Arjan Aarnoudse
Arjan Aarnoudse Foto:

Op pad met de politie op Goeree-Overflakkee: "In de ideale wereld hebben wij geen werk meer''

GOEREE-OVERFLAKKEE - De politie op het eiland werkt dag en nacht hard om het eiland veilig te houden. Waar de meeste burgers 's nachts hun bed opzoeken, doet de politie nog haar rondes over het eiland om een oogje in het zeil te houden. Eilanden-Nieuws liep een nachtdienst mee.

Tekst en foto: Erwin Guijt

Het is die avond guur als de deur van het politiebureau opengaat en we verwelkomt worden door agent Arjan Aarnoudse. Zijn collega Jaco Wilstra zal later aansluiten. Voor er aan de route over het eiland zal worden begonnen, is er eerst een briefing. Hiervoor wordt er een live verbinding met de andere politieteams van Basisteam Haringvliet (Brielle, Hellevoetsluis) gelegd. "Wat doet die jongeman in burger daar?'' is de eerste vraag die gesteld wordt door de instructeur. Na verzekerd te zijn dat deze geen gevaar vormt, volgt de instructie. Voor de politie op het eiland zit er deze keer niet veel bijzonders bij.

Loos alarm

De agenten maken zich klaar voor vertrek, trekken hun uniformen aan en controleren hun verdere uitrusting. Dan stappen ze in de politieauto. Even later bevindt de auto zich op een bedrijventerrein in Middelharnis. "We letten op alles wat verdacht is, wat afwijkt van de normale situatie'', zegt Aarnoudse. Hij heeft de woorden nog niet uitgesproken of hij stopt de auto. "Bijvoorbeeld dat grijze busje daar, dat komt me niet bekend voor. Even poolshoogte nemen.'' Het blijkt loos alarm te zijn: het is een busje van een bedrijf wat daar gevestigd zit.

"Dat afwijkende van het normale kan echt alles zijn. Ook bijvoorbeeld huidskleur of afkomst. Op het eiland zie je een redelijk autochtone, blanke bevolking. Als we een auto uit Utrecht vol met Somaliërs zien rijden, letten we daar extra op. Je zou dus kunnen zeggen dat we etnisch profileren. Maar het is logisch dat die extra opvallen op dit eiland.'' Daarnaast letten de agenten extra op bij plekken waar al eerder iets gebeurd is. "Als er bijvoorbeeld pas ergens is ingebroken, rijden we daar nog een extra rondje en kijken we of we iets verdachts zien. Zo kunnen we…'' Hij stopt midden in de zin. "Zag je dat?''

Capuchon

Aarnoudse rijdt een stukje achteruit. In het schemerduister staat iemand met een capuchon over zijn hoofd en een koffertje in zijn hand. "Even checken.'' De beide agenten stappen uit. Het blijkt geen vreemde voor hen te zijn. Ze maken even een praatje en vragen of hij zijn koffer wil openmaken. Dat mag. In de koffer zitten enkel wat papieren. Twee jongeren lopen voorbij met een krat bier. Hen wordt gevraagd waar ze naar toe gaan. "En hou het wel een beetje netjes, hè?'' Dat beloven beide jongens braaf.

Even later zitten de agenten weer in de auto. Wat dachten ze eigenlijk dat er in de koffer zat? Drugs? "Helaas zie je wel dat drugsproblematiek lijkt te verergeren op het eiland'', zegt Wilstra als we weer in de auto zitten. "Jongeren worden daar snel in meegezogen en kunnen dan flink in de problemen raken. Daarom is er ook pasgeleden een filmpje met de jongerenwerker op het eiland gemaakt, om deze problemen aan te stippen en erop te wijzen dat er hulp is.''

Vlees in chinees

Helaas is de politie op het eiland een groot deel van de tijd kwijt met taken die eigenlijk in de zorg thuishoren, zo vertellen de agenten. "We kunnen eigenlijk te weinig echt wijkagent zijn, omdat we zoveel hulpverleningsvragen moeten krijgen. Ergens is het logisch dat ze naar ons toekomen: wij zijn altijd beschikbaar. Natuurlijk proberen we die mensen ook zo goed mogelijk te helpen. Maar er gaat kostbare tijd verloren die we ook aan andere dingen kunnen besteden.'' Sowieso wordt de politie voor van alles ingeschakeld. Aarnoudse heeft hiervoor een tijdje op de meldkamer gezeten en hij weet te vertellen dat mensen voor van alles en nog wat de politie bellen. "Een van de meest rare dingen was dat ik iemand aan de lijn had die de politie belde om te klagen over dat er te weinig vlees in de bestelde chinees zat.''

