"Was het maar een droom geweest"
DEN BOMMEL - De belangstelling voor de rampherdenking in Den Bommel wordt ieder jaar groter. Er waren op zaterdag 27 februari veel mensen aanwezig bij de onthulling van het herdenkingspaneel op de Molendijk. Op 1 februari vond de jaarlijkse herdenking plaats in de Hervormde Kerk. Ook hiervoor was veel animo. Hieruit blijkt dat de herinnering aan de watersnoodramp van 1953 nog steeds voortleeft en nu dit jaar weer actueel is in de media.
Door dhr. Bakelaar, foto: Jan Zuiddijk
Na een welkomstwoord door Rien Bakelaar, ging ds. B. de Borst voor in gebed. Wethouder G. de Jong van de gemeente Goeree-Overflakkee hield een toespraak, waarna Theo Jacobs zijn verhaal vertelde wat hij in die rampnacht had meegemaakt aan de Molendijk. Hij was met een groep van 10 mensen op weg naar Zuidzijde toen zij overvallen werden door een vloedgolf water. 7 mensen verdronken, 3 overleefden het, waarvan hij nu nog als enige in leven is. Een zeer emotioneel verhaal. André Hermans las het gedicht dat zijn vader had geschreven over de ramp en de herinneringen daar aan. De meditatie werd gehouden door ds. B. de Borst over Psalm 89:10. Het Sint Adolfskoor van Den Bommel zong verschillende liederen die betrekking hadden op het water, de wind en de zee. Vier leerlingen van de basisscholen, Mendy van Bergen, Kyara Looy, Finn van Broekhoven en Britt de Vette, droegen eigengemaakte gedichten voor, waarvan één gedicht eindigde met de woorden "Was het maar een droom geweest", wat indruk maakte bij de aanwezigen. Na het dankgebed zijn we naar buiten gegaan, naar het monument voor het officiële gedeelte.
De jeugdbrandweer noemde de namen van de slachtoffers en legde bloemen. Wethouder G. de Jong legde samen met de jeugdbrandweer een krans van de gemeente Goeree-Overflakkee. De 'Taptoe' werd geblazen door Jan Meinster, daarna één minuut STILTE ter nagedachtenis aan de slachtoffers. Bloemlegging door afgevaardigden van de Dorpsraad Den Bommel. Hierna kreeg iedereen gelegenheid bloemen te leggen. Hierna de afsluiting in 'Bij de Bron', waar er kon worden nagepraat.