Afbeelding
Foto:

De kernen op Goeree-Overflakkee (12): Dirksland
'Nu staat het tot de Haveloozeweg vol huizen'

Gerrit Robijn, die zich de drukte aan de haven nog levendig kan herinneren, is een geboren en getogen Dirkslander. 87 jaar geleden kwam hij ter wereld in een huis aan de Geldersedijk. Later woonde hij aan de Wernerlaan. "De oude Wernerlaan nog: het Oude Egypte. Daar stonden arbeiderswoningen met enorme lappen grond. Haast iedereen had een varken en kippen. Er stonden zelfs fruitbomen. Dirksland was toen veel kleiner. Je had het dorp, het Oude Egypte en de Burgemeester Zaaijerlaan. Verder niks. En je kende iedereen: wel 90 procent van de mensen, denk ik."

Hij was landarbeider, zoals zovelen in die tijd, en begon later voor zichzelf als kleine zelfstandige in de landbouw. Daarnaast was Robijn, die net is verhuisd van de Beatrixlaan naar het nieuwe wijkje Kortevliet, zijn hele leven maatschappelijk actief. Z'n eerste bestuursfunctie, secretaris bij de postduivenvereniging, bekleedde hij al op zijn zeventiende. Verder was hij jarenlang voorzitter van de plaatselijke EHBO en bestuurslid van de woningbouwvereniging. Een kleine dertig jaar was hij politiek actief als PvdA-gemeenteraadslid en vier jaar als wethouder.

Zat armoe

De grootste verandering die Robijn meemaakte, van lieverlee, was de mechanisatie in de landbouw en de opkomst van 'sproeimiddelen' die wieden overbodig maakten. Steeds minder arbeiders waren er nodig op het land en op de Kaai werd het stiller en stiller. Heel erg was dat niet. "Er was zat armoe. Als het regende verdiende je niets. Dan kon je naar de steun of de diaconie." Gelukkig was er alternatief in overvloed, vooral in de Rotterdamse haven, maar ook wel bij bedrijven als Calvé in Delft.

Een andere grote verandering – het zal niet verbazen – is het verdwijnen van heel veel middenstand. "Hier, ik heb alle winkels van de jaren 40 en 50 eens opgeschreven." Het zijn vijf volgeschreven A4'tjes. "Acht bakkers, zeven slagers, met een noodslachting erbij. 140, 150 winkels, in zo'n dorpje… Die bakkers waren de hele dag met een hit en een kar onderweg om brood te bezorgen. En ze konden er allemaal van bestaan. Op de Straatdijk was het zaterdagavond hartstikke druk. De lonen waren uitbetaald, dus kon je boodschappen doen. De winkels waren dan lang open op zaterdag, misschien wel tot elf uur."

Van sociale verschillen was volgens Gerrit Robijn niet veel te merken in die tijd. "Aan de Wernerlaan had je rooien en gereformeerden, maar er waren altijd goede contacten onderling. Je respecteerde mekaar. Er kwam een bakker in de Voorstraat en die zou het weleens allemaal anders gaan doen. Hij ging zijn auto wassen op zondag. Nou, het was zo gebeurd met hem: failliet."

Hij herinnert zich de oude kleine huisjes achter de Straatdijk en achter de Voorstraat met één wc voor drie huishoudens. Hij heeft Molenzicht zien bouwen, Plan West, Kleine Boezem. "Nu staat het tot de Haveloozeweg vol huizen."

Minder samenhang

Al met al is het een stuk beter geworden, vindt Robijn. Vooral door het verdwijnen van de grote armoe. "Wel is de maatschappij veranderd. Vroeger kende je elkander en sprak je mekaar. Nu zie je overal hoge schuttingen en dichtgeplakte ramen. Hier ook, in de nieuwbouw. Er is minder samenhang en minder interesse voor het verenigingsleven. Jammer… Ik geloof niet dat we vroeger de deur op slot hadden en m'n fiets heeft weleens vier dagen zonder slot bij het gemeentehuis gestaan. Dat kun je niet meer doen. Er is nu een heel andere maatschappij en je doet er niks aan."

Gerrit Robijn, die altijd in Dirksland is blijven wonen, geeft zijn dorp een rapportcijfer 7,5. "Ook door de rust die je hier hebt. Maar als je niet meer mobiel bent, dan is het een 5 of een 6."

Foke Stribos en zijn vrouw Andrea komen op een 8 uit. "We hebben allebei lesgegeven en komen veel oud-leerlingen tegen, of hun vaders en moeders die we soms ook nog in de klas hebben gehad." Ze hebben wat opgebouwd in hun geschiedenis in Dirksland.

Toch, ondanks de 8, wringt er iets. Foke: "Je moet een modus vinden tussen passen in het Flakkeese leven en jezelf blijven, daar ben ik wel achter gekomen." Hij kwam in 1981 vanuit Maastricht naar Goeree-Overflakkee. "Het eiland was voor mij onbekend, en de cultuur ook. Ik had gesolliciteerd als leraar handvaardigheid op de huishoudschool. Ik reed voor de eerste keer het eiland op, voor het sollicitatiegesprek, en vond de verlatenheid en de leegte van het landschap prachtig. Hoe verder ik reed, hoe meer ik het gevoel kreeg dat ik niet meer terug kon. Toen ik dat vertelde tijdens het gesprek, was het ijs gebroken."

