Van zeecontainers tot fraaie villa
“Ik wil iets bijzonders neerzetten.” Dat is het korte antwoord op de vraag waarom Andriessen voor zeecontainers als basis voor zijn woning koos. Maar natuurlijk zit er meer achter. “Ik wilde weg uit de stad. Ik zocht rust, ruimte en groen. Ik zat drie hoog en geluid komt op die hoogte extra hard binnen door de weerkaatsing. Ik heb op een willekeurige zondagmiddag eens 72 voorbijrijdende scooters geteld. En ik woonde niet eens in het drukste deel van Rotterdam.”
In je eentje een huis met een tuin kopen in de stad is geen sinecure, weet ook Andriessen. “Ik heb daarom best lang gezocht naar manier om zelf een huis te bouwen. Ik ben handig en heb aanleg voor techniek met een afgeronde opleiding MTS Bouwkunde.” Kavels in de stad zijn niet te krijgen en net buiten de stad niet te betalen. De keuze voor Achthuizen was voor Andriessen dan ook vooral praktisch van aard. “Ik had zelf geen band met het dorp, ik zocht vooral een kavel dat groot genoeg was en geschikt voor mijn plan.”
Historische band
Grappig genoeg bleek er toch wel degelijk een connectie te zijn met het dorp. “Mijn overgrootouders woonden hier vlakbij. Mijn overgrootvader van mijn moeders kant heette Putker en was hier jachtopziener, zijn vrouw was geboren en getogen in Achthuizen. Mijn oma is hier ook geboren. Dat was wel leuk om te horen.” Wel was Andriessen al bekend met het eiland. “Ik ben lid van de Citroën AX-club en huur een schuur in Den Bommel, waar ik regelmatig aan mijn auto sleutel. Daar heb ik nu meer tijd voor, alleen al omdat ik dichterbij woon.”
Een andere belangrijke afweging voor het gebruiken van zeecontainers was duurzaamheid. “Duurzaam bouwen was voor mij een belangrijke reden voor dit project. De uiteindelijke voetafdruk voor het bouwen van mijn huis is kleiner dan die van een ‘gewoon’ huis. Als ik klaar ben, hoef ik vijftig jaar nauwelijks onderhoud te plegen aan het huis.”
Er is inderdaad maar weinig ‘gewoon’ aan de plannen van Andriessen. Toch is hij naar eigen zeggen lang niet de eerste die een woning bouwt met zeecontainers als basis. “Op internet zijn complete gidsen te vinden hoe je zeecontainers ombouwt tot huis en hebben allerlei mensen dit hele proces gefilmd. Ik profiteer mee van de praktijkervaring die zij hebben opgedaan. Ook haal ik veel informatie uit de Container Atlas. Dat is een boek waarin tot in detail het bouwen van een containerwoning wordt beschreven.” Voor zover bekend is Andriessen overigens wel de eerste die deze manier van bouwen toepast op Goeree-Overflakkee.
Veel tijd
Eigenlijk vindt hij het maar vreemd dat deze manier van bouwen niet veel vaker wordt toegepast. “Goedkoper ga je de casco voor je huis niet krijgen. Ik heb voor deze vijf containers nog geen 10.000 euro betaald, bij reguliere bouw is dat bedrag vele malen hoger.” Toch moet er nog veel gebeuren voordat de containers zijn omgebouwd tot woning. “Het is een groot voordeel als je zelf handig bent, dan kun je veel kosten besparen. Lassers inhuren kost bijvoorbeeld veel geld en er moet veel aan elkaar worden gelast. Het scheelt wel dat ik dat werk zelf kan uitvoeren.” Hij doet echter niet alles zelf. “Het loodgieterswerk, de vloerverwarming en de ventilatie laat ik aanleggen.”
Andriessen is lichttechnicus van beroep. Hij is zzp’er en heeft vooral opdrachtgevers uit de theaterwereld. “In januari zijn alle documenten getekend en in maart begon de ellende.” De cultuursector is een van de sectoren die het hardst zijn getroffen door de economische gevolgen van corona. Toch zit Andriessen niet bij de pakken neer. “Ik heb nu heel veel tijd om aan het huis te besteden”, zegt hij lachend. “Ik heb alles financieel dichtgetimmerd zodat ik het een tijdje kan uitzingen met alleen de Tozo (een financiële regeling vanuit de overheid voor zzp’ers die geen inkomsten meer hebben door de coronapandemie, red.). Af en toe heb ik wel een klus, maar ik heb gelukkig geen financiële zorgen.”
