Het opstoken en poetsen van de locomotief.
Het opstoken en poetsen van de locomotief. Foto:

Machinist Rinus is vroeg uit de veren om zijn 'loc' op te stoken

OUDDORP - Meerijden op een stoomloc tijdens één van de zomerrijdagen van de RTM-eilandentram. Het lijkt een jongensdroom. De maatschappij die tussen 1898 en 1966 met trams, bussen en veerboten het personen- en goederenvervoer tussen Rotterdam (Rosestraat) en de eilanden verzorgde en die vanaf 1989 op de unieke locatie aan de Brouwersdam in Ouddorp is gevestigd. Vanaf het museumcomplex op de Punt rijden stoom- en dieseltrams over het 10 kilometer lange traject door de Ouddorpse duinen, langs het Grevelingenmeer naar het eindstationnetje West Repart (vlakbij Scharendijke).

Door Jaap Ruizeveld

Het meerijden op de loc vraagt om een zorgvuldige voorbereiding. Het kan pas na een verleende toestemming. Museum Stichting voorheen Rotterdamsche Tramweg Maatschappij gaf - na overleg - groen licht op onze aanvraag. Met veiligheidsschoenen aan en gestoken in werkkleding (het ketelpak) meldde ik mij woensdagochtend vroeg op het RTM-complex aan de Schellingerweg. Want wil je het hele proces rond een stoomtramrit meemaken, dan moet je, om ook de voorbereidingen te kunnen volgen, vroeg uit de veren. Het is nog vrij stil op het museumterrein als ik op zoek ga naar Rinus van den Tol (67) uit Spijkenisse, die als machinist deze morgen de eerste stoomtramrit voor zijn rekening neemt. Buiten, vlakbij de watertoren, staat de stoomlocomotief op één van de vele sporen al opgesteld. De loc wordt nog enkele uren 'opgestookt'. Dat wil zeggen: geleidelijk aan wordt het water in de 1500 litertank op de gewenste druk gebracht. Remco de Feyter (machinist die de tweede rit rijdt) en stoker Alexander Rokven zorgen er met een poetsbeurt voor dat de loc er fantastisch uitziet. Rinus van den Tol is op dat moment in de werkplaats nog bezig met een ander karwei. Hij is op de hoogte gesteld dat een journalist op de eerste rit met hem in de loc meerijdt.

Opstoken

Rinus klimt omhoog en wij zoeken een plekje in de remise om te praten over zijn werk als machinist. Hij is een enthousiaste verteller. Vrijwilliger, net als alle andere collega-medewerkers. Uiterst betrokken. Hobbyisten met een echt RTM-hart. "Ook gisteren is de ketel al enkele uren opgestookt. Dat gebeurt met afvalhout. Een zorgvuldig proces, dat geleidelijk aan dient te verlopen, anders zou eventueel het risico kunnen ontstaan dat de ketel scheurt", zegt Rinus. Er is nog enige tijd - voordat de eerste stoomtramrit (om 11.45 uur) vertrekt - om over zijn gegroeide belangstelling voor de RTM te praten. Als medium vragen wij voor onze krant niet alleen de aandacht van stichting-bestuurders en medewerkers. Want in de loop van de ochtend arriveert ook de gemeente Goeree-Overflakkee in het kader van eilandpromoting. Samen met RTV Rijnmond wordt een week lang de schijnwerper op eilandactiviteiten gezet. Onze journalistieke werkzaamheden gaan op het remiseterrein prima samen, zo blijkt.

Opleiding

Even nog vooraf. Stoomtrammachinist ben je niet zo maar. Bestuurder Sam de Haan zegt: "De RTM leidt belangstellenden voor deze job op in de eigen organisatie. Jan de Bruin is hiervoor gecertificeerd. Het gaat om een praktijk- en theoriedeel dat afgewerkt moet worden. Dat kan niet in één jaar al tot een diploma leiden. Het is best pittig om alle details onder de knie te krijgen. Is dat bereikt, dan neemt De Bruin samen met een tweede man het examen af en kan er bij goed gevolg het diploma worden uitgereikt. Bij de RTM zijn 5-6 machinisten inzetbaar".

