Hans Juch in de haven van Stellendam.
Hans Juch in de haven van Stellendam.

"Ondanks gevolgen Brexit-deal is er toekomst voor onze mooie sector"

- Hans Juch richt zich op de gevolgen voor de visserijsector zoals die na publicatie van de hoofdlijnen van de Brexit-deal naar buiten kwamen. Details waren afgelopen weekend nog niet bekend. "Wat eerder deze maand al een beetje uitlekte en waarvoor werd gevreesd, is helaas bewaarheid. Overheveling van 25 procent van de visquota in het Britse deel van de Noordzee. Dat hakt er stevig in." Brandbrieven en pleidooien hebben deze uitkomst in het akkoord (in de deal) niet kunnen beïnvloeden. De Tweede Kamer besprak dinsdag het document en het Europese Parlement doet dat begin januari 2021.

Het UK-Parlement stemt vandaag - 30 december - vermoedelijk in met de gemaakte afspraken die door Boris Johnson als een cadeautje voor het Verenigd Koninkrijk werd gepresenteerd. In hoofdlijnen zal er niets meer veranderen. Wel kunnen (en zullen) er naar verwachting stappen worden gezet voor financiële ondersteuning. Vissers op haring en makreel moeten de meeste quota inleveren. Vissers op tong en schol raken een iets minder percentage kwijt. Samengevat: er kan en mag minder vis worden gevangen. Dat betekent veel voor de visserijgemeenschappen, vissers veilingen, verwerking, vishandel en aanverwante bedrijven. Het is ingrijpend. Er ontstaat vanaf januari 2021 een nieuwe realiteit. Dat komt hard aan na jaren van onzekerheden en onduidelijkheden die de sector in haar greep hield.

Samenwerken

Niet alleen in ons land werden de onderhandelingen in Brussel tot het laatste moment met argusogen gevolgd. Dat gold ook voor de visserij in Duitsland en Denemarken. In Noorwegen was al een signaal afgegeven dat er snel een oplossing moest komen voor de problematiek. Zo niet, dan hadden de Noorse territoriale wateren mogelijk dicht kunnen gaan voor Europese en Britse kotters. Men zag daar, zonder afspraken, de bui al hangen als de Noordzeevloot op zou schuiven in noordelijke richting. Hans Juch zegt: “Hier zie je hoe noodzakelijk het is om niet alleen landelijk, maar ook internationaal samen te werken. De handen ineen te slaan. Zorgen dat je niet solo van de kaart wordt geveegd. Zonder afspraken wist je niet welke kant je op moest gaan. Je lag in feite een beetje te dobberen. Dat kon niet te lang duren."

Ook nu blijven de contacten in Brussel hierbij belangrijk, aldus Juch. "Er is nu immers een periode afgesproken van 5,5 jaar waarin onderhandelingen voor een verdere invulling van de afspraken moeten worden opgepakt. Daarbij is de inzet van producenten-organisaties Visned en Vissersbond, samen met onze Europarlementariërs keihard nodig. Dit met directe lijnen naar het ministerie in Den Haag. Ook blijft de vraag of het Verenigd Koninkrijk selectieve gebieden gaat afsluiten voor buitenlandse visserij. Noorwegen kent al dit beleid. En omdat beide landen buiten de EU opereren kunnen ze bilaterale afspraken maken over elkaars viswater en over vangstrechten. Onderwerpen voor de EU-lidstaten om in het vizier te houden de komende jaren. Ook de actie van EMK om nader onderzoek te doen naar de schadelijke gevolgen van windmolenparken op zee moet hier genoemd worden. En het puls-onderwerp komt in 2021 weer op de EU-agenda."

Eilandelijk

De visserij/maritieme sector is voor Goeree-Overflakkee uiterst belangrijk, weet ook Juch. "Het is een economische pijler waarin het samen met aanverwante bedrijven, scheepswerven, handel en opleidingen gaat om werkgelegenheid voor meer dan duizend personen. Centraal daarin staan de Stellendamse havens. Na een onvoorstelbaar en grillig verlopen jaar 2020 waarin zware klappen moesten worden geïncasseerd, willen alle betrokkenen zich het liefst nu richten op een positieve insteek in het nieuwe jaar. Daarbij vanuit een realistisch perspectief de problemen in de ogen kijken. Met mentale veerkracht en intensieve samenwerking aangeven en uitstralen dat er voor de visserijsector is en blijft. Dit met gerichte en onderbouwde pr en communicatie, waarin geen plaats kan zijn voor eenzijdige flodders.”

Speerpunten

“Speerpunten van onze visserijvereniging Zuidwest (die 66 leden telt uit de beroepsvisserij en zeevisvaart, JR) zijn het behartigen van de lokale en regionale belangen voor de sector, innovatie, verduurzaaming en onderwijs", aldus Juch. "Waar wij als bestuur invloed kunnen uitoefenen, doen wij dat in diverse overlegbijeenkomsten. In contacten met meerdere belanghebbenden in de Voordelta en met NGO’s, maar ook met de gemeente Goeree-Overflakkee, het Havenbedrijf Rotterdam, Scholengemeenschap STC en de maritieme cluster op het eiland. Ook binnen de Beroepscampus. Juist daar liggen kansen in aansluiting op lessen en technieken die op de STC-locatie Stellendam worden gegeven. De opleidingen daar sluiten aan bij de praktijk. Leerlingen kunnen op de kotters in de haven ervaring opdoen. Het was jammer en een verkeerd signaal dat het college van bestuur van de STC-Group in mei van dit jaar eenzijdig meldde dat opleidingen afgebouwd zouden worden. Te beginnen met het niet meer starten van het eerste leerjaar 2021/2022. Bij ons gingen toen alle bellen rinkelen", zegt Hans Juch.

Hier gebeurt het

Hij vervolgt: "Wij zijn in een werkgroep intensief bezig - onder leiding van UFA Visafslag en met STC - om juist de opleidingscluster Stellendam te versterken. Niet alleen gericht op de visserij, maar ook op de technieken. Doel van de werkgroep is om in februari 2021 een plan te presenteren voor een toekomst bestendig STC in Stellendam. Voor het schooljaar 2021/2022 en voor de jaren daarna. Samen wordt, zoals gezegd, opgetrokken met de Beroepscampus, GO-College en gemeente. Een unieke wijze van samenwerking en integratie. Techniek dichter bij de leerlingen brengen. Dus op de campus en op de visserijschool in Stellendam, de locatie waar de technische bedrijven zitten en waar maatwerkoplossingen zijn. Wij moeten juist nu de hele visserijsector zichtbaar maken voor de jeugd. Dat het een interessante job is, dat er werk en banen zijn en blijven. Er is een groot tekort aan goede vaklieden. Daarom willen wij de school openhouden. Leerlingen en banen op het eiland koesteren. Hier gebeurt het. In het Innovatiecentrum, bij de visafslag en verwerkende bedrijven."

Vangstgebieden

Covid-19 heeft sinds maart 2020 in vele (vers)-sectoren en zeker ook in de visserijsector grote invloed. Prijzen van producten zijn gedaald en de klap kwam extra hard aan door het pulsverbod. Juch: "Vissers moesten terug naar de boomkor, zij het met lichtere kettingen en andere netten. Als er geen Europees akkoord komt, moet in juli 2021 ook de laatste groep pulsvissers de overstap maken." Ook de vangstgebieden liggen onder een vergrootglas. "Er is door het Noordzeeakkoord al veel ruimte op zee ingeleverd en windmolenparken en stiltegebieden verkleinen verder de mogelijkheden. En dan toch tot slot weer terug naar de actuele harde Brexit-deal. Daarbij realiserend dat 60 tot 70 procent van onze Stellendamse vloot - voor onder andere tong - netten uitzet in Britse wateren. Gemiddeld een kwart van de daar gevangen quota moet straks worden afgestaan aan de Britten."

Perspectief

Je moet sterk in je schoenen staan om te zeggen dat al deze aspecten je niks doen, aldus Juch. "Het gaat om mooie bedrijven waar mensen hun ziel en zaligheid in hebben zitten. Vaak generatie op generatie. Dat wordt door internationale rivaliteit en sentiment en Europees beleid aangetast. Maar bij de pakken neerzitten is geen optie. Wij moeten het komend jaar - liefst in rust - en in goede samenwerking laten zien wat wij voor de sector, de binnenvaart, kustvaarten en opleidingen kunnen betekenen. We moeten ons eiland op de kaart zetten en houden. Perspectief geven en zaken duiden. We moeten ons presenteren en onze sector en ons werk in de schijnwerpers zetten. Met daarbij ook de genoemde mogelijkheden in de Beroepscampus. Wij laten het eiland niet leeglopen, maar in samenwerking willen we juist onze vaklieden vasthouden. Dat is de richting die wij moeten ingaan voor onze visserij, voor de vissers en voor onze economische eilandpijler."

Kees Sinke (links) en Hans Juch bij de overdracht van de voorzittershamer van de UFA in 2016 (Archieffoto: Wim van Vossen).