Dagboek
Over drie maanden wil hij klaar zijn met het huis, al is het de vraag of dat realistisch is. “Ik zeg dat vooral om mezelf een beetje onder druk te houden”, lacht hij. “Als ik zeg dat ik ergens in 2022 klaar wil zijn, dan ga ik lanterfanten en het werk voor me uit schuiven.”
Andriessen droomt al hardop van een toekomst waarin meer woningen worden gebouwd van zeecontainers, waarbij hij een centrale rol speelt. “Met de ervaring die ik hier opdoe, kan ik misschien wel iets gaan doen. Ik ga in ieder geval een videodagboek bijhouden. Als alles voorspoedig gaat en ik vind het leuk, zou het zomaar kunnen dat ik hier meer mee ga doen.”
Zeecontainers ombouwen tot woning: de praktijk
Een huis maken van zeecontainers, hoe doe je dat eigenlijk? “We zijn begonnen met het meten van de kavel en het positioneren van het huis. Ook is architect Ronald Knappers van VVKH Architecten uit Leiden aan de slag gegaan met het ontwerp”, vertelt Andriessen enthousiast. Het feit dat zelfs een gerenommeerd bureau als VVKH nog niet eerder een dergelijk ontwerp maakte, geeft wel aan hoe onbekend de manier van bouwen in Nederland is. “We hebben heel veel overleg gevoerd over esthetische en bouwkundige zaken. Hoe kunnen we de containers het beste aan elkaar verbinden, waar komen de dragende wanden, hoe creëer je zoveel mogelijk privacy voor de tuin, wat is de beste manier om de woning te isoleren, dat soort vragen.”
Op al die vragen heeft Andriessen inmiddels een antwoord, al blijft het toch ook pionieren en al doende leren. Het beton voor de fundering is gestort, maar de overige bouwkundige zaken zijn net even anders dan die van een ‘gewoon’ huis. “We hebben de containers op muurtjes van kalkzandsteen geplaatst. Zeecontainers zijn namelijk heel stevig, maar niet zwaar.” Vervolgens zijn op het dak de balken aangebracht voor de versteviging van de binnenzijde en als voorbereiding voor het isoleren. “De pilaren komen ongeveer om de zes meter. Alles voldoet volledig aan het bouwbesluit.”
Het dak blijft plat en krijgt een forse overstek, die wordt gecreëerd met houten balken. “Omdat staal snel opwarmt, is een overstek nodig om directe zoninval te voorkomen”, aldus Andriessen. “Zo houden we het huis koel en ik vind het ook erg mooi.” Het huis wordt uiteraard wel goed geïsoleerd. “We gaan zowel op het dak als een de buitenzijde een flinke laag spuitisolatie aanbrengen. De leidingen voor elektra en mechanische ventilatie worden zoveel mogelijk onder de isolatielaag weggewerkt.”
De buitenkant en het dak worden afgewerkt met gebrande houten delen, waar vervolgens een beschermende laag op komt om te voorkomen dat het gebrande hout zwart afgeeft. “Deze oorspronkelijk Japanse techniek werd al door de Romeinen toegepast. Houten palen die in de grond werden geslagen, werden aan de onderkant ook eerst zwart gemaakt in het vuur. Dat beschermt het hout tegen alle weersomstandigheden, maar ook tegen schimmels en insecten.” In de wanden komen in totaal zestien ramen, waarvan zes hele grote.
De woning wordt heeft een woonoppervlakte van 134 vierkante meter en is straks van alle gemakken voorzien. “Er komt vloerverwarming in, openslaande deuren naar de tuin en zonnepanelen op het dak”, vertelt Andriessen. “Zoals de plannen nu zijn, ga je met name aan de binnenkant wel zien dat het huis is gemaakt van containers. Maar ik twijfel nog over de afwerking.”