Nostalgie

In een van de gerestaureerde wagens vertelt Rinus v.d.Tol: "Ik woonde destijds in Spijkenisse vlakbij de trambaan, toen de RTM nog volop het vervoer naar de eilanden verzorgde. Dan krijg je interesse in alles wat daarmee te maken heeft. Aanvankelijk moesten passagiers die vanuit Rotterdam (station Rosestraat) kwamen, in Spijkenisse overstappen als zij naar Hellevoetsluis wilden reizen. De andere lijn ging naar Oostvoorne. Het waren in die jaren in onze regio belangrijke diensten. Ik hielp op het station o.a. met het overladen van pakketten en fietsen. Midden zestiger jaren werden de tramdiensten geleidelijk aan vervangen door buslijnen. Dat kon op het moment dat er voldoende chauffeurs beschikbaar waren. Het verdwijnen van de tram op en naar de eilanden was na de watersnoodramp in 1953 in een snelle afbouw gekomen. Het staat allemaal beschreven in het jubileumboekwerk. Dat geldt ook voor de ontwikkelingen om eerst nog te proberen in Hellevoetsluis een museum en spoorlijn te exploiteren. Het werd uiteindelijk Ouddorp, op deze prachtige locatie".

Baas van de rit

Inmiddels tijd om de stoomloc voor de rijtuigen te plaatsen. Flinke drukte op het perron. Veel Duitse toeristen, gezinnetjes met kinderen, die hun ogen uitkijken bij de 'Dampflokomotief'. De plaatsbewijzen zijn al eerder bij het loket gekocht en dus is het snel een mooi plekje opzoeken. Rinus v.d.Tol en stoker Alex Rokven wachten in de loc op het vertreksein van de hoofdconducteur voor deze rit, Harry van Dort. Hij heeft assistentie van Bart der Kinderen.

De hoofdconducteur is de baas op de rit, zegt Rinus. Fluitsignalen klinken, via de portofoon is daarvoor gecontroleerd of er nog passagiers bij het loket staan. Niet dus. Vertrekken. Machinist en conducteur stemmen de fluitsignalen op elkaar af. Puffend zet de loc zich in beweging op de eerste honderden meters door de Ouddorpse duinen, langs De Punt West richting Brouwersdam. Wel is er deze morgen een bijzonder feit. Er rijdt achter de passagierstram een sproeiwagen mee. Een veiligheidsmaatregel in verband met de door de langdurige droogte verdorde grasberm langs het spoor.

Sehr schön

Met zijn drietjes, tussen stoker en machinist, is het krap in ruimte, maar gezellig praten en genieten van alle gebeurtenissen. Rinus geeft aan Alex aanwijzingen om handelingen uit te voeren. Gekeken wordt of het vuur nog goed brandt, of er bijgestookt moet worden en of de waterdruk op peil blijft. Bij tramlijn-oversteekplaatsen langs de Grevelingen en op het verdere traject wordt zorgvuldig gekeken of er personen in de nabijheid zijn. Fluitsignalen dus. Op de Kabbelaarsbank is de eerste stop, daarna via Middelplaat-Haven naar het eindstation. Fietsers en wandelaars langs de baan maken foto's en filmen het nostalgisch fenomeen. Met een snelheid van rond 30 km rolt en schokt de loc over de rails. Bij Repair West wordt de loc losgekoppeld en via een tweede spoor weer voor de passagierswagens gezet voor de terugreis.

Tien minuten rust en voor de loc letterlijk 'stoom afblazen'. Na een uur zijn we weer op het remiseterrein. De passagiers zijn enthousiast, lopen door het museum, bezoeken de winkel van beheerder Wijnand de Gooijer (74) en/of eten een broodje bij de catering. "Sehr schön". "Eine Erlebnis," klinkt het.


Tip!

Woensdag 8 en donderdag 9 augustus speciale RTM-kinderdagen.


Zomerserie (3)

Deze zomer bezoekt correspondent Jaap Ruizeveld mensen die bijzondere activiteiten doen. In deze derde aflevering gaat hij op stap met de machinist en de stoker van de stoomtram bij Ouddorp.

Machinist Rinus v.d. Tol en stoker Alexander Rokven.
Machinist Van den Tol, stichting-bestuurders Sparreboom en De Haan en hoofdconducteur Van Dort en assistent Der Kinderen.
De sproeiwagen bij de loc.