Hosanna!

In de weken voor Pasen leefde bij de mensen in Israël heel sterk de verwachting van de komst van de Messias. En de spanning werd nog groter nu de mensen gehoord hadden dat Jezus Lazarus had opgewekt uit de doden. Iemand die de doden opwekt moet toch wel een bijzondere macht hebben, die moet wel de beloofde Messias zijn.
En als de mensen dan horen dat Jezus komt, dan gaat een grote schare uit om Hem te begroeten met palmtakken. Palmtakken zijn het teken van de vreugde en de overwinning. Het binnenhalen met palmtakken was een groot feest.
Terwijl de mensen uitliepen om Jezus te ontvangen als de grote Koning, riepen zij: "Hosanna." En Hosanna betekent: 'Heere help toch, Heere geef heil, geef redding.' Dit roepen is echter geen roepen uit de diepte, geen roepen uit de nood, maar een roepen vol blijdschap, omdat de hulp en het heil onderweg zijn. De koning, die komt, brengt de redding en het heil met zich mee voor de mensen.
De roep 'Hosanna' is tegelijkertijd God danken voor de redding die Hij heeft gegeven. De Heere geeft redding in Zijn genade. Hij geeft heil omdat Hij trouw blijft aan het volk dat niet naar Hem wil luisteren.
De Zaligmaker komt tot ons in de naam van de Heere. Het heil komt tot ons, het komt van de Heere tot ons, het is een gave van God. De zaligheid komt niet uit ons, het is niet ons werk. Er is niets van ons bij, maar het is alles van de Heere alleen. Daarom worden wij niet opgeroepen om onszelf te redden, maar om ons te laten redden. Wij kunnen onszelf niet verlossen, daarvoor zijn we te diep gevallen. Om ons te verlossen moest de Heere Zelf handelend gaan optreden. Om ons te verlossen heeft de Heere Zijn Zoon gezonden, Die als de Gezegende tot ons komt om ons te verlossen.
De Heere komt tot ons met Zijn genade. Wij kunnen niet over Hem beschikken en wij kunnen Zijn komst niet afdwingen, maar in het geloof mogen we wel weten dat Hij voor ons redding brengt als Hij tot ons komt.
Hij komt, Die het heil bewerkt en Hij komt als de koning van Israël. En Jezus als Koning vraagt niet alleen dat we Hem zullen gehoorzamen, maar vooral ook dat we Hem zullen liefhebben. Hij vraagt geen gedwongen onderwerping maar vrijwillige liefdedienst. Hij wil Pilatus niet verdrijven maar bekeren. Niet de vijand wordt overwonnen maar de vijandschap. Het kwade in de wereld, waaraan wij ons hebben overgegeven, wordt overwonnen door het goede. De zonde die overal en altijd aanwezig is wordt overwonnen door de genade. De haat, die in ons leeft en waar we steeds weer mee te maken hebben, wordt overwonnen door de liefde. De schuld wordt overwonnen door de vergeving. En deze overwinning wordt bewerkt door Jezus alleen.
Jezus gaat alleen de overwinning behalen. Hij gaat alleen de strijd aanbinden met de machten der duisternis, Hij gaat alleen het oordeel dragen, Hij gaat alleen de toorn van God over onze zonden dragen. Bij dit gebeuren kijken hemel en aarde ademloos toe. Nu wordt de verlossing van verloren zondaren bewerkt. Maar de overwinning ligt vast in Jezus Christus. Daarom mag men aan het begin van deze week wel met palmtakken zwaaien.
Maar het koningschap zoals Jezus dat brengt wordt niet aanvaard door deze wereld, dat wordt ook niet aanvaard door de kerk. Zolang de mensen denken dat Jezus een koningschap brengt zoals zij wensen, jubelen zij Hem toe en zwaaien zij met palmtakken. Maar als blijkt dat Jezus anders is dan wij willen, keren zij zich van Hem af. Zij willen wel een Messias die hen bevrijdt van de vijand, maar zij willen niet een Zaligmaker, Die hen met God verzoent en hen verlost uit de heerschappij van de zonde.
Maar de Heere laat Zich niet door ons gebruiken voor onze doeleinden, de Heere wil ons gebruiken in Zijn dienst, ons maken tot Zijn volgelingen. Wij moeten leren om onszelf geheel te onderwerpen aan Jezus Christus. Het gaat ook nu om Jezus Christus, zoals Hij tot ons komt vanuit het Woord des Heere, zoals Hij Zich heeft geopenbaard in de Bijbel.
Van nature hebben we geen plaats voor de Heere Jezus in ons leven. Pas als we onszelf hebben leren kennen als schuldenaars voor God, kunnen we Hem werkelijk ontvangen als de Koning Die heil brengt, Die verlossing brengt, want dan gaat het er niet in de eerste plaats om dat al onze wensen en verlangens vervuld worden, maar dan gaat het er in de eerste plaats om dat de Heere de eer ontvangt die Hem toekomt en dan knielen we vol aanbidding neer voor deze Koning, Die Zijn leven gaf voor ons.