Afbeelding
Foto:

Grote opkomst in Ouddorp bij ‘Tour de boer’ van SGP

OUDDORP - De Statenfractie van de SGP in Zuid-Holland toert de provincie rond met de vraag: ‘is er nog toekomst voor de boer?’ Deze ‘tour de boer’ streek 5 januari neer in Ouddorp. Met een kleine honderd belangstellenden werd nagedacht over kansen en bedreigen voor de agrarische sector op de Zuid-Hollandse eilanden. De bijeenkomst was met name bedoeld voor agrariërs van Voorne-Putten, Hoeksche Waard en Goeree-Overflakkee. Naast Statenleden waren ook de gemeenteraadsfractie en Tweede Kamerfractie van de SGP vertegenwoordigd. Verder was een vertegenwoordiger van Stichting Agrifacts aanwezig om kritiek te leveren op de visie van Rijk en provincies op het beschermen van de natuur.

"Provinciaal lijsttrekker Nico de Jager opende de avond naar goed SGP-gebruik met een gedeelte uit de Bijbel en gebed" laat de lokale SGP-fractie weten. "Vanuit Exodus 23 wees hij erop dat in het oude Israël men dicht bij de natuur leefde en voedsel zo belangrijk was dat bij begin en het einde van de oogstperiode feesten gehouden werden."

Lokale invulling van de avond werd gegeven door twee eilandelijke agrariërs die de aanwezigen meenamen in de uitdagingen van de landbouwsector. Jasper van Schaijk, melkveehouder in Sommelsdijk en Huibert Groeneveld, melkveehouder en betrokken bij de Proeftuin Van Pallandtpolder, schetsten de opgaves waar de landbouwsector voor staat. Groeneveld vond dat Goeree-Overflakkee een extensief veegebied is omdat er juist relatief veel akkerbouw is. Het eiland heeft gemiddeld ‘maar’ 0,39 koe per hectare, stelde hij. “Het is ondoenlijk om als landbouw te voldoen aan de stikstofopgave. De sector wil wel, maar het fundament van het beleid deugt niet.”

De laarzen aan

Landelijke context werd gegeven door SGP-Tweede Kamerlid Roelof Bisschop: “De laarzen moeten aan en politici moeten het veld in om te zien wat het effect van hun beleid is.” Hij ging ook in op de problematiek rond de PAS-melders, de zogenaamde interimmers en de niet-meldplichtigen. Naar zijn inschatting heeft zeker een derde van de boerenbedrijven in Nederland een probleem met natuurvergunningen. Bisschop: “Provincies kunnen boeren beschermen tegen falend overheidsbeleid.”

Natuurbescherming

Geesje Rotgers van Stichting Agrifacts gaf een presentatie over hoe Europa volgens haar naar de natuur kijkt. De visie van ‘Den Haag’ en van ‘Brussel’ over instandhouding van natuur is volgens Rotgers verschillend. Zowel provincies als Rijksoverheid willen in natuurgebieden extra soorten toevoegen, terwijl de Europese Commissie stelt dat in stand gehouden moet worden wat er minimaal zou moeten zijn (en waar men in veel natuurgebieden nog niet in slaagt, mede door een veel te hoge stikstofdepositie). Onlangs heeft het ministerie van LNV een wijzigingsbesluit van de Habitatrichtlijn ter inzage gelegd. Daarin worden 150 extra habitats en 70 soorten toegevoegd. Voor het natuurgebied Duinen van Goeree / Kwade Hoek is dat onder andere de habitat ‘duinbossen’ die een kritische depositiewaarde heeft (gevoelig is voor stikstof). Rotgers: “Het vreemde is dat bijna alle toegevoegde habitats kruimelgebieden met een slechte staat van instandhouding zijn. Het gaat dus om hele kleine percelen." Rotgers stelde niet te begrijpen wat de toegevoegde waarde daarvan is. 

Nadat aanwezigen vragen konden stellen en het provinciaal programma specifiek op het onderwerp landbouw was toegelicht, werd de avond afgesloten door Hendrik Herweijer van de lokale SGP-fractie. Hij riep de aanwezigen op contact te houden met de fractieleden. De lijnen met de Provinciale en de Tweede Kamer fractie zijn kort, waardoor lokale problematiek goed geadresseerd kan worden. Herweijer: “Wij hebben niet altijd direct oplossingen, maar laten we elkaar opzoeken en met elkaar optrekken.”

Afbeelding