Eromheen

Foke ging in een nieuwbouwwijkje wonen, in de Bloemendaal. Anderhalf jaar later sloot Andrea aan. Ze kwam uit Zeist en werkte voor Bartiméus in de thuisbegeleiding in Zuidwest-Nederland. Goeree-Overflakkee lag binnen haar rayon, maar er was geen enkel adres om te bezoeken. "Ik wist dat Flakkee bestond, maar ik reed er altijd omheen. Ik kende het niet."

"Ik weet nog dat ik heel verbaasd was dat iedereen me gedag zei. Ik dacht: kennen ze me?" blikt Andrea terug op haar eerste weken in Dirksland. "Het was allemaal zó anders. Eerlijk gezegd had ik wel terug willen zwémmen… Ik kwam uit het midden van het land, waar men het hart op de tong heeft. Dat was hier wel een beetje anders en dat vond ik lastig. Geloof, ook zoiets: ik groeide op in een Gereformeerde Bondsgemeente in een katholieke omgeving, 'deed er een aantal jaren niks aan' en kwam via Youth for Christ terug in de kerk. Hoe velen op Goeree-Overflakkee met geloof omgingen, was toch wel anders dan ik had verwacht." Toch wist ze haar weg te vinden. De Hervormde kerk vroeg haar of ze wilde proberen om de jeugdvereniging nieuw leven in te blazen. "Dat was mooi." En jarenlang gaf ze godsdienstlessen op de openbare basisschool in Dirksland. "Ook dat was mooi."

Foke: "Die godsdienstigheid zit hier diep in de aarde, ook bij mensen die weg zijn uit de kerk. Dat heeft ook iets moois, het is iets waarop je elkaar kunt aanspreken. Het zit in de vezels. De Flakkeeënaar is ook goed in staat om het mooie wat hij doet te verbergen. Dat is bescheidenheid: je hebt het niet van jezelf. Dat vind ik mooi en waardevol, daar houd ik van. Ik mis het in de ik-gerichte maatschappij van nu."

Andere wereld

"Je had hier geen ketenzaken. Alleen de Hema, die was net open. Verder alleen maar particuliere winkels. Leuk hoor, maar je kon er lang niet alles kopen. Ik weet nog dat ik eens enorm heb moeten zoeken naar ovenwanten", zegt Andrea. "Ook mooi: je hoefde je fiets niet op slot te zetten. Als er een fiets was gestolen, stond dat in de krant. Iedereen kwam achterom, dat was ik ook niet gewend. Ach, het voelde allemaal heel veilig. Een andere wereld, ja."

Volgens Foke en Andrea is het nu beter om je achterdeur 's nachts af te sluiten en je fiets op slot te doen, maar is er ten diepste niet veel veranderd, al vragen ze zich wel eens af of het vanzelfsprekende vertrouwen van toen er nog is. Ze denken dat de openheid is gegroeid, ook de openheid voor kunst.

Na bijna veertig jaar in Dirksland – verreweg de langste periode in een woning met atelier vlakbij de oude dorpskerk – zouden ze het dorp niet meer willen verlaten, ook al is het jammer dat de winkels en de scholen uit het centrum zijn verdwenen ("Gelukkig geeft het ziekenhuis nog levendigheid."). Ze waarderen de voordelen van sociale controle en nemen de nadelen daarvan op de koop toe. De modus tussen passen in het Flakkeese leven en jezelf blijven, lijken ze gevonden te hebben. "Als je respect hebt voor een ander, krijg je veel terug. Als je denkt de Flakkeeënaren te kunnen te vertellen hoe het moet (en waarom zou je dat eigenlijk willen?), gaan ze dicht als oesters."

Voor studenten valt het niet mee

Charlene Hersman is 21 jaar en geboren en getogen in Dirksland. Hoe kijkt zij aan tegen het wonen en leven in het dorp?

"Als kind was het fijn om in een dorp op te groeien. Voor buitenhobby's is Dirksland ook gunstig, omdat het rustig is. Ik heb zelf pony's en als ik met de pony's ga wandelen is het altijd lekker rustig. Maar studeren in de stad en wonen in Dirksland is een minder goede combinatie, vanwege een redelijk lange reistijd. Ook is 's avonds met vrienden afspreken in de stad lastig te combineren met het eilandelijke leven." De reisafstand naar de stad noemt ze een negatief punt.

Is er voldoende in Dirksland te doen voor jongeren? "Dat is afhankelijk van wat ze willen. In Dirksland zijn de activiteiten beperkt, maar omliggende dorpen zijn makkelijk bereikbaar. Hierdoor heb je meer mogelijkheden."

Welk rapportcijfer zou je willen geven aan het wonen en leven in Dirksland? "Als kind had ik het super naar m'n zin in Dirksland, dus ik denk dat ik Dirksland toen wel een 9 of een 10 zou hebben gegeven. Maar toen ik ouder werd – en nu als student – nam dat cijfer af naar een 6. Ik waardeer de rust voor mijn pony's, maar studeren in de stad en wonen op het eiland is lastig te combineren."

Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding