Zeven lijdensweken en het zandschepje in de modder

Wanneer we over kerkelijke gewoonten nadenken, is het heel begrijpelijk dat mensen die niets met de kerk hebben, zich afvragen waar we mee bezig zijn. Vóór Kerst zijn er vier adventsweken, en misschien kan men zich daar nog wel iets bij voorstellen. Maar wie in de wereld weet nu van zeven lijdensweken? Ik herinner mij de tijd in Azië. Daar waren zéér toegewijde zendelingen, die niet wisten dat er lijdensweken bestonden. Blijkbaar is dit iets van de Europese kerk en niet zozeer van de kerk elders in de wereld. Komende week beginnen de zeven lijdensweken weer. We staan stil bij het feit dat Jezus stierf aan het kruis. Dit is wereldwijd trouwens wel bekend. Ook al komt steeds meer de vraag op wat we hier nu eigenlijk mee moeten.

Wie gelooft nog dat Jezus de hemel verliet, geboren werd uit een maagd en voor de zonde van het mensdom stierf op de heuvel Golgotha? Daar kun je toch jezelf niets meer bij voorstellen? Het laat zien dat we ver van de woorden van de Bijbel af gegroeid zijn. En onbekend maakt onbemind. Mag ik ervan uitgaan dat de Bijbel waar is? Al delen velen deze mening niet, het blijkt dat er toch steeds meer mensen in God gaan geloven. Dat is op z'n minst opmerkelijk. Misschien in Europa wat minder, maar in Azië en Afrika zoveel te meer. Zij getuigen van de grootheid van Jezus en de moed die Hij had om mens te worden en te willen sterven voor onze zonden.

Zeven lijdensweken vóór Pasen. Dat is omdat we zo stil en verwonderd zijn in de kerk en in ons hart over de liefde van Jezus Christus. Zeven zondagen staan we er bij stil dat Jezus de Via Dolorosa, de lijdensweg, wilde gaan. Hij werd geslagen, gegeseld, in Zijn gezicht gespuwd, en Hij bleef maar bidden voor al die overtreders. Daar mag je zeven weken lang stil van worden.

Hoe komt het dat de wereld dit niet ziet? Er ligt een goudmijn aan vergeving en liefde open, en we blijven maar met een zandschepje in de modder spelen. Ik heb de antwoorden niet. Je gelooft in de woorden van de Bijbel of je legt ze naast je neer. Maar er is moed voor nodig om te geloven in deze tijd. Vertel maar iets goeds over Jezus Christus. Ik leg mijn zandschepje neer en grijp naar de Bijbel. Goud!