit gebied te mogen vissen is een vergunning nodig. Er is ook toestemming nodig om twee snoekbaarzen kleiner dan 70 centimeter in bezit te hebben. Dit heeft een reden. Door de grootste vissen te behouden waarborg je voortplanting met als doel ecologisch evenwicht. Zo kan iedereen genieten van de mooie natuur, mens en dier.”