Afbeelding
Foto:

Spinnenangst verleden tijd…!?

Als je in de polder woont, kun je maar beter niet bang voor spinnen zijn. Vooral in de herfst zit er elke avond een tiental in mijn kamer. Als dat alles zou zijn hoorde je mij niet klagen, die beestjes hebben tenslotte ook een huis nodig. Maar het souvenir dat ze achterlaten is wel een grote ergernis. Mijn kamer lijkt namelijk schoon te zijn (voor zover dat in de kamer van een student het geval kan zijn), totdat ik met mijn hand langs de wanden glijdt. Dan wikkelt zich een witte wirwar van draden om mijn handen. Spinrag! Overal zit spinrag. Zó irritant! En zo komt het dat ik elke spin die ik zie linea recta buiten zet. Waardoor ze de volgende dag weer vrolijk binnen komen wandelen door mijn open raam. Maar dood maken vind ik dan weer zo zielig. Niet alleen voor de spinnen overigens, ook voor mezelf. Ooit weleens een spin fijngeknepen met bijbehorend geluid? Dan snap je precies wat ik bedoel. Gelukkig is het nu winter, de meeste spinnen hebben zich verstopt. Als ze al bij mij inwonen hebben ze een veilige plek gekozen, ver uit het zicht. Heel verstandig van hen, moet ik zeggen.

Misschien woon jij ook wel in een huis met veel kleine kriebelbeestjes… en vind je ze eng. Want eerlijk is eerlijk: heel lief zien ze er niet uit. Dan heb ik hierbij het ei van Columbus volgens een aantal onderzoekers. Sluit jezelf twee minuten op met een vogelspin. Slik ondertussen een portie propranolol, een medicijn waar je angst door verminderd. Klein detail: geen garantie dat je angst volledig verdwijnt. Maar ga de uitdaging eens aan en wordt een spinnenheld. Misschien. Of wees wijs en roep gewoon een dapper familielid om die joekels van spinnen voor je te vangen.

Je zal maar een spin zijn…