De vloot blazers op Goedereede-Havenhoofd.
De vloot blazers op Goedereede-Havenhoofd. Foto: Picasa

De Blazer

Hoe kwam een van oorsprong Friese vissersboot terecht bij de vissers op Goeree?

De Blazers. Tot en met de jaren dertig van de vorige eeuw – en nóg eerder - waren deze vissersschepen een vertrouwd beeld in de havens op het westelijk deel van het eiland. Voordat de kotters hun intrede deden, oefenden de vissers hun beroep uit op een boot die bekend stond onder de naam Blazer. Van oorsprong waren deze Blazers vissersschepen die in het noorden van het land werden gebouwd en gebruikt. Hoe ze dan op Goeree terechtkwamen? Dat hoorden we in Nijmegen, waar een amateurhistoricus en een hobby-modelbouwer uitleg gaven. Een minutieus nagebouwde Blazer, de GO 51, in het midden op tafel.

Oud-Goereeër Gerbrand Hoek woont in Nijmegen. Hij verzorgde in Eilanden-Nieuws meerdere publicaties rondom historische boerderijen. Als amateur regionaal-historicus is zijn interesse uiteraard breder.
Bij onderzoek van zijn familiegeschiedenis kwam hij terecht bij de Goereese vissers. Het is nog niet zo heel lang geleden dat zijn overgrootvader van zijn moeders kant, Pieter Redert Pzn., wekelijks met zijn vissersschip het Goereese Gat uit voer. Hij deed dit, zoals alle vissers op de kop van het eiland, met een Blazer. Gerbrand heeft, speurend in de Goereese en voorvaderlijke visserijgeschiedenis, veel informatie kunnen vinden over de historie van deze Blazers. Een vriend van hem, Eric Creemers, heeft als hobby het bouwen van scheepsmodellen. Een tijd geleden was hij op zoek naar een nieuw type scheepsmodel om te bouwen. Gerbrand vroeg Eric of hij zin had om een Blazer te bouwen. Ondanks dat hij geen idee had wat een Blazer was, reageerde hij positief en samen besloten ze er een meerjarig project van te maken. Eric zorgde voor de bouw en Gerbrand zou op zoek gaan naar de historische achtergrond van de Blazers. Uiteindelijk heeft het viereneenhalf jaar geduurd voordat de modelblazer kon worden ‘opgeleverd’.

Voor het bouwen van een getrouwe kopie van dit scheepje was veel onderzoek nodig. Gerbrand en Eric hebben daarvoor veel reisjes ondernomen, naar musea, archieven, oude werven van Friesland tot Arnemuiden. Ook aan Krijn Zandburg uit Ouddorp, die eveneens modelschepen bouwt, werd een bezoek gebracht.

Gerbrand vertelt dat de Blazers echte Friese schepen zijn, gebouwd voor de visserij in de Waddenzee, in de zeegaten tussen de Waddeneilanden en zelfs op de Noordzee. In het begin van de 19e eeuw werd er onder meer op de Zuiderzee en de Waddenzee voornamelijk gevist met schokkers en botters. Volgens Gerbrand waren deze scheepjes niet geschikt om verder de zee op te gaan en steeds meer vissers wilden dat. Friese werven in bijvoorbeeld Workum en Makkum, bouwden daarom een meer zeewaardige versie van deze schepen en dat werd uiteindelijk de Blazer. Deze houten vissersboten – de meeste met één mast, enkele met twee masten - waren veel steviger dan de gebruikelijke schokkers en botters. Ze lagen vaster op het water door hun bouw, zeilden sneller en waren ook groter dan tot dan toe gebruikelijk was. Toch kon dit niet voorkomen dat er tijdens een verschrikkelijke storm, die in het voorjaar van 1883 het noorden van ons land trof, een groot aantal Blazers verloren ging.
Bij die storm verloren langs de hele Nederlandse kust 121 vissers het leven. Het Friese dubbeldorp Moddergat-Paessens werd het zwaarst getroffen. 17 schepen met 83 opvarenden vergingen in die storm. Een kleine twintig Blazers werden gespaard doordat ze al achteruit zeilend (met de zware boeg tegen de wind in) de golven beter konden doorstaan en uiteindelijk tegen het talud van de dijk werden gestuwd. Dat getuigde van inzicht en die vissersboten doorstonden daardoor vrij ongeschonden de vliegende storm. Maar veel vissers lieten het leven en het kleine dorp aan de Waddenkust werd catastrofaal getroffen. Voor verschillende Blazers waren er daardoor geen bemanningen meer, maar de bevolking wilde ook niet verder meer met de visserij. Daarom werden de schepen verkocht. Een aantal Goereese vissers had wel belangstelling voor deze schepen. Door de veel zeewaardiger uitvoering konden ze hun werkgebied op zee wat verder uitbreiden, en op Goeree was men ook toe aan wat vernieuwing. Toen bleek dat de ‘tweedehands’ Blazers goed bevielen, bestelden andere vissers op Goeree bij de Friese werven nieuwe Blazers, zodat uiteindelijk de gehele vloot rond 1900 uit deze houten scheepjes bestond. Bijzonder is dat deze vaartuigen naast Friesland voornamelijk op Goeree werden gebruikt. Jarenlang deden ze tot volle tevredenheid dienst en domineerden ze de haventjes van Goedereede, Havenhoofd, Ouddorp en Stellendam.

