Oudjaar

Een geloofsgetuigenis bij het afscheid

Afscheid? Dat leert ons dat wij iets moeten loslaten. Het wijst op het stervende leven van de levende mens. Zo leren wij onze dagen tellen. Dat wil niet zeggen er steeds weer bijtellen, maar de moed hebben om af te tellen. Wij hebben geen blijvende stad. Wij gedenken op oudejaarsavond het voorbij gaan van een stervend jaar. Wij zien bij de terugblik de afbraak op alle terreinen van het leven. Normen en zeden vastgesteld naar het onveranderlijke Woord van God worden door de geest der revolutie aangetast. Het normatief gezag van de Heilige Schrift is door velen verworpen.

Afscheid? Voor velen was het dit jaar een afscheid nemen van veel dat lief en dierbaar was. De dood scheidde de dierbaarste betrekkingen. Het was een prediking van de waarheid van ons leven. Mens bereid uw huis, want ook gij gaat sterven. Toch lezen wij van Jozef bij dit alles een treffend geloofsgetuigenis. Jozef de oudste van Rachel gaat afscheid nemen. Om hem heen staan zijn broeders. Hij weet dat ook hij zal heengaan in de weg van alle vlees. Jozefs leven was een strijdend leven geweest. De Heere heeft door het onmogelijke heen Zijn beloften vervuld. Hij heeft een kroon gedragen en werd met purper bekleed. Maar dit alles moet hij afleggen als de dood komt. Hij heeft als een vreemdeling in Egypte geleefd en mag nu zijn reisstaf neerzet­ ten om in te gaan waar geen inwoner meer zeggen zal ik ben ziek. Daar rusten de vermoeiden van kracht en houdt de drijver op. Hij mag de toekomst zien voor zichzelf maar ook voor gans Israël. De Heere heeft immers aan Abraham het land der beloften toegezegd. Al verkeert Israël nu in Egypte, ze zullen door de almachtige en krachtige hand Gods worden uitgeleid en gebracht in het land der vaderen. Door het geloof mag Jozef op zijn sterfbed, temidden van de vergankelijkheid van het leven zien op de onvergankelijke toezegging des Heeren. Daarom spreekt hij: "God zal u gewisselijk bezoeken." Hij ziet voor het vreemdelingsvolk een zekere toekomst. De Heere zal het volk doen optrekken uit het land van Egypte, tot het land wat aan Abraham, Izak en Jacob was beloofd. Wij staan nu stil bij het wegstervende jaar. Is er bij het afscheid een blik naar de toekomst? De omstandigheden kunnen moedbenemend zijn. Veel twijfelingen kunnen het hart vervullen maar Gods toezeggingen worden vervuld. Jozef kan gerust de doodsjordaan binnen gaan. Hij kan sterven en mag sterven. Bovenal hoopvol sterven. Niet alleen voor Zijn persoonlijk leven, maar hij weet dat bij het afscheid van alles de Heere Zijn heilig doel zal bereiken.

Want God heeft Zijn getuigenis gegeven
Aan Jacobs huis; een wet, om naar te leven,
Die Israël zijn nageslacht moet leren,
Opdat men nooit haar kennis moog' ontberen;
God vordert, dat de naneef, eeuwen lang,
Van kind tot kind dit onderwijs ontvang.

Deze overdenking stond eerder in de oudejaarsuitgave van Eilanden-Nieuws in 2002