Boswachter Helmut van Pelt demonstreert het plukken van de gele bieslelie.
Boswachter Helmut van Pelt demonstreert het plukken van de gele bieslelie. Foto:

Proefvlakken in de strijd tegen de gele bieslelie

GREVELINGENDAM - Nu zal er bij het horen van de naam ‘gele bieslelie’ bij niet zoveel lezers een lichtje gaan branden. Bij Staatsbosbeheer en andere terreinbeheerders in Nederland weten ze echter wel van het bestaan van deze plant en ze doen er alles aan om dit plantje van hun terreinen te weren. Op de Grevelingendam zijn in het recreatiegebied een aantal proefvlakken aangelegd waarin men gaat onderzoeken wat de beste methode is om van de gele bieslelie af te komen.

Tekst en foto’s: Adri van der Laan

De gele bieslelie behoort tot de ‘invasieve exoten’. Dit zijn planten die zich buiten hun oorspronkelijke verspreidingsgebied hebben gevestigd en door hun aanwezigheid een bedreiging vormen voor de planten die van nature al in een bepaald gebied voorkomen. De gele bieslelie breidt altijd sterk uit, waardoor de plant de hele omgeving gaat overwoekeren. Voorbeelden hiervan zijn - naast de gele bieslelie - de reuzenberenklauw, Amerikaanse vogelkers en Japanse duizendknoop.

Boswachter Piet van Loon legt uit dat Staatbosbeheer heeft besloten om over te gaan tot een pilotproject om de gele bieslelie te bestrijden. Men heeft al wat kleinschalige proeven gedaan, maar deze brachten niet het gewenste resultaat. Aan de westkant van de Grevelingendam komt op verschillende plaatsen gele bieslelie voor en daar is ook alle ruimte om op een groter proefvlak aan de slag te gaan. De plant kan volgens de boswachter de daar aanwezige kwetsbare soorten zoals orchideeën, duizendguldenkruid en parnassia gaan verdringen en dat wil men ten allen tijde voorkomen.
Op het perceel dat als proefvlak is aangewezen worden vier methoden uitgeprobeerd. Aan het eind van het seizoen zullen de resultaten worden bekendgemaakt en - bij gebleken succes - zal men ook elders met de beste bestrijdingsmethode aan de slag gaan.

Presentatie

De vier bestrijdingsmethoden op het proefvlak zijn uitgedacht en ontwikkeld door boswachter Helmut van Pelt. Tijdens een presentatie op het terrein geeft Van Pelt toelichting bij de verschillende methoden. De meest arbeidsintensieve methode is het plukken. Bij deze methode wordt een dikke plak grond afgestoken en dan worden vervolgens de gele bieslelieplantjes handmatig verwijderd en vernietigd. De plak gaat dan weer terug op de grond. Deze methode wordt toegepast op plaatsen waar de gele bieslelie duidelijk zichtbaar aanwezig is. Het voordeel is dat op deze manier de goede planten worden gespaard.
Een andere methode is het maaien-zuigen van het perceel. Een maaimachine maait de bovenkant van de begroeiing en dit maaisel wordt opgevangen en vervolgens vernietigd. Wanneer dit op het juiste moment in de groei van de gele bieslelie gebeurt, kan deze methode er voor zorgen dat de verdere (uit)groei van de plant wordt afgebroken.

Een dure methode is het gebruik van elektriciteit. Op het perceel worden de planten via een elektrische schok aangeraakt met een lans. Deze elektriciteit, met een voltage van 2.000 volt, zorgt ervoor dat de plant van binnenuit stuk gaat omdat de temperatuur van het vocht in de steel erg hoog wordt. Zaadproductie is dan ook niet meer mogelijk.

Hoe de gele bieslelie terecht gekomen is op de Grevelingendam is niet bekend. Piet van Loon legt uit dat de plant van oorsprong uit Noord-Amerika komt. In Nederland wordt de plant gebruikt als sierplant in tuinen. Waarschijnlijk is de plant vanuit tuinen via de mens terechtgekomen op de Grevelingendam. De plant is nog niet zo lang aanwezig in de regio. In Zeeland is de lelie voor het eerst gesignaleerd in 2017. In de afgelopen jaar heeft de populatie zich uitgebreid en zijn er in een gebied aan de Grevelingendam al 2000 exemplaren geteld. Ook is de lelie aanwezig op de verschillende recreatie-eilanden in de Grevelingen.

De terreinbeheerder doet er alles aan om verdere uitbreiding van de groei te voorkomen. “Als er machinaal gemaaid is, moet de machine eerst met de hogedrukreiniger gereinigd worden voor er naar een andere terrein wordt gegaan”, aldus Piet van Loon. De zaden van de lelie zijn relatief zwaar en olieachtig en daarom blijven ze gemakkelijk aan schoenzolen of kleding van een bezoeker van de gebieden hangen. Dus de zaden van deze tuinplanten komen gemakkelijk in de natuur terecht.
Het proefvlak aan de Grevelingendam is gewoon toegankelijk tijdens de komende proefperiode. Er staan informatieborden waarin de bezoekers gewezen wordt op de proeven.

Het bestrijden van de lelie met elektriciteit.
De gele bieslelie is ook in het vroege voorjaar al goed te zien.