Veehouders Arensman zetten het mes in 16 hectare buitendijks natuurgebied
Volgende week woensdag wordt de niets ontziende frees gezet in een 16 hectare groot buitendijks natuurgebied tussen Stad aan 't Haringvliet en Den Bommel. Vader en zoon Aai (54) en Rinus (24) Arensman kunnen die doodszonde tegen de Natuurbeschermingswet straffeloos begaan, al zijn ze natuurkenners genoeg om te begrijpen dat ze veel stuk gaan maken. Voor hen geldt de harde eis dat er brood op de plank moet komen en dat kan niet anders dan voor hun stamboek-melkveebedrijf de 16 hectares optimaal te benutten. Ze hebben het recht aan hun kant, vorig jaar faalde de minister van CRM binnen de gestelde termijn te reageren op een vergunningaanvrage door de heren Arensman ten gevolgende waarvan de vergunning geacht moet worden te zijn verleend…!
De buitendijkse graslanden tussen Goeree en Den Bommel, en daarmee ook het gebied waarvan dhr. Arensman sinds jan. van dit jaar eigenaar is, zijn in 1971 definitief aangewezen als beschermd natuurmonument op grond van art. 7 van de Natuurbeschermingswet. Die maatregel kwam voor de fam. Arensman als een donderslag bij heldere hemel, want er waren, gebaseerd op de mogelijkheden die de 16 hectare hen boden, grote investeringen gedaan. Ras ging er dan ook een aangetekend verzoek naar de minister van CRM, waarin werd gevraagd "alle normaal te achten exploitatieverrichtingen aan het grasland te mogen doen, zoals het scheuren, inzaaien, bemesten, greppelen, enz.", nodig voor de economische bedrijfsvoering en het voortbestaan van het bedrijf. Er kwam echter geen antwoord van Zijne Excellentie en de advocaat van wiens bijstand de heren Arensman zich intussen verzekerd hadden, begreep daaruit dat door die nalatigheid de vergunning werd verondersteld verleend te zijn. Natuurbeschermers hadden tot 2 maanden na die datum nog bezwaren kunnen indienen, maar ook van die mogelijkheid werd - kennelijk door onwetendheid - geen gebruik gemaakt.
Dit is een klein deel van het artikel dat eerder in Eilanden-Nieuws van 27 juli 1937 stond.