God verliet Hizkia

Meeleven in dagen van ziekte doet goed. Een kaartje, een briefje, een bloemetje, even langskomen doet goed in de dagen die zo lang kunnen duren. En als je weer beter bent, dan is het fijn als collega's je weer welkom heten in de kring van het werk. Een stukje hartelijkheid kan heel veel betekenen.
Koning Hizkia was levensgevaarlijk ziek en is daarna weer genezen. Na verloop van tijd komt er een gezelschap uit een ver land, uit het verre Babel. Dit gezelschap overhandigt brieven en een geschenk van koning Berodach Baladan om te feliciteren met het herstel van de gezondheid van koning Hizkia.
Meeleven in ziekte en meeleven bij herstel kan je goed kan doen. Maar dan moet de ander het wel met oprechte bedoelingen doen. Als de ander alleen maar uit nieuwsgierigheid komt of met bijbedoelingen, is het natuurlijk minder leuk. Koning Berodach Baladan wil in opstand komen tegen de Assyriërs. In die strijd zoekt hij steun bij allerlei andere volken. Zou koning Hizkia hem willen helpen, om samen met anderen in opstand te komen? Zoiets moet je natuurlijk niet openlijk vragen. Dan is het handig om eens naar de ziekte en gezondheid van de koning te informeren. En achter de schermen kan er gesproken worden over een politieke verbintenis.
Hizkia is zeer vereerd met dit bezoek. Na natuurlijk even over zijn ziekte en gezondheid gesproken te hebben, geeft hij het gezantschap een rondleiding. Hij laat alles zien wat maar van belang is, in het bijzonder zijn schathuis en zijn wapenhuis. Hij wil laten zien hoe rijk hij is en welke wapens hij heeft. De gezanten moeten een beetje onder de indruk komen: Hizkia is een factor om rekening mee te houden. Hij is een waardevolle bondgenoot!
In de tekst staat dat God Hizkia verliet, om hem te verzoeken, om te weten al wat in zijn hart was. Dus God trekt Zich even terug om te zien hoe Hizkia reageert. God heeft wonderlijk genezing geschonken. Hij heeft 15 jaar extra aan de koning gegeven. De koning had vervolgens een lied gemaakt, waarin staat: 'De levende, de levende, die zal U loven, gelijk ik heden doe; de vader zal de kinderen Uw waarheid bekend maken. De HEERE was gereed om mij te verlossen; daarom zullen wij op mijn snarenspel spelen al de dagen van ons leven in het huis des HEEREN' (Jes. 38:19-20).
Nu komt er een gezelschap buitenstaanders. Zij kennen de God van Israël niet. Zal Hizkia nu de grote naam van God gaan vermelden? Zal de koning aangeven: In eigen kracht ben ik niets, maar ik weet dat mijn God machtig is? Zal de koning gaan vertellen dat goud en zilver en strijdwagens niet genoeg zijn om de oorlog te winnen, maar dat de Heere voor Israël zal strijden? Zal Hizkia in praktijk brengen wat hij in zijn lied belooft?
Misschien hebben wij ook wel collega's op het werk of mensen in de buurt die helemaal niets weten. We moeten het geloof niet opdringen, maar laten we ons niet schamen de naam van God te noemen en Hem groot te maken!
Hizkia was een koning die God al jong bad leren kennen. God heeft diverse keren wonderlijk uitkomst gegeven. Hij heeft zo duidelijk aan de koning laten merken: Ik ben met je! Wat betekent dan dat God Hizkia verliet? Er is niet bedoeld dat God Zich helemaal terugtrok en Hizkia overliet aan zichzelf. U moet meer denken aan ouders met een kind. Dat kind wordt opgevoed tot zelfstandigheid. Na verloop van tijd ziet de moeder dat het kind fijn in de kamer aan het spelen is, en zij zegt: Ik ga even naar de buren. Ik ben met 5 minuten terug. Blijf maar fijn spelen. Het kind moet zelfstandiger worden. Kan het er al tegen? Of zal het ondeugend zijn als de moeder even weg is? Even alleen laten moet nu wel kunnen...
De Heere laat even iets minder blijken van Zijn aanwezigheid. Zou Hizkia er tegen kunnen? Zou hij zelfstandig genoeg zijn? Nee, helaas doet hij het fout. Maar daarmee wordt Hizkia niet afgeschreven. Hij blijft een kind van God. God blijft hem nabij.
Door God verlaten - dat klinkt heel erg, maar er is een groot verschil. Als we God niet kennen, is Hij heel ver weg. Als we niet in Hem geloven, rust Zijn toorn op ons en het oordeel. Dan staan we alleen in deze wereld. En ook: dan zullen we voor eeuwig door God verlaten zijn. Wat is dat aangrijpend!
Maar er is ook een andere mogelijkheid. Dat zien we bij Hizkia. Hij kende God en wist Wie Hij was. Dan kan God ons wel eens even op de proef stellen en weleens tijdelijk afwezig zijn, maar dat is in feite geen echte verlatenheid. Dat geldt ook voor ons: als we God leren kennen in de Heere Jezus Christus, is Hij altijd met ons. Als we in geloof en vertrouwen ons leven overgeven in Zijn hand, neemt Hij ons aan als Zijn kinderen. Wij kunnen fouten maken, wij kunnen - net als Hizkia - ons verkeerd gedragen, maar dan toch blijven we Gods kinderen. Die relatie is beslissend. We gedragen ons wel eens ondankbaar en ongehoorzaam, maar we blijven wel kinderen.
God blijft getrouw aan Zijn eens gegeven woord. De Heere Jezus heeft de echte verlatenheid door God meegemaakt, om zo te verwerven dat schuldige mensen bij God mogen komen. Hij verlaten, opdat allen die in Hem geloven nimmermeer zouden worden verlaten. Tijdelijk kan God Zich verbergen, maar Zijn trouw blijft. Ondanks alle donkerheid: Hij is er bij!

Deze overdenking stond eerder in Eilanden-Nieuws van 29 oktober 1999.