De eerste Blazers die naar de kop van het eiland kwamen waren houten zeilboten, getuigd met van die karakteristieke bruine zeilen. In de loop der jaren werden de scheepjes verbeterd. De Blazers waren van hout, maar om de levensduur te verlengen brachten sommige vissers in de twintiger jaren van de vorige eeuw een blikken beslag rondom de romp aan. Men dacht dat dit het verrotten van het hout tegen zou gaan. Maar dit bleek toch tegen te vallen. Later kregen de Blazers een stuurhutje en sommigen een kleine hulpmotor, want tot ongeveer 1920/1925 werd er uitsluitend op de zeilen gevist. Pas in de jaren dertig ging men langzaam maar zeker op Goeree over op ijzeren Blazers, die ook op de werven in Noord-Nederland werden gebouwd. Het model bleef nog ongeveer hetzelfde, maar de uitvoering werd natuurlijk wel moderner. Pas na de Tweede Wereldoorlog stapten de Goereese vissers massaal over op de grotere kotters. Hiermee was de geschiedenis van de Blazers ten einde.

Model

Toch is een stukje van deze geschiedenis bewaard gebleven in het model dat nu in een huiskamer in Nijmegen staat. Eric Creemers wilde een model van een Blazer bouwen dat het origineel uit vroeger tijden heel dicht benadert. Daarom moest er veel ‘veldwerk’ worden verricht. Tijdens hun zoektocht bleek dat er niet zoveel over de Blazers bekend is. Maar de beide vrienden vergaarden toch voldoende informatie waarmee Eric aan de slag kon. Zo hebben ze enkele bouwtekeningen gevonden en aan de hand daarvan is het model gemaakt. Wel is het zo dat de Blazers gebouwd werden naar de voorkeuren van de opdrachtgever, dus één vast model was er niet.

Handwerk

Eric Creemers legt uit dat hij voor de bouw van het model maar weinig materiaal heeft moeten aanschaffen. Alleen het toplichtje in de mast heeft hij gekocht. De romp van het schip is gemaakt van kleine, gebogen plankjes, gezaagd uit één stuk eikenhout afkomstig van de salontafel van een buurman. Ook de overige delen van het schip zijn van eikenhout, met uitzondering van de mast, die is van flexibeler larikshout. Alles aan het schip heeft Eric eigenhandig gemaakt met handgereedschap. De dekplanken zijn stuk voor stuk gezaagd. Deze kunnen ook weggenomen worden, zodat een kijkje in het ruim mogelijk is. Ook in het ruim is alles op schaal nagemaakt. Het scheepje is volledig opgetuigd. Ook het tuigwerk, met de blokken (katrollen) en lijnen (touwen), is naar het origineel gemaakt. Natuurlijk zijn in vooronder ook de kooien door Creemers ingebouwd. Een apart punt was het op kleur brengen van de zeilen, die door de vrouw van Gerbrand werden gemaakt. Eric en Gerbrand vonden dat donkerbruine zeilen – zoals dat origineel was – niet zo mooi zou zijn. Daarom werd ervoor gekozen om een stuk ongebleekt katoen zodanig te bewerken dat het een wat lichtere teint kreeg. “We hebben de lap twee keer een koffiebad gegeven, maar dat leverde toch niet het gewenste resultaat op. Vervolgens hebben we het doek in een badje met vijftien theezakjes gelegd en dat resultaat kwam het dichtst bij de kleur die we voor ogen hadden”.

Streekmuseum?

Sinds een kleine maand staat het model thuis bij Gebrand Hoek, de opdrachtgever. Eric, de ‘scheepsbouwer’, is heel trots op zijn creatie en heeft het met plezier ‘overgedragen’. Ooit zal het scheepje naar een andere eigenaar moeten, maar hij hoeft het dan niet meer terug te hebben. Eric: “Ik vind het mooi dat ik er andere mensen blij mee kan maken”. Gerbrand: “Het is de bedoeling dat de Blazer ooit naar het Streekmuseum in Sommelsdijk zal gaan, maar pas over langere tijd. Ik hoop er namelijk nog heel lang van te kunnen genieten”..

Het model van de GO 51.
De blazer GO 18 op de werf in Goedereede. Op de achtergrond de Goereese toren.
De GO 24 op de Nieuwe Waterweg.
Goereese blazers op de Nieuwe Waterweg.
Blazers bij de visafslag in Rotterdam.
Als de dekplanken worden weggehaald wordt het inwendige van ruim zichtbaar. Het inwendig van de Blazer heeft Eric ook zoveel mogelijk nagebouwd.
Gerbrand Hoek (rechts) en Eric Creemers bij de nagebouwde GO 51.