Appen achter stuur

Intussen rijdt de politieauto bij Melissant achter een personenauto. "Óf die heeft nog niet zo lang zijn rijbewijs, óf hij heeft gedronken'', zegt de achter het stuur zittende agent. Via een speciaal apparaat trekt zijn collega het kenteken na. De auto blijkt inderdaad in bezit te zijn van een echtpaar met een 19-jarige zoon. Aarnoudse glimlacht. "Kijk maar, hij maakt de bochten niet mooi vloeiend. Hij stuurt iedere keer teveel bij. Maar hij rijdt wel netjes tachtig.'' Even is het stil. "Misschien heeft dat ook wel te maken dat wij achter hem zitten'', grinnikt Wilstra.

Het is niet voor niets dat het politieteam graag een onopvallende personenauto wil. "Rondom een politieauto gaan mensen vaak heel netjes rijden. Je zou dan bijna denken dat iedereen zich aan de regels houdt. Als ik echter in mijn eigen auto rij, is het aantal appende mensen achter het stuur niet op een hand te tellen. Daarom zouden we graag een personenauto willen die een stuk minder opvallend is.''

Staatskas spekken

Wat ook onopvallend moet gebeuren, zijn snelheidscontroles. Onmerkbaar slaat Aarnoudse een zucht. "Natuurlijk snap ik dat mensen niet blij zijn als ze een bekeuring krijgen voor te hard rijden. Maar je hoopt dat het een signaal is en dat ze het daarna niet meer doen. Dat wij met een laser in de bosjes gaan liggen is niet om de staatskas te spekken, maar om ongelukken te voorkomen.''

"Je hoort wel eens mensen zeggen dat we niets beters te doen hebben dan langs de kant van de weg te gaan liggen. 'Ga boeven vangen', horen we dan. Maar ik heb liever dat we boetes uitdelen dan dat we bij ouders thuis moeten komen om te vertellen dat hun zoon door een noodlottig ongeval is overleden. Te hard rijden kan gewoon levensgevaarlijk zijn. Geen gordel aan betekent 140 euro boete. Ik heb zelf een gezin, ik weet dat dat de boodschappen zijn voor een week. Maar nogmaals, je hoopt dat ze het voortaan laten.''

Drankflessen

Waarom hebben de beide agenten eigenlijk besloten om agent te worden? "De drive is om mensen te helpen. Dienstbaar te zijn aan de samenleving.'' Even is het stil. "En daarnaast is het toch ook een beetje een jongensdroom. Wie wil er nu geen boeven vangen? Al blijft het belangrijkste dat je er voldoening en plezier uit kunt halen en de samenleving verder kunt helpen.'' Het gesprek krijgt een filosofisch tintje. Aarnoudse: "In de ideale wereld hebben wij geen werk meer. Dus eigenlijk helpen we onze eigen baan om zeep.''

In een dorpskern maken de agenten een klein rondje langs een plek waar ze weten dat jongeren wel eens rondhangen. Ze horen feestgedruis. Het blijkt te komen uit een nabijgelegen aanbouwschuur. "Als ze daar drinken geeft dat helemaal niks. Sterker nog, ik denk juist dat het belangrijk is dat jongeren zich thuis op hun gemak voelen en daar ook vrienden kunnen uitnodigen. Je hebt ze als ouder toch liever thuis dan ergens in een drankkeet of op straat, zou ik zeggen. Thuis heb je nog enig toezicht.'' Binnen het schuurtje wordt er afgeteld, waarna er een gejuich opgaat. Aarnoudse grijnst als een kwajongen: "Daar wordt sowieso gedronken.'' Klein stukje verder fietst een jongen de politieauto tegemoet. In zijn tas rinkelen de drankflessen.

Duizend likes

De politie probeert actief nieuwe kanalen aan te boren om de burgers van het eiland op de hoogte te houden van hun activiteiten. Zo hebben ze al een tijdje een Facebookpagina en sinds kort is er ook een heuse Instagram van de Politie Goeree-Overflakkee. Op Facebook heeft de pagina bijna duizend likes, terwijl de politie op Instagram gevolgd wordt door 147 personen. Wijkagent Aarnoudse heeft daarnaast om de zoveel tijd een column in het Eilanden-Nieuws.

Het is intussen al laat geworden. Van de vijftigduizend eilandbewoners zal de meerderheid al op één oor liggen. Toch een goed gevoel dat als bijna iedereen op Goeree-Overflakkee slaapt, de politie het eiland in de gaten houdt.

Jaco Wilstra