Lau Mijnders
Ik ben 68 jaar en een echt poldermens. Zes jaar werkte ik bij loonbedrijf/drainagebedrijf Stoffel Mulder. Daarna 32 jaar bij drainagebedrijf Barth in 's Gravenpolder, dat de akkers draineerde in de Hoeksche Waard, Goeree-Overflakkee en Brabant. De laatste 12 jaar werkte ik bij het waterschap in de muskusrattenbestrijding. In september ben ik drie jaar met pensioen.
Ik jaag al 52 jaar in de polder van Melissant en 8 jaar in de Westplaat in Middelharnis en in de polder de Kraaier bij het Sas. Toen ik met jagen begon, schoot ik in de winter ongeveer twintig ganzen. Nu schiet ik er ongeveer drie- a vierhonderd per jaar, maar er zijn jagers die er wel tweeduizend schieten. Nu blijven de ganzen hier ook zomer en winter. Om ze te bestrijden moet je tegenwoordig een hele boekhouding bijhouden. Alles moet je registreren op de computer.
Het is dweilen met de kraan open, die ganzen vreten alles op en schijten alles onder. Het loopt helemaal uit de hand. Nu zijn het de ganzen en dan weer de zwanen. Een paar jaar geleden waren er al bevers. Je ziet ze nu steeds meer. Bevers zijn prachtige dieren om te zien, maar het is net als met de ganzen en zwanen: er moeten er niet te veel komen.
De ganzen die ik schiet, maak ik allemaal schoon. Het is heerlijk mager vlees om te braden en te roken. Op de foto ben ik bezig met het roken van vlees.
Foto: Jaap Peeman